106 wing werd om zijn oudheidkundige waarde in 1973 op de concept-monumentenlijst ge plaatst. Een deel daarvan is in genoemd ar chitectuurrapport opgenomen. Voorgesteld wordt van de overige panden er ook 36 te beschermen. Het gaat merendeels om een voudige woningen, een aantal boerderijen, wat bedrijfswoningen en oude bedrijfsge bouwen. Deze eenvoudige, oudere gebou wen zijn bij de presentatie van de gemeente lijke discussienota 'waardevolle bebouwing' helaas onderbelicht. Bovendien zijn de uit gangspunten voor de lijst van 1973 thans veranderd en had die inventarisatie slechts op een deel van de gemeente(kern) betrek king. Het architectuurrapport vermeldt van elk ob ject ook het bouwtype. In de samenvatting treffen we aan: 21 panden als oudere bedrijfswoningen (boerderij, fabrikeurshuis, koetshuis, tol huis), 105 andere woningen (waarvan 98 villa's), 11 winkels, 16 andere bedrijfsgebouwen, 14 scholen, negen kerken en 15 overige bijzon dere gebouwen. Een herinnering aan het agrarisch verleden geeft een op de rijksmonumentenlijst ge plaatste voormalige boerderij. Deze werd kort na de brand van 1766 gebouwd dicht bij de Kerkbrink. Ondanks een langtijdig ander gebruik is de vroegere functie nog herken baar. HERENHUIZEN Het neo-classicisme en het herenhuis sprin gen uit het onderzoek naar voren: door de relatie met de groei van Hilversum aan het eind van de vorige en het begin van deze eeuw. Er had een vestiging plaats van geze ten burgers, die hun status en hun representa tie in het ontwerp van de villa tot uitdrukking wilden brengen. Zo liet al in 1836 de koopman Jean van der Linden, wonend in een 'voornaam grachtpa leis' aan de Keizersgracht een buitenplaats bouwen aan de in 1827 bestrate 's-Grave- landse weg. Na het overlijden van het laatste familielid in 1880 werd de buitenplaats in publieke veiling verkocht. De koper was Christiaan van Lennep, een voormalig plan ter uit Java, zoon van de schrijver Jacob van Lennep. Na aankoop liet hij de buitenplaats afbreken en - in 1882 - opbouwen op een aantrekkelijker plaats. De grond kocht hij van de vooraanstaande Hilversummer Alber- tus Perk, lange tijd notaris en wethouder. Perk had door eerdere verkoop een erfdienst baarheid van vrij uitzicht op de tegenoverlig gende grond bedongen, nu het Rosarium. Het vrije uitzicht speelde een rol bij het ont staan der villaparken. In het architectuurrap port is niet vermeld, dat de villaparken juist daarom zijn ontstaan op en nabij de oude stuwwallen. VERZETSMONUMENT Na 1945 rijpte het plan voor een verzetsmo- nument in het Rosarium. De waardering van gemeentearchitect Dudok voor het neo-clas- -T sicistisch herenhuis bleek toen niet zo groot: .'langs alle zijden blikken eenigszins defti ge, maar wat saaie huizen uit het einde der vorige eeuw op ons neer en ik ben er van overtuigd dat een beeldhouwer zich hier wat bekneld zal gevoelen'. Dudok was beïnvloed door Berlage, de ver nieuwer in de architectuur rondom de eeuw wisseling. Deze verzette zich tegen het indi vidualisme en de stijlimitaties van de 19de eeuw; zocht naar eenheid tussen bouwkunst en beeldhouwkunst in het belang van de ge meenschap. Dudok ging later een eigen weg en kwam in de jaren twintig tot zijn eigen herkenbare stijl. Van '20 tot '22 had nog een oriëntering Neo-classicistisch herenhuis, hoek Boomberg -Peerlkamplaan, tegenover het Rosarium. plaats op de Rotterdamse Stijlgroep met haar strakke objectieve vormgeving. Als gemeen tearchitect kreeg hij gelegenheid vorm te ge ven aan gebouwen binnen diverse maat schappelijke sectoren. Na 1920 ontwikkelde zich de Nieuwe Zake lijkheid in de bouwkunst: gebruik van staal, glas, beton; streven naar doelmatigheid; de gevel geen doel meer op zich, maar alleen een ruimteomsluitende functie. Na het sanatorium Zonnestraal van Duiker was het door P. Elling ontworpen woonhuis een voorbeeld van deze stroming in Hilver-

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2023 | 1983 | | pagina 10