m
156
zijdige houding van het aartsbisschoppelijk
bouwbureau Utrecht ten aanzien van de Klei
ne Eusebius is in dit opzicht exemplarisch.
Over het beleid in de bisdommen Haarlem en
's-Hertogenbosch behoeven we het niet eens
te hebben. Schitterende Cuypers-kerken zijn
daaraan ten slachtoffer gevallen, zoals de
gemelde Posthoorn of bijvoorbeeld de ma-
jestueuse Noordhoekse kerk van Tilburg.
Enige positieve uitzondering lijkt het bisdom
Roermond, maar daar is het 19de-eeuwse
architectonische erfgoed toch niet zó om
vangrijk.
Wanneer niet binnen afzienbare tijd door de
kerkelijke overheden getracht wordt om sa
men met de Rijksdienst voor de Monumen
tenzorg tot een zinvolle aanpak te komen,
dan zal het aantal sloopgevallen in de ko
mende jaren alleen maar stijgen. Nu zijn het
de neogotische kerken etc. die stuk voor stuk
dringend een consolidatiebeurt nodig heb
ben. Maar weldra volgt het oeuvre van de
volgende generatie kerkenbouwers, zoals
Jan Stuyt, Jos. Cuypers, H. W. Valk, A. J.
Kropholler, A. J. N. Boosten en vele ande
ren. Ook hier gaat het om dure, degelijke
architectuur met grote daken, veel baksteen
én beton.
WAAR ALLES MISGING: DE ST.-DOMI-
NICUS VAN ALKMAAR
aantrekkelijk plan bestond om van de kerk
een winkelpassage te maken. Nu. evenwel
ook de gemeentelijke sloopvergunning 'bin
nen' is, is het wachten alleen op het defini
tieve bod van de projectontwikkelaar. De
Stichting tot Behoud is ondanks al haar po
gingen er niet in geslaagd de benodigde som
men op tafel te krijgen of een effectief plan
tot herbestemming te ontwikkelen. Sloop
lijkt onherroepelijk. En dat bij een gebouw
Ook voor de Kleine Eusebius van Arnhem is
nu een dergelijk plan opgezet en wel door
specialist Egbert Hoogenberk. Zonder direct
enige kritiek op het ontwerp zelf te willen
leveren, kan men zich bij voorbaat afvragen
óf dit wel de juiste weg is. De Kleine Eusebi
us is in sterkere mate dan de Nicolaas-Pieck-
en-Gezellen mede intern zo interessant als
monument, en die waarde dreigt nu te ver
dwijnen. Dat is ook een van de redenen
ringgi-E
De hier geschetste verschijnselen hebben een
grote rol gespeeld bij de pechvogel onder de
19de-eeuwse architectuur: de reeds genoem
de Alkmaarse Dominicuskerk van P. J. H.
Cuypers. Er lijkt nauwelijks een monument
denkbaar, waarbij van de kant van de ideële
belanghebbenden, zoals de PC Noord-Hol
land van Heemschut, Oud Alkmaar, de
Stichting Stadsherstel en de tenslotte opge
richte Stichting tot Behoud, zoveel moeite,
energie en liefde ingestoken is. Nauwelijks
een monument, een architectonisch kunst
werk pur sang, dat zoveel onwil bij de kerke
lijke en stedelijke overheid oogstte. Hoogste
prioriteit leek te zijn het binnenhalen van de
2,6 miljoen, toegezegd door een projectont
wikkelaar. Maar van meet af aan is alles
misgegaan. De minister ging niet tot plaat
sing over dan onder toevoeging van een ont
snappingsclausule: mocht men geen bestem
ming kunnen vinden, dan zou hij afvoer in
overweging nemen. Toen dit eenmaal ge
schiedde, overschreden de ideële belangheb
benden de beroepstermijn van twee maanden
(art. 26 monumentenwet) zij werden door de
Raad van State niet ontvankelijk verklaard.
Het aanvankelijke vooruitzicht om op de ge
meentelijke monumentenlijst geplaatst te
worden, werd doorkruist door een wisseling
van de wacht in het college van B&W. De
welwillendheid ten aanzien van het monu
ment draaide 180°. Bij een hernieuwd ver
zoek tot plaatsing op de rijkslijst bleek te
vens een art. 19-procedure te lopen ingevol
ge de wet RO: voor de omschrijving van
'winkelcentrum' op de plaats van de Domi-
nicus in het algemeen bestemmingsplan gaf
GS een verklaring van geen bezwaar af.
Daarmee was ook deze plaatsingsprocedure
van de baan. Dat is spijtig omdat er een
Ook de neoclassicistische St.-Nicolaas-Pieck-en-
Gezeilen te Gorinchem mocht afgebroken
worden, tenzij voor 1 januari 1983 een betaalbare
vorm van herbestemming gevonden zou zijn. Er
komen nu 44 woningen naar ontwerp van
architect Aart van Eek.
waarvan iedereen stelde dat 'dit' nooit ge
beuren mocht! Een droeve analyse leert ons
dat hier wel alle ingrediënten voor de onder
gang van een kerkelijk monument aanwezig
waren.
ALTERNATIEVEN: HERBESTEMMING
EN MEERVOUDIG GEBRUIK
Het zou geen goede zaak zijn dit sombere
verhaal te besluiten zonder een aantal voor
beelden van hoe het ook anders kan. De
meest ingrijpende en tevens minst aantrekke
lijke oplossing - maar nog altijd beter dan
sloop! - is het intern verbouwen, c.q. vol
bouwen van een kerk; bijvoorbeeld met ap
partementen. Een zeer recent voorbeeld is de
neoclassicistische (Waterstaat) H.H. Nico-
laas Pieck en Gezellen te Gorinchem,
waarvoor ook Heemschut zich inzette. Nadat
voor dit monument de sloopvergunning afge
geven was onder het voorbehoud dat men tot
1 januari 1983 de tijd zou hebben om naar
een nieuwe bestemming te zoeken, is door
raadslid en architect A. van Eek met een
projectgroep een plan bedacht voor 44 wo
ningen. Dit interessante ontwerp is door Van
Eek op boeiende wijze uiteengezet en toege
licht in Futura, het o.i. te weinig bekende
blad van het Nederlandse Architecten Ge
nootschap. In het geval van Gorinchem blij
ven uiteindelijk het silhouet en heel globaal
een idee van de oude centrale ruimte behou
den, via een taps uitlopende middenhal.
waarom het absoluut geen zin zou hebben
om voor de Alkmaarse Dominicus een der
gelijk plan te ontwikkelen. Anders dan het
idee van een winkelpassage, waarbij de gale
rijen en het schip 'ruimtelijk' gerespecteerd
zouden kunnen worden. Ditzelfde probleem
speelt bij Cuypers' (Amsterdamse) Vondel-
kerk: hiervoor werd een opzet om het ge
bouw met wooneenheden vol te proppen
door de Rijksdienst Monumentenzorg afge
keurd wegens aantasting van de interne mo
numentale waarde. Het is wel duidelijk dat
in de toekomst meer en meer architecten al
hun creativiteit zullen moeten aanwenden
om op aanverwante wijzen het begrip monu
mentenzorg een nieuwe en eindelijk eigen
tijdse invulling te geven.
In dit verband menen we dan ook de aan
dacht te moeten vestigen op de plannen tot
herbestemming van de Grote Kerk van
Hoorn; een vreugdevolle variatie op de ge
noemde kerken waar van slechts de omtrek
ken gehandhaafd zijn, c.q. worden. Deze
vermoedelijk enig kerkelijke architectuur
van bouwmeester C. Muysken uit 1881-1882
in 'Oud-Hollandse stijl' of neorenaissance
bevindt zich momenteel in de laatste stadia
van de voorlopige plaatsingsprocedure. De
plaatsing op de monumentenlijst maakt voor
al kans van slagen, omdat de Stichting tot
Behoud een zeer goed uitgebalanceerd plan
heeft laten uitwerken, waardoor het monu
mentale gebouw in de toekomst verzekerd
zal zijn van kostendragers. Muysken voor
zag de kerk van een kolossale dakstoel, die
in principe even onrendabel als kostbaar in
onderhoud is. Bij het ontwikkelen van de
herbestemming van het gebouw is men op
het lumineuze idee gekomen om onder dit
hoge dak woningbouw te plegen! Er bleek