Geen afwijzing
herbestemmini
179
Het schip van de kerk werd ernstig aangetast
door de veranderde vensterindeling. Deze
ingreep blijft vanaf de straat onopgemerkt.
Aart van Eek op het stadhuis. Op de rond
leiding waren veel verwonderde gezichten
te zien, verwondering als gevolg van des
oriëntatie. Van buiten aan de torenzijde
nauwgezet gerestaureerd en van binnen de
uitmonstering van hedendaagse zuinige wo-
ningwetbouw met overheersende hek
werken.
Bij Heemschut zijn vooraf de verbouwings
plannen onderwerp van een diepgaande dis
cussie geweest, met als resultaat de conclu
sie dat het opdelen van een kerkruimte in
appartementen tegengesteld is aan het oor
spronkelijke gebruik als gemeenschaps
ruimte en daarom eigenlijk niet als een pas
sende bestemming kan worden gezien.
Maar voor de kerk Pieck en Gezellen was
het plan het laatste redmiddel. De Minister
van WVC had immers de sloopvergunning
reeds verleend. In dit licht zal het plan moe
ten worden beoordeeld: opdelen in apparte
menten of sloop. Het idee van Heemschut
dat de Gemeente het kerkgebouw zou aan
kopen, consolidéren door het uitvoeren van
de hoognodige reparaties en (actief) wach
ten op een betere bestemming waarbij de
open ruimte kon worden gehandhaafd,
bleek niet haalbaar.
Ernstig is de aantasting van het schip waar
de moderne woningpuien zijn ingebroken
en oorspronkelijke ramen verwijderd. Om
dat het kerkgebouw onderdeel vormt van de
gevelwand blijft deze aantasting echter nog
al onopgemerkt. Voor een vrijgelegen kerk
zouden deze gevelwijziging en niet te ver
geten de nieuwe dakkapellen, wel onaan
vaardbaar zijn.
Toespraak door mr. Brinkman, minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur,
ter gelegenheid van de start van de restauratie Grote Kerk in Hoorn, op 13 maart
1985.
Gedateerd 5 maart 1985 ontving ik van het
College van Burgemeester en Wethouders
een kort briefje waarin ik werd uitgenodigd
op 13 maart een officiële handeling te ver
richten bij de start van de restauratie van de
Grote kerk te Hoorn. Zo op het eerste ge
zicht een heel gewone mededeling. Welis
waar heeft de Grote kerk hier nog maar
nauwelijks het predicaat 'beschermd monu
ment' ontvangen - de beschermingsproce
dure is nog maar net in gang gezet - maar
dat zou een minister, die belast is met de
monumentenzorg, niet ervan behoeven te
weerhouden enig reliëf te geven aan de start
van de restauratie van het gebouw.
Het komt vaker voor, dat men de minister
inviteert het na restauratie voltooide ge
bouw weer ingebruik te stellen, maar ook
het begin van zo'n werk mag een belangrijk
moment worden genoemd.
Niets bijzonders aan de hand dus, of
toch...?
Bij het restaureren van een kerkgebouw
denkt men vanzelfsprekend aan het weer
opknappen van dat gebouw als kerkgebouw,
de door ouderdom in verval geraakte kerk
die dan daarna weer, zoals dat wel heet 'in
volle glorie'als godshuis verder dienst zal
doen. Die situatie nu doet zich hier niet
voor, en dat geeft ook het bijzondere tintje
aan onze samenkomst van vandaag hier.
Al in 1966 werd immers dit kerkgebouw als
zodanig buiten gebruik gesteld en werd het
gebouw verhuurd. Slechts weinigen zullen
zich dus nog kunnen voorstellen, dat deze
kerk ook als kerk functioneerde.
Hoe mooi en passend het wellicht ook zou
zijn, wanneer aan dit gebouw weer zijn oor
spronkelijke functie zou worden teruggege
ven, daarvan is geen sprake. Met de mede
werking en volledige instemming van de ge
meente Hoorn is door de maatschap CORA
LE een plan ontwikkeld voor de bouw van
kleine bedrijven en winkels in de kerk, een
project, dat kan worden gefinancierd met
steun van het ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid. En dat is toch wel een
ontwikkeling om even bij stil te staan. In
wellicht geen ander land dan het onze is
sprake van het op zo' n grote schaal buiten
kerkelijk gebruik raken van kerkgebouwen.
Een dergelijke handeling van de voor zo'n
kerkgebouw verantwoordelijke kerkelijke
autoriteiten roept, zo kan men vaststellen,
twee soorten reacties op: óf sloop óf een
ijveren voor behoud en het zoeken naar een
nieuwe bestemming door wat ik nu maar
simpelweg noem: derden, niet aan het kerk
gebouw gebondenen.
Vaak gaat aan de sloop een hardnekkig
streven van die 'derden' vooraf om het ge
bouw in stand te houden, een streven, dat in
de meeste gevallen krachtig wordt onder
steund door de Monumentenraad, als het
om een als beschermd monument geregi
streerd gebouw gaat. Heeft zo'n gebouw
deze status niet, dan wordt eerst gepoogd
het gebouw beschermd te krijgen. Vele,
vooral R.K. kerkgebouwen uit de tweede
helft van de vorige eeuw, zijn inmiddels
onder de slopershamer gevallen, soms na
zeer hevige acties tot behoud. In andere
gevallen werd succes geboekt en gelukte het
althans het gebouw in stand te houden.
Weer andere gebouwen wachten gelaten af
wat er met hen gaat gebeuren, een situatie
waarvan een zeer negatieve invloed uitgaat
op hun bouwkundige conditie.
In de als ik dat zo mag noemen, 'behouden'
gevallen werden voor het gebouw de meest
uiteenlopende bestemmingen gevonden. De
ze Grote kerk sloeg als verkoopcentrum van
watersport- en campingartikelen in dat rij
tje geen gek figuur.
Minister Brinkman van WVC tijdens de officiële
start van de restauratie van de Grote Kerk
te Hoorn.
Foto: Femke Citerwijk, Hoorn.