Lezers spreken
Reactie nGt}erandering
yisfe^
15
Aan de Redactie van Heemschut.
Met veel interesse las ik het artikel van Jhr.
Mr. W. C. de Jonge over de nieuwe bestem
ming van de Broederenkerk te Zutphen. Ik
kan mij voorstellen, dat het veel voldoening
geeft, dat deze fraai gerestaureerde kerk een
nuttige bestemming heeft gekregen, nu hij
als kerk heeft afgedaan.
Maar nu las ik in het Remonstranten week
blad (van begin mei 1983) een artikel van de
heer Fournier over de oude Geertékerk in
Utrecht. Deze werd een aantal jaren geleden
ook gerestaureerd en, in eerste instantie, als
kerk in gebruik genomen. Ook daar is vloer
verwarming aangebracht en dat blijkt nu tot
de nodige problemen voor gebouw en inven
taris te hebben geleid. Zo is het hoofdorgel
thans geheel onbruikbaar ten gevolge van
krimp door uitdroging; de houten tongewel
ven vertonen op vele plaatsen forse kieren en
het binnenpleisterwerk heeft sterk te lijden
van het verschil in relatieve vochtigheid tus
sen de buitenlucht en de lucht in het inte
rieur. Schrijver komt tot de conclusie dat
vanuit het standpunt van een monumenten
beheerder een kerk niet verwarmd behoort te
worden. Hangt dit euvel, met name dat van
het pleisterwerk en het fraai versierde ge
welf, deze kerk in Zutphen ook niet boven
het hoofd; (of beter onder het dak;) En even
tueel andere te restaureren kerken waar een
andere bestemming aan wordt gegeven? Die
zouden dan zonder gepleisterde muren en
gewelven verder dienst moeten gaan doen?
Of de verwarming zou dan zeer summier
moeten zijn! Waarschijnlijk bent U wel op
de hoogte van leem, maar aangezien
daar in Uw blad met over gerept werd, dacht
ik dat het artikel over de Geertekerk U mis
schien nog van nut kan zijn.
Met de meeste hoogachting,
P. Hoog-Pronk
Naar aanleiding van de brief van mevrouw
P. Hoog-Pronk te Haarlem diene het volgen
de. Mevrouw Pronk wijst op de gevaren, die
voortspruiten uit verwarming van kerkge
bouwen ten gevolge van gewijzigde bestem
ming en noemt als voorbeeld de Geertekerk
te Utrecht, en als gevaarsobjecten het orgel,
de houten tongewelven, het binnenpleister
werk en antiek meubilair.
Wegens huisvesting van de Openbare Biblio
theek in de Broederenkerk te Zutphen zijn
het orgel en de preekstoel door de kerkvoog
dij verkocht om dienst te doen, ik meen te
Arnhem en Heusden, waardoor antiek meu
bilair niet meer aanwezig is. Er zijn gemet
selde gewelven met gewelfschilderingen. In
feite vormen deze het gevaarsobject, bene
vens een deel van het pleisterwerk van de
muren (Het pleisterwerk van het koor is ver
nieuwd, terwijl het Noordelijk zijschip door
de kloostergang is ingesloten, zodat die
muur niet aan de buitenlucht is blootgesteld.)
De (gemeentelijke) restauratiecommissie,
die de huisvesting van de Bibliotheek in de
Kerk heeft voorbereid heeft genoemd gevaar
onderkend, doch gemeend dat het handhaven
van een constante temperatuur en vochtig
heidsgraad - naast het genoemde gevaar -
ook voordeel zou betekenen vergeleken met
de vorige met de seizoenen en zondagsverT
warming wisselende toestand. Er zijn geen
speciale maatregelen genomen om het ge
vaar te keren. De Gemeente heeft apparatuur
voor klimaatbeheersing aangebracht. Vóór
het aanbrengen van de vloerverwarming
werd een vochtigheid van 70% gemeten, na
het aanbrengen 100%, hetwelk in enkele
maanden terugliep naar 70%. De huidige er
varing heeft nog niet veel te betekenen, daar
zij dateert van de opening van de bibliotheek
in februari 1983. Eerst over enkele jaren zal
de proef blijken.
Het zou o.i. de moeite waard zijn de ervaring
met kerkgebouwen, waarin het klimaat is
veranderd, te onderzoeken door een enquête,
wellicht uit te voeren door de vereniging van
kerkbeheerders. Wij doen hiermede de sug
gestie aan de redactie van Heemschut om
deze gedachte voor te leggen aan genoemde
vereniging.
Jhr. Mr. W. C. de Jonge (secretaris)
P.S. redactie.
De door de heer de Jonge gedane suggestie
om de Vereniging voor te stellen deze pro
blematiek nader te onderzoeken achten wij
zeer waardevol.
De gerestaureerde en voor de Openbare
bibliotheek aangepaste Broederenkerk te
Zutphen. Foto: C. Ploeg,' Zutphen.