Driekwart eeuw
beschermen er
beschutten II
Temminck Groll nam
afscheid als hoogleraar
70
van een andere bestemming voor de kerk
bemoeilijkt zou worden. Enige tijd later liet
de provincie weten dat de provinciale lijst
de koelkast in zou verdwijnen. Het be
vreemde ons dat er deze maand een brief
kwam van de provincie, waarin bij wijze
van overgangsmaatregel de H. Hartkerk als
nog werd aangemerkt als zijnde geplaatst op
een gemeentelijke monumentenlijst', aldus
de woordvoerder van het bisdom.
De gemeente Breda is nog bezig met het
opstellen van de gemeentelijke monumen
tenlijst. Of daarop ook de H. Hartkerk zou
voorkomen, wist een woordvoerder van de
gemeente niet te zeggen. 'Maar als de pro
vincie de kerk beschouwt als zijnde ge
plaatst op de gemeentelijke monumenten
lijst, zullen verdere plannen voor het ge
bouw ook voor subsidie in aanmerking
komen'.
De provincie had aanvankelijk met een ei
gen monumentenlijst willen komen. Het rijk
bleek echter niet bijzonder ingenomen met
die plannen, zodat de provincie deze maat
regel als een soort tussenvorm ziet en verder
voorlopig afziet van het opstellen van een
eigen monumentenlijst.
Prof. dr. ir. C. L. Temminck Groll heeft op
28 februari met een symposium aan de
Delftse Hogeschool afscheid genomen als
hoogleraar Architectonisch Ontwerpen met
als specialisatie Restauratie.
Op het symposium stond het aloude restau
ratie-dilemma thema centraal: 'Brengt men
een gebouw in de oorspronkelijke staat te
rug of laat men de sporen, die de geschiede
nis in hout en steen trók, in stand? Tem
minck Groll is voorstander van de 'zachte'
lijn. Toen de vraag aan de orde was of
paleis Het Loo in zeventiende-eeuwse dan
wel negentiende-eeuwse stijl gerestaureerd
zou moeten worden, was hij fel voorstander
van het laatste.
Ter nagedachtenis aan de Heemschutter Ton
Koot, vele jaren redacteur van dit blad en
altijd fervent in actie waar het de schoon
heid van stad en beemd betrof, hier enige
citaten uit het boek dat ter gelegenheid van
het gouden jubileum van de Bond Heem
schut in 1961 uitkwam. Het boek kreeg de
titel Strijd om schoonheid en werd uitgege
ven door Ploegsma te Zeist.
Ton Koot, die op 12 februari jongstleden op
79-jarige leeftijd overleed in zijn geboortes
tad Amsterdam, heeft 'Strijd om schoon
heid' geredigeerd. Het bevatte 21 artikelen
met een ten geleide van mr. Yvo Scholten,
de toenmalige staatssecretaris van onder
wijs, kunsten en wetenschappen en een
woord vooraf door mr. S. P. Baron van
Bentinck, voorzitter van de Bond Heem
schut.
Koot schreef zelf het herdenkingsartikel en
besteedde veel aandacht aan de activiteiten
van architect AA. Kokdie in de oorlogsja
ren de door Allert de Lange uitgegeven
Heemschutserie begon. 'Handzame zak
boekjes, elk met een afzonderlijk Heem-
schutonderwerp, populair belicht door toe
gewijde deskundigen'. Tussen 1940 en
1954 verschenen 74 deeltjes, waarvan vele
een herdruk beleefden: vijf herdrukken ver
schenen er van 'Een jaar in Thijsse's hof',
zes van de 'Historische schoonheid van
Amsterdam'. Met dat deel had Kok de serie
geopend.
Uiteraard deed Ton Koot ook het begin van
het bestaan van de Bond Heemschut nog
eens uit de doeken. Dat begin ligt in het
Amsterdam van 1909. Houten wipbruggen
werden door ijzeren draaibruggen vervan
gen, de Nieuwezijds kapel aan Kalverstraat
en Rokin was genadeloos gesloopt, grach
ten werden gedempt... De Amsterdamse ar
chitect A. M. Weissmann - bouwer van
o.a. het Stedelijk Museum - maakte in die
dagen een wandeling door Monnickendam -
en 'zag daar een eertijds eenvoudig maar
goed hoekpand vervangen door een bouw
kundig gedrocht, dat zich in het overigens
harmonieuze straatbeeld in al zijn mis-
vormdheid opdrong'. (Tot troost voor het
nageslacht - dit hoekpand heeft inmiddels
ook al het tijdelijke met het eeuwige verwis
seld.)
Weissmann riep voor dinsdag 27 april 1909
om half drie in het Muntgebouw te Amster
dam een aantal mannen bijeen. Onder gn
waren K. PC. de Bazel, S. de Clerq, Jan
Feith, H. van der Kloot Meyburg, mr. G.
van Tienhoven. Nog vijf vergaderingen
werden gehouden voor het tot de stichting
van de Bond kwam, waarvoor Weismann de
statuten ontwierp, architect De Bazel een
programma van actie. Er was nog geen
naam. 'Mooi Nederland', 'Schoon Neder
land', 'Bond ter bescherming van plaatse
lijk schoon' werden voorgesteld... Op 8 ju
ni 1910 kwam Weissman met de naam
Bond Heemschut. Die vond allerwege in
stemming.
Op 2 februari 1911, desmiddags weer te
half drie, en opnieuw in het Muntgebouw,
werd de constituerende vergadering gehou
den. En wel onder voorzitterschap van
K. P. C. de Bazel. Bij de afvaardigingen
was er ook een van het Kon. Oudheidkun
dig Genootschap, maar ook de ANWB en
de Nationale Bond voor Vreemdelingenver
keer en de Nederlandse Hotelhoudersbond
waren aanwezig. Alle belangrijke organisa
ties op het gebied van bouwkunst, beelden
de kunst, oudheidkunde en het toerisme wa
ren bij de oprichting vertegenwoordigd. Of
wel - ze waren er in gekend.
Als zetel van de Bond werd Amsterdam
aangewezen. Personen konden aanvankelijk
geen lid worden. Wel kon men donateur
worden, maar de belangstelling bleef be
perkt. In 1913 konden personen buitenge
woon lid worden. Er traden direct 70 perso
nen toe. Ton Koot constateerde dat bij het
gouden feest er nog enkelen van in leven
waren.
Het waken voor de schoonheid bleek ook in
het Nederland van 1911 een aanzienlijk
moeilijker taak dan men aanvankelijk had
gedacht. Vaak bleek het moeilijk om dege
ne op te sporen, die verantwoordelijk was
voor het bedreigen van de schoonheid op
een bepaald punt. Vooral overheidsinstan
ties bleken 'gebouwen met vele muren'
waarin men nog al eens 'van 't kastje naar
de muur werd gestuurd'
Ook bleek al ras, en wij citeren hier Ton
Koots relaas nog eens, dat men nieg hoog
genoeg kon gaan voor zijn besprekingen en
overleg. Het bestuur van 1911 begreep dat
spoedig en ging persoonlijk op bezoek bij
gemeentebesturen, commissarissen van de
koningin, bisschoppen en men ging zelfs op
audiëntie bij koningin Wilhelmina. Dit laat
ste had tot gevolg dat zij in 1914 het Be-