'Behoud van
poldercultuur verdient
brede aandacht'
molens draaien
NET VAN WIND ALLEE
59
ALDUS DE VOORZITTER VAN DE JUBILERENDE 'HOLLANDSCHE MOLEN'
Zestig jaar zorg voor wiekendragers! Molens, monumenten, een kostelijk bezit. Ze vertegen
woordigen een karakteristiek onderdeel van onze poldercultuur. Maar zij draaien niet van de
wind alleen. Van de 10.000 molens die er een eeuw geleden nog waren, zijn er 1000
overgebleven. Een bezit dat behoed moet worden, waartoe de Vereniging 'De Hollandsche
Molen' zich in 1923 heeft aangediend.
Ongeveer 30 jaar heeft dr. ir. R. van de
Waal (65) een tweede leven met molens ge
leid. Als voorzitter van de letterlijk en fi
guurlijk mobiele vereniging evenaart zijn
kennis zijn geestdrift. In de kring van de
Bond Heemschut kent men hem als lid van
de Provinciale Commissie Noordholland.
'Het was een soort 'tijdsignaal' toen men de
De oude - ruim vier ton wegende - bovenas is uit
de kap van molen K. gelicht en zal worden
vervangen door een nieuwe as.
De restauratie van molen K. in Zuid-Schermer is
de eerste activiteit van 'De Hollandsche Molen',
Vereniging tot behoud van molens in Nederland,
ter gelegenheid van haar 60-jarig jubileum met als
motto Molens draaien niet van wind alleen'.
vereniging in de jaren twintig oprichtte.
Aanleiding was de dreigende sloop van de
Schermer molens. Toen was de doelstelling
molens dienstbaar te maken aan de econo
mie. In die tijd werd er zelfs al gedacht aan
elektrische voeding.'
We praten met de heer Van de Waal, die
tijdens zijn Wageningse studententijd (studie
landbouwkundig ingenieur) al lid was van de
Bond Heemschut, in het bijzonder riante,
voormalige patriciërshuis 'Mirandolle', He
rengracht 476 in Amsterdam, waar de vere
niging sinds kort benijdenswaardig is gehuis
vest. De uit Schoonhoven geboortige voor
zitter, die voordien secretaris was en lange
tijd lid van het algemeen bestuur, acht de
I'J2S l)ï' IIiiII iikIwIk.- MoU» igjjj
Dr. ir. R. van de Waal
Voorzitter 'De Hollandsche Molen'
poldercultuur van ons land een uniek ver
schijnsel.
'Afgezien van het belangrijke feit, dat de
molen een markant facet van deze cultuur
vertegenwoordigt, is hij met de totale ver
schijningsvorm van het polderwezen -
uniek. De polder is een onderdeel van onze
cultuur, die verwaarloosd, veronachtzaamd
is.'
ONZE PRESENTATIE FAALT
De voorzitter wijst erop, dat onze molens
mede een propagandistisch exportartikel
zijn.
'Zowel het internationaal als het nationale
toerisme maken gebruik van de molenro-
mantiek. Dat doet ook het bedrijfsleven.
Neem nu ons molengebied Kinderdijk. Je
zou daar in de eerste plaats een opvangcen
trum voor bezoekers moeten hebben, een
informatieve pleisterplaats, voor Nederlan
ders en buitenlanders. Er is echter niets! Ons
ontbreken de middelen dat te verwerkelij
ken. We wensen het wel vurig.
We missen ook een expositiecentrum, een
'wandelpolder', die als een historisch monu
ment kan worden aangemerkt. De regering is
er destijds wel in geslaagd een polderbeeld te
presenteren op de Expo '55 in Brussel. Maar
verder zijn we tot nu toe niet gekomen. Mo
gelijk dat het eindelijk gaat gebeuren op het
terrein van het Zuiderzeemuseum in Enkhui
zen. Ik hoop nog steeds, dat de Unie van
Waterschappen een dergelijk initiatief krach
tig zal ondersteunen. Het gaat om een aan
schouwelijke en blijvende bijdrage'.
VAN 3000 NAAR 1000 MOLENS
- Op de vraag, wat.er in de 60 jaar van het
bestaan van de Vereniging met 7000 leden -
veel te weinig in verhouding tot de betekenis
van de Vereniging - is gedaan, merkt de
voorzitter onder meer op:
'In 1923 waren er in ons land naar schatting
nog 3000 molens. Ik ben ervan overtuigd,
dat er zonder de toewijding van het handje-