147
Het laat 18de-eeuw.sc, marmeren, grafmonument
van Francjois van Bredehoff, vrijheer van
Oosthuizen, dat zich in deze gemeente bevindt in
de vroeg 16de-eeuwse, eenbeukige kruiskerk. Dit
kerkje behoort tot één van de pronkstukken van
de Stichting, (foto Rijksdienst Monumentenzorg)
door een 18de-eeuws doophek, koperen
doopboog en lezenaar herinnert nog aan de
voorganger die een overeenkomstige opzet
had als de kerk van Oosthuizen die door
brand verloren ging. Dit kerkgebouw be
vindt zich in slechte staat; plannen voor res
tauratie zijn in voorbereiding en het stich
tingsbestuur hoopt nog in dit jaar met de
restauratie te kunnen beginnen.
De éénbeukige kruiskerk van Oosthuizen
met het van verre al zichtbare bekoorlijke
viering-torentje met opengewerkte peer met
de uit 1511 daterende luiklok behoort tot de
pronkstukken van de Stichting. Koor en
dwarsschip werden in 1511 gebouwd, het
schip kwam in 1518 klaar. Een zonnewijzer
met de woorden 'fugit hora' siert de westge
vel. Het interieur van deze kerk met het
prachtige koorhek (1550-1600) waartegen de
preekstoel uit 1664 met daaromheen in Lo-
dewijk XVI-stijl het doophek met koperen
lezenaar en doopboog, het imposante mar
meren grafmonument voor Frangois Brede
hoff, Vrijheer van Oosthuizen en 'last, but
not least' het uit 1521 daterende orgel (één
van de oudste in Nederland), voorzien van
twee grote deuren ter bescherming van het
pijpwerk, is in één woord indrukwekkend.
Een laatste restauratie, reeds in 1920 begon
nen en in 1964 voorlopig voltooid, vraagt
nog om een gehele binnenbepleistering
waarmee begonnen zou kunnen worden zo
dra het vocht genoegzaam uit de muren is
verdampt.
De kerk van Oudendijk werd in 1649 als
protestantse kerk in gothische vorm opge
richt; vijf traveeën lang en een vijfzijdige
koor-afsluiting die door een hoog opgaande
houten wand aan het zicht binnen is onttrok
ken. De dakruiter wekt de indruk dat er spra
ke is van een ingebouwde toren. Het inte
rieur is sober, een preekstoel uit 1656-1663,
omgeven door een achttiende eeuws doop
hek met koperen lezenaar en doopboog.
In 1955 onderging het gebouw een minimale
restauratie; aan een algehele restauratie zal
de Stichting binnen afzienbare tijd niet kun
nen ontkomen.
Tenslotte nog iets over de in deplorabele
toestand verkerende kerk van Oosterblok
ker die nog geen eigendom van de Stichting
is, maar waaromtrent wél overeenstemming
over eigendomsoverdracht met de Hervorm
de kerkvoogdij van Blokker bestaat en waar
voor thans een restauratieplan met begroting
wordt gemaakt op basis waarvan beslist moet
worden of de Stichting de financiële conse
quenties aan zal kunnen gaan of niet.
De oudtijds aan St. Pancratius gewijde ruime
éénbeukige kruiskerk werd aan het einde van
de 15de eeuw gebouwd, transept en koor
dateren uit het begin van de 16de eeuw. De
toren, vermoedelijk 15de eeuw, is het oudst.
Koor en dak werden in 1973 gerestaureerd,
toen werd de restauratie stilgelegd en sinds
dien knaagde de tand des tijds aan dit bijzon
dere, de moeite van behoud zeer waard zijn
de kerkcasco waarvoor door de gemeente
raad van Drechterland reeds een sloopver
gunning overwogen werd.
Het bestuur van de Stichting Oude Hollandse
Kerken hoopt van harte dat de restauratiear
chitect er in zal slagen een betaalbaar restau
ratie-plan op te zetten opdat ook dit bedreig
de monumentale kerkgebouw behouden zal
kunnen blijven.
Zo ploetert het stichtingsbestuur voort tot
behoud van Hollandse monumentale kerkge
bouwen, zich gesteund wetend door een do-
nateursschare die het behoud van de Hol
landse monumentale kerkgebouwen ter harte
gaat, een donateursschare die, naar mate zij
groeit, ook de mogelijkheden vergroot om de
doelstelling van de Stichting, behoud van
monumentale kerkgebouwen in Noord- en
Zuid-Holland, te realiseren.
Voor de gotische kerk te Oosterblokker, waarover
Heemschut reeds vele malen (zie o.a. november
'81 pag. 200 en mei '82 pag. 84) heeft
gerapporteerd is nog steeds geen
restauratiebesluit genomen. Plannen voor
aanwijzing als leerlingenbouwplaats en pogingen
tot herstel op grond van werkverruimende
maatregelen Hepen voorshands op niets uit.
De toekomstige eigenares, de Stichting
Restauratie Oosterblokker, die daartoe speciaal
door de Stichting Oud-Hollandse Kerken is
opgericht, acht het niet verantwoord de
herstelwerkzaamheden te beperken tot de zo
nodige casco-restauratie en wacht derhalve op de
aanvullende bijdrage van de Rijksdienst te Zeist,
waardoor de totale restauratie mogelijk zou zijn.
Hopelijk komt deze subsidie tijdig.