De restauratie van paleis Het Loo naar de zorg voor behoud van de structuur van het beschermde gezicht. Ook ging bij de bescherming van een gezicht steeds minder het accent op conservering en steeds meer op beheersing en begeleiding liggen. Met het doel de veranderingen in het beleid mee te laten spelen in de beoordeling werd de onderzochte periode in drie vijfjarige pe riodes onderscheiden. Waarom die periodes zo zijn gekozen blijkt nergens en ze worden ook niet overtuigend gehanteerd als tijdvak ken waarin in een of ander opzicht criteria voor de mate van behoud van inhoud zouden kunnen zijn veranderd. VERDIENSTELIJKE POGING Concluderend moet gesteld worden, dat met dit onderzoek toch wel een verdienstelijke poging is gedaan de zeer complexe materie van het beschermde gezicht inzichtelijk te maken. Dat de resultaten en conclusies van dit onderzoek gerelativeerd moeten worden, ligt zeker ook aan de grote complexiteit, en daarmee ongrijpbaarheid, van deze materie en het feit dat ten aanzien van het 'beheer' van een beschermd gezicht de ideeën sterk in beweging waren. In de periode die werd on derzocht werd een veranderende, positiever wordende mentaliteit bij gemeentebesturen geconstateerd, waaruit onder meer de con clusie wordt getrokken dat deze bescherming beter een volledig gemeentelijke taak kan worden. Deze positieve houding zou echter wel eens voor een belangrijk deel het resul taat kunnen zijn van de activiteiten van het rijk in de procedure om tot een beschermd gezicht te komen! Dit zou ook gelden voor gemeenten die nog niet beschermd zijn. Aan de andere kant zal het rijk, geconfronteerd met de (praktische) problemen van de ge meenten, ongetwijfeld zijn kennis hebben verbreed. Het beschermen van ensembles is, veel meer dan dat van losstaande monumen ten, heel duidelijk een onderwerp van ge meenschappelijke inspanning - vooral ook op planologisch gebied - van rijk, gemeen ten en - zij het in mindere mate - provincies. Dat met het loslaten van deze complementai re bestuursvorm de beschermde stads- en dorpsgezichten gediend zouden zijn, hebben de uitkomsten van het onderzoek waarvan hier sprake is onzes inziens allerminst bewezen. Wij herhalen onze kritiek dat er te weinig samenhang tussen het theoretisch-bestuurlijk deel van het onderzoek en het onderzoek naar de feitelijke gebeurtenissen in de onder zochte beschermde gezichten valt te consta teren en dat er te weinig aandacht besteed is aan het informele, inhoudelijk zeer belang rijke, mondelinge contact tussen rijk en ge meenten. Kortom, de aanbevelingen in het rapport voor vérgaande veranderingen op be stuurlijk terrein achten wij niet gerechtvaar- di®d- J. B.-R. Titel: Monumentenzorg en effecten van centraal be leid, een analyse van de bescherming van stads- en dorpsgezichten. Auteurs: W. Derksen, M. Gonggrijp-van Mourik, R. A. F. Smook, Th. H. M. de Boer. Uitgever: Kluwer, Deventer. Prijs: 36,-. 102 OMVANGRIJK WERK IN 1984 GEREED Een opvallend gegeven in ons politieke bestel is het feit dat de totstandkoming van een wetsontwerp aanmerkelijk meer stof doet opwaaien dan de uitvoering ervan. Uitzonderingen hierop zijn bij voorbeeld de gang van zaken rondom Amelisweerd en de afsluiting van de Oosterschelde. Amelisweerd bleef na de totstandkoming van het regerings besluit in het nieuws vanwege de uitvoering van de beslissing, terwijl de afsluiting van de Oosterschelde in het nieuws blijft doordat zij financieel regelmatig nieuwe prognoses blijft breken. De restauratie van paleis Het Loo zorgde in de Tweede Kamer eveneens voor veel emoties en daardoor voor landelijke belangstelling in de pers, maar na de start werd het angstvallig stil. Om het geheugen even op te frissen het volgende. NIEUWE FUNCTIE In 1969 besloot de regering het voormalige paleis Het Loo van Koningin Wilhelmina, een nieuwe functie te geven. De bedoeling was om het gehele complex om te bouwen tot een museum waarbij de verschillende vertrekken zouden worden ingericht in een stijl die een goed beeld zou geven van de manier waarop en de tijd waarin onze Oran je-vorsten generaties lang hebben geleefd. Toen echter in 1976 de Tweede Kamer de uitgewerkte plannen moest goedkeuren ont stonden er problemen. Opvallend is echter dat deze problemen zich destijds toespitsten op de reconstructie van de tuin in 17de- eeuwse stijl, terwijl de reconstructie van het paleis, die minstens zo ingrijpend was, bui ten beschouwing bleef. Een motie van twee kamerleden voor hand having van de (19de-eeuwse) landschapstuin kreeg een ruime kamermeerderheid. Deson danks wenste de minister vast te houden aan zijn voorgenomen besluit: de tuin en het pa leis reconstrueren in de 17de-eeuwse toe stand, zoals die bij de aanleg omstreeks 1689 moet zijn ontstaan. WEERSTAND Buiten de Tweede Kamer kreeg ook de re constructie van het paleis in tal van bladen veel aandacht. De plannen voor een dergelij ke 17de-eeuwse reconstructie stuitten op veel weerstand omdat juist de restauratie filosofie van de laatste jaren pleit voor be houd van die elementen welke in de eeuwen na de totstandkoming van een gebouw zijn aangebracht. Met andere woorden restaure ren dient conserveren te zijn in plaats van reconstrueren. Achterkant van de Westvleugel en het Corps de Logis met koningstuin.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2023 | 1983 | | pagina 6