Int
47
Kerklaan 21-23. Schoolgebouw woonhuis van
belang vanwege hun bouwstijl. Twee gebouwen
die hun belang mede ontlenen aan de betekenis
voor de bevolking en de geschiedkundige
herinneringen verbonden aan de schenking en
oprichting van het Oranjepark.
Dan is er nog het bezwaar dat door het aan
wijzen ais monument van een aantal bij el
kaar gelegen panden de gemeente feitelijk
een beschermd stads- of dorpsgezicht heeft
aangewezen. De modelverordening van
1964 kent in tegenstelling tot de Monumen
tenwet die mogelijkheid echter niet. Het aan
wijzen van een beschermd stads- of dorpsge
zicht op grond van de Monumentenwet heeft
echter hoofdzakelijk ten doel de gemeente
raad te verplichten voor dat gebied een be
stemmingsplan vast te stellen, waarin voor
dat gebied een conserverende bestemming
wordt opgenomen.
En het is natuurlijk te gek om over te praten
dat de gemeente zichzelf door het aanwijzen
van een beschermd stads- of dorpsgezicht
een opdracht geeft tot het maken van zo'n
bestemmingsplan. Het heeft ons wel geleerd
bij het opstellen van adviezen meer dan tot
nu toe het geval was, de nadruk te leggen op
de kwaliteit van het object zelf.
De relatie tot de omgeving is niet onbelang
rijk, maar mag in ieder geval niet het enige
motief zijn.
FINANCIËLE GEVOLGEN:
Een veel geuit bezwaar is dat het aanwijzen
van een pand als monument uitsluitend ver
plichtingen voor de eigenaar met zich mee
brengt en er van de zijde van de overheid
geen enkele prestatie tegenover staat. Die
prestatie van de overheid zou kunnen bestaan
uit:
- een financiële tegemoetkoming in eventu
ele restauratiekosten;
- de mogelijkheid gratis advies te krijgen
over de uitvoering van restauraties;
- een schadevergoeding vanwege de eventu
ele waardevermindering ten gevolge van
de plaatsing op de lijst;
- belastingfaciliteiten.
Bij het plaatsen van een object op de lijst
speelt de vraag naar subsidiemogelijkheden
nog niet zo'n grote rol. Wel kan het ontbre
ken daarvan een reden zijn niet al te snel tot
plaatsing over te gaan.
Zodra een vergunning wordt aangevraagd
om een pand te wijzigen ben ik van mening
dat de mogelijkheid van subsidie in de kos
ten, die verband houden met het zijn van
monument, aanwezig moet zijn.
Dus niet in de kosten die normaal onderhoud
betreffen, maar in die kosten die uit een
oogpunt van monumentenzorg moeten wor
den gemaakt. Al zou het maar een aanmoedi
gingspremie zijn. Het gaat m.i. niet aan om
alle lasten die voortvloeien uit in het alge
meen belang getroffen maatregelen op de
individuele burger te leggen.
De gemeenschap mag daar ook best financi
eel wat voor over hebben. Het gemeentebe
stuur van Apeldoorn heeft in principe beslo
ten tot het in het leven roepen van een subsi
dieregeling, maar bekijkt wel elk verzoek
om subsidie op zich. Het al of niet toekennen
van subsidie is mede afhankelijk van de fi
nanciële ruimte op de gemeentebegroting.
In een paar gevallen is ook bewerkstelligd
dat voor gemeentelijke monumenten een bij
drage werd verstrekt uit de provinciale mo-
numentenpot.
ADVIES
De mogelijkheid voor de bezitter van een
monument om advies te kunnen vragen aan
de gemeente over de uitvoering van onder
houd en restauratiewerkzaamheden is niet al
leen in het belang van betrokkene, maar ook
in het belang van de gemeenschap. Daarmee
wordt namelijk de garantie verkregen dat die
werkzaamheden ook goed, d.w.z. op monu
mentwaardige wijze worden gedaan. In
Apeldoorn worden we nog al eens gecon
fronteerd met de vraag: Hoe moet ik mijn
huis, een gemeentelijk monument, laten
schilderën, in welke kleur? Voor het beant
woorden van dit soort vragen kunnen we een
beroep doen op het bureau van de provincia
le monumentencommissie. Zodra echter
meer gemeenten in Gelderland tot een ge
meentelijke monumentenlijst besluiten, zal
dat bureau dat niet kunnen bijhouden. Ook
hiervoor geldt dat het in de eerste plaats een
gemeentelijke verantwoordelijkheid betreft.
Dit aspect wordt genoemd om aan te tonen,
dat ook op deze wijze een gemeentelijk mo
numentenbeleid steun krijgt in de bevolking.
Men bemerkt dat het de gemeente ernst is
met het behoud van culturele waarden en dat
het niet maar hobbyisme bedrijven is.
SCHADEVERGOEDING
Door het enkele plaatsen van een pand op de
monumentenlijst treedt waardevermindering
op, wordt ook als bezwaar aangevoerd. Dit
kan inderdaad het geval zijn, maar het hoeft
niet. Derik bijvoorbeeld aan het geval dat een
aantal bij elkaar gelegen panden in een sa
menhangend gebied als monument wordt
aangewezen. Juist deze aanwijzing kan voor
komen dat het gebied verpaupert en zelfs een
lift-up tot gevolg hebben. In zo'n geval kan
zelfs sprake zijn van waardevermeerdering.
Van de oorspronkelijke doelstelling: het
neerschrijven van praktische ervaringen op
het terrein van de gemeentelijke monumen
tenzorg, is enigszins afgeweken. Hier. en
daar heb ik ook een persoonlijke mening
gegeven, die overigens wel mede in de prak
tijk in Apeldoorn is gevormd. Niettemin
hoopt schrijver dezes met dit verhaal enig
inzicht in die praktijk te hebben gegeven.
Naschrift door R. J. van Huik, secretarie
gemeente Apeldoorn
Het artikel van mr. W. Silfhout is een neer
slag van de door hem opgedane praktische
ervaringen gedurende zijn secretariaatswerk
zaamheden voor de Apeldoornse monumen
tencommissie in de periode 1977-1980. Aan
gezien met dit artikel wordt beoogd inzicht te
geven in de Apeldoornse monumentenprak
tijk t.b.v. diegenen die zelf met dit soort
zaken te maken hebben, lijkt het wellicht
zinvol relevante informatie te verstrekken
over de periode na 1980.
Aanvankelijk noopte het snelle realisatietem
po van bestemmingsplannen de Apeldoornse
monumentencommissie in de periode 1977-
1979 tot een minder gestructureerde advise
ring. Inmiddels is de wijze van advisering
verbeterd, omdat bij het bepalen van de prio
riteiten van de aan te pakken bestem
mingsplannen mede rekening wordt gehou
den met de door de monumentencommissie