m
11 ii li i vi l s iliililllK i
103
De beelden van een Sphinx met kind en een wolvin
met Romulus en Remus (op de toto's nog niet
schoongemaakt) zijn verhuisd van de Koningslaan
naar hun oorspronkelijke plaats aan de
noordzijde van de fontein van Hercules.
De beslissing om van dit woonpaleis een
museum te maken had echter tot gevolg dat
talloze bouwkundige ingrepen noodzakelijk
waren geworden om een optimale museale
functie te kunnen waarborgen. Zo moesten'
vloeren en plafonds worden verwijderd om
balken te kunnen verzwaren. Lambrizerin-
gen dienden afgenomen te worden om lucht
behandelingskanalen en electriciteitsleidin-
gen te kunnen aanleggen.
En zoals het gaat met zo vele politieke be
slissingen, als de molen eenmaal draait blijkt
hij uiteindelijk niet meer te stoppen. Zo was
ook hier het einde van het verhaal de mede
deling van de minister dat hij bleef bij zijn
voorgenomen besluit, namelijk reconstructie
van paleis én tuin!
DE RESTAURATIE VAN HET GEBOUW
In november 1976 werd door de Rijksgebou
wendienst een zestal aannemers en combina
ties van aannemers uitgenodigd tot het doen
van een prijsaanbieding. Daarbij bleek al
spoedig dat het bedrag van zestig miljoen
hetwelk door de minister in de Tweede Ka
mer was genoemd te optimistisch was. Aan
de uiteindelijke bouwcombinatie Boele en
Van Eesteren uit Den Haag en L. Wouden
berg te Rhenen werd daarom een gefaseerde
opdracht gegeven, waardoor de pijn over
meerdere jaren werd uitgesmeerd.
In 1977 werd opdracht verleend voor de eer
ste fase van het bouwkundige gedeelte waar
mede dertien miljoen gulden was gemoeid.
Dit omvatte de binnen- en buitenpaviljoens
en het 'corps de logis', ruwweg het midden
gedeelte van het paleis. Men startte met de
demontering van vloeren, plafonds e.d.,
waarna een diepgaand historisch en con
structief onderzoek plaatsvond. Tegelijk
hiermede begon men met het ontpleisteren
van de gevels waarna het herstel van het
metselwerk kon beginnen evenals dat van de
kappen. Als omstreeks april 1980 het weste
lijke paviljoen gereed is en met het oostelijke
kan worden begonnen meldt het halfjaarlijk
se vërslag: 'Nu blijkt de gedaanteverwisse
ling van Het Loo een feit.'
En inderdaad lijkt aan de buitenzijde de me
tamorfose compleet. De toevoegingen van
de verbouwingen van 1911 -14 zoals de der
de verdieping op het corps de logis en de
uitbouw (eetzaal) van het oostelijke zijpavil
joen waren weer verdwenen waardoor de
achtergevel zijn symmetrische verhouding
herkreeg. De 19de-eeuwse roede-indeling
werd vervangen door een 17de-eeuwse. Bij
de restauratie van het interieur heeft men
zich laten leiden door de bouwkundige ele
menten die bij het historisch onderzoek te
voorschijn kwamen.
DE TWEEDE FASE
Omstreeks februari 1979 vond de aanbeste
ding plaats van de tweede fase. Deze omvat
te de oostelijke en de westelijke vleugel aan
de base-cour en aan de Koningslaan. Na
twee maanden van onderhandelen werd men
het eens over de prijs van 22.750.000.
Deze fase begon op 16 april 1979. In tegen
stelling tot de eerste fase bleven hier wel de
toevoegingen uit 1911 bestaan. De gevels
werden schoongemaakt door middel van
gritstralen, terwijl het interieur van de werk
plaatsvleugel in vroeg-20e-eeuwse stijl werd
opgeknapt. De 19de-eeuwse wapenzaal en
de rookzaal werden eveneens gehandhaafd.
Tegelijkertijd was men in de eerste fase nog
bezig met de afwerking, zoals het aanbren
gen van luchtbehandelingskanalen, het res
taureren van de wandschilderingen, lambri-
zeringen, plafonds e.d., hetgeen binnenkort
vermoedelijk zal zijn voltooid. De restaura-,
tie van de oostelijke vleugel is inmiddels
gereed. Omstreeks mei jl. zijn deze dienst
ruimten betrokken.
Een gereconstrueerde ronde muur aan het
noordelijkste punt van de boventuin met de
pauwenstaart-fontein.
3*
BSUBWiSJSfl
giwnnnnmiiiin
j»5bitt!!i|tnB>WKwi,a»r
mmimimmHcanmnotiisimun
imnnmmmiiüjmini,
!®I!I
^mnimiiHi)!i)|iii|fln,fTiV