gemeen -r
nieuws—
180
schermde panden zijn) is een meerjarenplan
opgezet. Tenslotte werd onlangs nog de to
ren van het oude raadhuis gerestaureerd.
WALLEN HERSTELD
Ook voor de vestingwerken bestaat er van
gemeentewege grote belangstelling. De ge
meente neemt nu zelf het onderhoud van de
wallen ter hand, nadat de vereniging Menno
van Coehoorn de vestingwerken van 1930 tot
1973 onder haar hoede had gehouden, ter
bescherming tegen hen, die eeuwenlang zelf
beschermd waren geweest. Er werd een wan
deling aangelegd, die het inwoners en bezoe
kers mogelijk maakt, hoog boven het omrin
gende polderland en neerkijkend op de daken
van de huizen binnen de vesting van bastion
tot bastion te gaan.
GRIMMIGE ERFENIS
Elk bastion heeft zo zijn eigen bijzonderhe
den, maar het verrassendst is toch wel dat
met de naam Holland, waar twee enorme
betonnen bunkers uitkijken over het Haring
vliet. Gebouwd in de Tweede Wereldoorlog
door de Duitsers, als onderdeel van de Atlan-
tikwall, actualiseren ze de grimmigheid van
het krijgsbedrijf en confronteren ze ons met
de werkelijke functie van deze op het oog zo
lieflijke 'promenade'. Gelukkig beschouwt
men ze bij de gemeente niet als aantasting,
maar juist als krijgsbouwkundige uiting van
de voortdurende rol, die Willemstad als ves
ting tot in de jongste geschiedenis gespeeld
heeft.
Toen het gemeentelijk beleid inzake de ves
ting even leek te ontsporen, kwam men, me
de door toedoen van de Bond Heemschut,
terug op het voornemen om tegen de voet
van de wal een aantal bejaardenwoningen te
bouwen. Nu staan ze, logisch gesitueerd,
elders in de rooilijn van de straat.
Kortom, de gemeente heeft hart voor het
oude hart van de stad. Dat bewijzen ook het
veelvuldig overleg en de hechte contacten,
die er met de Rijksdienst voor de Monumen
tenzorg zijn.
HISTORISCHE KENNIS VEREIST
En de inwoners van Willemstad, de eigena
ren en bewoners van de oude huizen, win
kels en bedrijven. Hoever reikt hun histo
risch bewustzijn, als het gaat om hun eigen
leefomgeving of, beter nog, hun eigen oude
huis? Ik geloof, dat ze met trots kunnen
vertellen over de ouderdom van het pand,
waarin ze wonen of misschien zelfs geboren
zijn.
Dat enthousiasme bleek al uit het aanslaan
van de actie, die tot doel had ieder huis
gedurende dit jubileumjaar op een historisch
zinvolle wijze te versieren. Een zelf te ma
ken ster, voorstellend de plattegrond van de
vesting en opgehangen aan de gevel, zou de
oorspronkelijke naam van het pand dragen,
zoals die op het stadsarchief bekend was.
Bijna ieder huis was afgelopen jaar van een
dergelijke betrouwbare, maar in de praktijk
veelal vergeten historische aanduiding voor
zien. Die naam werd dan ook in een publica
tieblad van de gemeente uitvoerig toegelicht.
Het historische interesse van de bevolking
lijkt hiermee voldoende aangetoond.
Toch heeft die kennelijk aanwezige belang
stelling lang niet altijd geleid tot aanvaardba
re bouw- en verbouwaktiviteiten. Lopend
door de zestien straten van de stad kan men
vaststellen, dat op het gebied van de archi
tectuur het historisch bewustzijn al even glo
baal is, als de historiciteit van de kostuums,
waarin de Willemstadters zich het hele jaar
gehuld hadden. In hun enthousiasme voor de
gaafheid van het stadsbeeld en het historisch
karakter van hun eigen huis gaan sommige
inwoners van Willemstad ertoe over hun huis
zodanig te verbouwen, dat het niet meer van
een authentiek zeventiende-eeuw s pand te
onderscheiden zou mogen zijn'. Accoord, de
tweedelige voordeur met zwaar koperen be
slag is van hardhout evenals de schuiframen
met kleine roedenverdeling en de vorm van
de consolen onder de daklijst is verzonnen,
maar de gele ijsselsteentjes, waarmee de ge
vels bekleed worden, zijn beslist antiek. En
van een afstand lijkt alles net echt. Ook nieu
we huizen blijken volgens de hier beschre
ven werkwijze te worden opgetrokken. De
voorbeelden staan in de Achterstraat en in de
Hofstraat. Als ik dan zie, hoe hier kostbare
oude bouwmaterialen de schijn van authenti
citeit moeten opwekken, waar het toch ei
genlijk om nieuwbouw gaat, betreur ik het
ten zeerste, dat diezelfde materialen niet ge
bruikt zijn bij het herstel van een brede voor
gevel in de Groenstraat, die kennelijk een
hoge ouderdom bezeten heeft, maar die nu
door een vernieuwing met moderne machi
nale baksteen volkomen bedorven is. Of ik
zou ze gebruikt hebben voor een kleine wo
ning, ook in de Groenstraat, die in vervallen
staat tot werkplaats dient van nota bene een
bouwbedrijf. Het huisje, dat blijkens een ge
velsteen geheel of gedeeltelijk uit 1883 moet
stammen en deel uitmaakte van het Hofje de
Molensteen, staat nog zozeer in de traditie
van de zeventiende eeuw, met zijn afwisse
lende lagen van rode en gele baksteen en
tussen de begane grond en de verdieping een
interessante waterlijst van profielsteen, dat
herstel dringend gewenst is.
Het is betreurenswaardig, dat men zich in
Willemstad (en daar niet alleen) niet méér
inspant om eerlijk en zuiver te bouwen en
gewetensvol te restaureren, zoals de Hollan
der dat toch, in vergelijking met andere Eu
ropeanen, zo eigen is geweest.
Dat men zich daarbij laat inspireren door uit
het verleden afkomstige stijlkenmerken,
hoeft niet altijd een bezwaar te zijn, als het
bouwwerk maar als duidelijk eigentijds te
herkennen is. Beziet men in Willemstad de
vele voorbeelden van de Delftse School, die
zo kenmerkend zijn voor de jaren vijftig, dan
valt op, hoe naadloos ze opgaan in het archi
tectonisch weefsel van de in hoofdzaak ze
ventiende- en achttiende-eeuwse bébouwing.
Het is eveneens verrassend te zien, hoe goed
de eerlijke woningwetwoningen uit diezelfde
periode, die een groot deel van de zuidelijke
vestingstad in beslag nemen - stelt U zich
eens voor, wat dat destijds voor een ingreep
in het stadsbeeld betekende - zich voegen
naar de structuur én de sfeer van de bestaan
de architectuur. De kleine woningen met hun
helrode baksteen, hun kleine witgeschilderde
kozijnen, vaak met kruisroede, en daken met
oranje keramische dakpannen vormen een
kleinschalig buurtje binnen het patroon van
de vesting.
Men kan ze overal in Nederland aantreffen,
maar ze zijn zo algemeen dat men er achte
loos aan voorbij gaat. Plaatst men ze in Wil
lemstad naast het Mauritshuis uit 1623, dan
ziet men, dat ze er beslist niet misstaan, als
men tenminste maar de moeite doet die
bouwkunst van de jaren vijftig niet te be
schouwen als het bouwen uit de tijd van onze
al dan niet prille jeugd, maar als een zeer
kenmerkend Hollands bouwkundig voort
brengsel, dat zijn visuele kwaliteiten heeft.
En dat komt nergens beter tot zijn recht dan
in de kleinschaligheid van een echt Hollands
stadje, zoals bijvoorbeeld Willemstad.
Een cursus Algemene Planologie wordt ge
organiseerd door het Nederlands Instituut
voor Ruimtelijke Ordening (N.I.R.O.V.) in
Den Haag en is bedoeld voor niet-deskundi-
gen die betrokken bij of geïnteresseerd zijn
in de ruimtelijke ordening. Hierbij komen
onderwerpen aan de orde zoals o.a. ruimte
lijke probleemvelden, demografie, milieu
zorg, landschap en recreatie, volkshuisves
ting, verkeer en vervoer, ruimtelijke orde
ning op diverse niveaus, bestemmingsplan
procedures enz. De cursus begint 14 januari
1984 en wordt gedurende 16 zaterdagochten
den gehouden te Utrecht, Cursusprijs:
900,-.
Informatie bij het N.I.R.O.V. tel. 070-
469652.
Onder auspiciën van het Nederlands Comité
van ICOMOS en de BNI (Beroepsvereniging
van Nederlandse interieur architecten) wordt
van 2 t/m 4 februari 1984 te Haarlem een
internationaal symposium gehouden:
Today's Spatial Design in Historie Build
ings. Het hoofdthema behandelt een verant
woorde aanpassing van het interieur van his
torische gebouwen wanneer die aanpassing
noodzakelijk is bij verandering van bestem
ming of functie van deze gebouwen. Het
programma van lezingen door Nederlandse
en buitenlandse sprekers en 'workshops' die
plaatsvinden in de 'Hoofdwacht' en het Tey-
ler's Museum te Haarlem, is verkrijgbaar bij
ICOMOS/IFI Forum P.O. Box 19610 1000
GP AMSTERDAM (tel. 020-277706). Aan
melding tot uiterlijk 31 december a.s.