Geschiedvervalsing treft ook Paleis Noordeinde (vervolg) uu.:uil ril; 'til it v mSI 11 dk12 13 i14 L, '~fj'T ■- toirij'ï-j- 200 DOOR STEFAN VAN RAAY In het septembernummer was het onderwerp de restauratie van het exterieur van Paleis Noordeinde; hier volgt een beschouwing over het interieur. Niet alleen de geschiedenis van het exterieur verdient te worden behouden, ook de historisch gegroeide interieurs moeten zo goed mogelijk worden bewaard. Dan alleen blijft de harmonie tussen exterieur en interieur in stand. Omdat een gebouw zó de optelsom van de geschiedenis is, komt er, wanneer bestem ming of functie veranderingen noodzakelijk maakt, ruimte voor de architectuur en de vormgeving van onze tijd. Uit deze opvatting volgt de stellingname dat subjectieve waarde ring voor een bepaalde stijl of periode in de aanpak van een restauratie niet mee mag spelen. Achter de voorgevel van het Paleis Noord einde lag voor de restauratie in de jaren '60 een paleis dat met de geschiedenis van de gevel zelf overeenkwam (afb. 12, eind arti kel, afb. 1 en 2). In het corps de logis en de zijvleugels aan de voor- en achterkant waren de opeengestapelde sporen van ander halve eeuw bewoning verborgen. De begane grond en de eerste verdieping van het corps de logis en de Noordeindevleugels zijn door de medewerkers van het architectenbureau Krüger ten aanzien van de interieurgeschie denis onderzocht. Die gegevens en het foto materiaal dat de toestand van de interieurs weergeeft uit de tijd van de laatste gebruik- ster van het Paleis, Koningin Wilhelmina, zijn de leidraad bij de beoordeling van de recente restauratie. STIJLZUIVERHEID CONTRA FANTASIE Kenmerkend voor de inrichting van Paleis Noordeinde was de historisch gegroeide mengeling van bij voorbeeld Empire meubi lair, smyrnatapijten, bonte crapauds, kristal len kroonluchters en ornamentiek in neostij len. De eerste, niet opgevolgde, restauratie adviezen, die waren gebaseerd op het histo risch onderzoek naar de inrichting van de voornaamste vertrekken - de staatsievertrek- ken op de eerste verdieping van het corps de logis - waren niet gericht op het handhaven van deze mengeling, maar op het terugkeren naar de vroegst mogelijke toestand van ieder vertrek en de perfectie van daarbij behorende stoffering en meubilair. Dit was mogelijk geweest, omdat het groot ste deel van de stoffering bekend was en veel meubels nog in koninklijk of staatsbezit zijn. Men koos echter niet voor'deze opvatting, maar bracht zonder een visie en op basis van fantasie kleurstellingen, stoffering en meubi lair in. Dat men bij de al te beperkte keus die men zich stelde tussen stijlzuiverheid en fantasie geen voorrang gaf aan de eerste mogelijk heid - waardoor alles dan wel niet op de historisch gegroeide, maar in ieder geval wel op de stijlzuivere plaats zou zijn gekomen - moet dan ook betreurd worden. I .7 llcU a'j! V Legenda A Zuidelijke tuinvleugel B Noordelijke tuinvleugel C Groot appartement D Bruine Kwartier E Audiëntievertrekken 1. eerste vestibule 2. tweede vestibule 3. derde (achter)vestibule 4. Koningstrap 5. Witte zaal 6. Indische zaal 7. Zilverkamer 8. Zaal onder grote antichambre 9. Grijze Salon 10. Blauwe Salon 11Grote antichambre 12. Balkonzaal 13. Kleine Balzaal 14. Rode Salon 15. Galerijzaal 16. Grote Balzaal 17. Inpandige passage 18. Antichambre 19. Receptiesalon 20. Dagelijkse eetzaal Afb. 1 Begane grond Afb. 2 Eerste verdieping 11 19 i! 17 20 -' r

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1984 | | pagina 10