'Sneren naar elkaar in een leuke sfeer' O 169 DE LIMBURGSE PROVINCIALE COMMISSIE: JAAP KAMERLING 'De monumentenzorg ligt - laten we er niet omheen draaien - in de onderste la van de overheidshuro' s en er zit een lipslot op. Via een muizegaatje achter de la komt er toch af en toe nog wat uit maar in wezen schut het nederlandse volk het heem niet' Drs Karei Majoor, voorzitter van de provinciale commissie Heemschut Limburg. Een geëmotioneerde uitspraak van een kleurrijk en enthousiast lid van de provinci ale commissie Limburg van Heemschut: Jan Ficq, geboren in het Brabantse Graven. Via de ambtelijke ladder werd hij burge meester van het monumentrijke Zeeuwse stadje IJzendijke, waar hij ook actief werd in de Heemschut-commissie Zeeland. Thans woont Fick in het Limburgse Wit- tem, van waaruit hij via diverse organisaties de monumentenbescherming in het Lim burgse krachtige impulsen geeft. Met hem, commissievoorzitter Karei Ma joor en technisch adviseur architect Karei Merks spraken we over het boeiende maar vaak niet gemakkelijke werk in de com missie. 'Monumentenzorg is een ondergeschoven kindje', bevestigt Majoor, tevens burge meester van het Limburgse dorp Herten. 'Het is het werk van enkelingen (en het plezier voor velen, vult Ficq aan) en het betekent voortdurend roeien tegen de stroom van ondeskundigheid en desinteres se in om toch bepaalde gebouwen behouden of gerestaureerd te krijgen. Enthousiasme voor de zaak delen we echter met elkaar. Dat slaat over als een vonk, werkt besmet tend.' Jan Ficq, lid van de provinciale commissie. ENTHOUSIASME Majoor zit de commissie nu anderhalf jaar voor na het overlijden van zijn illustere voorganger Jo Harisen de Koe. Als wij hem vragen wat deze commissie onderscheidt van andere provinciale commissies, zegt hij: 'Misschien wel het enorme enthousias me. We gaan op een heel bijzondere wijze met elkaar om. Weliswaar met veel onder ling respect voor elkaar maar er wordt regel matig flink naar elkaar gesneerd.' Merks: 'Het gaat (in deze qua leeftijdsopbouw zeer gevarieerde groep tussen de 30 en de 80+) vaak toe met grappen en grollen en met voorzetten en handreikingen. Maar soms wordt er ook flink geblaft als we de instan ties' willen afschrikken'. Merks is, evenals Ficq afkomstig uit ons andere generaliteits land Noord-Brabant, vanwaar hij door bis schop Gijsen werd weggeroepen om hoofd van de afdeling bouwzaken en planologie van het Róermondse bisdom te worden. Toen dat werk minder omvangrijk bleek dan hij zich had voorgesteld begon hij voor zich zelf als architect in Maastricht MONUMENTENZORG ONDERGESCHOVEN KINDJE We gaan nog wat dieper in op de onderge schoven positie van de monumentenzorg. Majoor: 'Een jaar geleden stuurden we alle gemeentebesturen in Limburg een brief om aan te dringen op de komst van de gemeen telijke monumentenverordeningen. Er werd slechts hier en daar op de brief gereageerd. Alleen als er toevallig ergens een wethouder of ambtenaar zat, die gevoel heeft voor mo numenten. En als men reageerde liep ons verzoek vaak weer stuk op de vermeende financiële konsekwenties. We probeerden dan duidelijk te maken, dat het niet in de eerste plaats gaat om de financiële gevol- Ir. Karei Merks, technisch adviseur van de provinciale commissie. Jan Fick, lid van de provinciale commissie. gen, maar om een systematische inventari satie van het monumentenbestand.' Fick kan zich wel verplaatsen in de reacties op locaal niveau. 'Het monumentenbudget bedraagt momenteel ongeveer 130 miljoen voor het hele land. Dat is zo'n 10 miljoen voor Limburg, waarvan dan weer ruim 2 miljoen voor Maastricht. Voor de overige 68 Limburgse gemeenten blijft er dan 'n kleine 8 miljoen over voor 2600 monumen ten. Voor een dorp als Wittem met zijn 200 monumenten is er slechts 380.000 gulden beschikbaar als restauratiesubsidie. Een beetje fatsoenlijke restauratie kost echter al gauw een miljoen. Als je dus een monument aanwijst ben je voorjaren uitgespeeld.' Toch vindt ook hij, dat de gemeenten ijlings moeten gaan inventariseren. Afgelopen maand moesten de gemeenten nota bene al voor de jaren 1990/1995 uitgezocht hebben wat ze willen restaureren. Bijna geen enkele Limburgse gemeente had tot voor kort zo'n inventarisatie. Ficq ziet met angst en beven de door minis ter Brinkman voorgenomen decentralisatie van de monumentenzorg tegemoet. 'Op pa pier worden er prachtige zekerheden inge bouwd, er moeten monumentencommissies komen en zo. Maar feit is, dat de deskun-

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1986 | | pagina 7