(I Monumenten in Den Haag 234 Over de concrete invulling daarvan kunnen in dit stadium echter nog geen mededelingen worden gedaan. Overigens zal het gedeelte van het park waarop de gasfabriek ligt pas tussen 1989 en 1994 aangepakt worden. Het park als geheel zal niet eerder dan in 1997 voltooid zijn. De vijfjaar die men nu voor het zuidelijke gedeelte denkt nodig te hebben zal waarschijnlijk voor een deel besteed moeten worden aan de rigoureuze afgraving van de zeer sterk verontreinigde bodem. Toch geeft het wel enigszins te den ken als we het gemeentelijke planningssche ma vergelijken met dat van Gosschalk en de Imperial Continental Gas Association hon derd jaar geleden. Het gehele complex van de gasfabriek werd gebouwd in een tijd van zegge en schrijve 17 maanden. Ook destijds werd dat al als een unieke prestatie be schouwd, gegeven het feit dat alleen al het nu gesloopte retortenhuis, waar dagelijks de kolentreinen in en uit reden en waarin klom pen metselwerk van acht meter hoogte ver werkt waren, een oppervlakte besloeg van 6600 m2, ofwel anderhalf maal Berlage's Beursgebouw. Wat ook de bestemming van het zuiverings huis moge worden, het is te hopen dat Mo numentenzorg t.z.t. zoveel mogelijk recht doet aan het oorspronkelijke exterieur, waar aan in de loop van de tijd om practische redenen nogal wat is vertimmerd. Zo zijn de ingangen aan de lange zijde vrij ruw gemo derniseerd en de twee rijen dakkapellen, die zo bepalend waren voor het silhouet, ver dwenen. Ook de ijzeren crêtes op de nok zijn in de loop van de tijd gesneuveld. Buitenge woon kostbaar hoeft zo'n restauratie niet te worden, want voor het overige is het ge bouw redelijk intact en is ook de oorspron kelijke Polonceaubekapping grotendeels bewaard gebleven. Maar als men zich onvol doende rekenschap geeft van het feit dat hier sprake is van negentiende-eeuwse 'top'-ar- chitectuur (naast het industrieel-archeologi- sche en historische belang), is de kans op een restauratie in de trant van Schraalhans Keukenmeester des te groter. Laten we daar naast nog eens benadrukken dat de gasfa brieken de grootste 19de-eeuwse bouwon derneming in Amsterdam waren. En zoals gezegd, het zuiveringshuis dient beschouwd te worden als één van de meest moderne en rationalistische bouwwerken uit de decennia vóór de Beurs van Berlage; 'rationalistisch' in de betekenis die de Franse architectuur theoreticus Viollet-le-Duc er aan gaf: de vorm als zuivere veredeling van de con structie. TUIN BIJ VILLA IN ERE HERSTELLEN Wat de villa betreft: nu om de gasfabriek heen toch een park gedrapeerd wordt, lijkt ook een uitgelezen kans ontstaan om de geo metrische, van een fonteintje voorziene tuin die voor en achter de villa was aangelegd - te zien op alle vroege afbeeldingen - in ere te herstellen. Vijver en delen van de statige ommuring met speerpunthekwerk bestaan nog. Een dergelijke privétuin is vrij karakte ristiek voor een directeurswoning uit die tijd "aqiifif*-j£i De water- en klokketore'n, die in de jaren '60 is neergehaald (Foto Genn Archiefdienst Amsterdam) en werd door Gosschalk ook elders ontwor pen (nl. bij de eind september gesloopte di recteurswoning van de voormalige biscuits- fabriek aan de Ruysehstraat in Amsterdam- Oost). In combinatie met de woningen van de assistent-ingenieur en de opzichters, die alle bewaard zijn, kan zo een aardig beeK gegeven worden van'de manier waarop des tijds de hiërarchische verhoudingen zicht baar gemaakt werden. Daar komt nog iets anders bij. Het is ener zijds een goede gedachte van de tuinarchi tecten om in de grote1 vijver tussen de ICGA- gebouwen de landschapsstijl van het oude Westerpark voort te zetten, met zijn grillige curven, eilandjes en waterlopen. Aan de an dere kant zou het een misvatting zijn om aan te nemen dat het 'Pic'turesque' van de Engel se landschapsstijl en! het schilderachtige as pect van het 'Oud-Hollands' als vanzelf me't elkaar harmoniëren. Gosschalk heeft juist zeer goed gezien dat bij het Nederlandse vroeg-renaissancistische woonhuis een zui ver formele tuinaanleg past. (Hierin werd hij mogelijk geadviseerd door Springer, met wie hij elders samengewerkt heeft). Een der gelijke aanleg, met gazons of 'parterres de- coupées', hoeft in een landschapsparkje ze ker niet te detoneren. Integendeel: in het be gin van de negentiende eeuw was de combi natie van landschapsstijl met een voor het huis gelegen formele aanleg juist zeer ge zocht. (Men noemt dit wel het 'Gardenes- que'). Met een herstel van de tuinen aan de voor- en achterzijde van de villa blijft bo vendien de eerder genoemde enfilade werk plaats-kantoorgebouw-woonhuizen intact en wordt voorkomen dat de gebouwen enigs zins verloren en betekenisloos in het park komen te liggen. LUSTWARANDE 'Uw lustwaranden zullen U tot een vloek zijn!', schreef ds. O. G. Heldring in het midden van de vorige eeuw. Hij ging toen tekeer tegen de volgens hem weinig renda bele groenaanleg op de vroegere vestingwal len, waar arbeiderswoningbouw beter op zijn plaats zou zijn geweest. Wat zou de do minee gevonden hebben van de transforma tie van een voormalige gasfabriek tot een zorgvuldig geconserveerd décor voor flane rende wandelaars, spelende kinderen, rond rennende honden enz.? Ruim een eeuw na hun voltooiing wordt aan de ICGA-gebou- wen hun bedrijfsfunctie ontnomen. En in derdaad valt dat aan een kant nogal te be treuren, want juist de Staatsliedenbuurt kent vanouds een bijzondere vermenging van wo nen en werken, die men elders in de negen tiende-eeuwse gordel minder tegenkomt. Aan de andere kant hoeft ds. Heldring zich weinig zorgen te maken, want in deze mo derne lustwarande wil men het aangename met het nuttige verenigen. Er zijn mogelijk heden te over voor een themapark, voor ex positieruimtes e.d. Ook de gebouwen zelf hebben een duidelijk educatieve waarde. Het ziet er dan ook naar uit dat Gosschalk's crea tie niet alleen dienst zal gaan doen als pitto reske stoffering van het Westerpark. Zij krijgt de bijna Oud-Hollandse dubbelfunctie 'tot lering en vermaak'. Wilfred van Leeuwen is architectuurhistori cus te Amsterdam Rijk geïllustreerde beschrijving van de monumenten in Den Haag, die op de Rijksmonumentenlijst staan. Auteur: Evelyn de Regt. Uitgave van de Staats uitgeverij; ISBN 9012051584; Prijs 38,50

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1986 | | pagina 20