Limburg
16
van dateren uit de jaren '70; één monument,
t. w. de Pietermanskerk in Zwijndrecht is al
zestien j aar urgenten vergt op één na ook
het grootste bedrag aan restauratiekostennl
ƒ1. 700.000. De Grosmolen in Hoogmade
heeft slechts 45.000 voor restauratie nodig.
De in het plan opgenomen monumenten zijn
geen van alle particulier eigendom. De reden
hiervoor is, dat de groep van oordeel is, dat in
deze proef particulieren vooralsnog niet met
een extra risico mogen worden belast.
De samenwerkende gemeentebesturen zijn
op hun plan gekomen omdat hun eigen subsi
diemogelijkheden geblokkeerd worden door
de subsidiestop van de Rijksoverheid. Im
mers de subsidies van de lagere overheden
zijn gekoppeld aan die van het Rijk. In de
voorgestelde proefprocedure komt in
rijkssubsidie niet op de eerste plaats, zoals tot
nu toe, maar zal het Rijk de sluitpost in de
restauratiekosten vormen. Er is dus wèl een
risico-factor ingebouwd, al gaat men er van
uit, dat het Rijk toch bereid zal zijn een
bijdrage te leveren, omdat het plan erin voor
ziet ook werklozen, jongeren en ouderen bij
de restauratie te betrekken, waardoor gebruik
kan worden gemaakt van bestaande werkge-
legenheidsregelingen. Enerzijds wil men
jongeren - op leerlingenbouwplaatsen - een
kans geven, anderzijds wil men zich voor wat
oudere werklozen betreft, van vakbekwaam-
N.H. Kerk, de z.g. Pietermanskerk,
te Zwijndrecht, tweede helft J5e
eeuw, staat al 16 jaar dringend te
wachten op restauratie.
heid blijven verzekeren. Uitgerekend is, dat
van de restauratiebedragen 70% aan lonen
zullen moeten worden betaald. De groep
denkt haar plan te kunnen verwezenlijken
omdat de gemeenten èn de provincie Zuid-
Holland wèl gelden voor monumentenrestau
ratie hebben gereserveerd. Bovendien kan
men in sommige gevallen over andere fond
sen dan die van de overheid, beschikken. De
totale restauratiekosten zijn op ca. 12 mil
joen geraamd. Hiervan is meer dan ƒ1,8
miljoen door de eigenaren (gemeenten e.d.)
beschikbaar gesteld.
v.d.W.
Alphen aan de Rijn: Een van de weinige Al-
phense monumenten is het uit circa 1650 da
terende historische pand Rhijn en Pruisoord -
eerder Soetlust geheten - aan de Rijnkade.
Was het pand aanvankelijk grotendeels als
kaaspakhuis in gebruik, later diende het be
halve als woonruimte onder andere als bak
kerij, (graan)pakhuis en opslagruimte voor
manufacturen. De oorspronkelijke voorgevel
van 'Rhijn en Pruisoord' werd tussen 1780 en
1785 vervangen door de huidige, naar een
ontwerp van de architect Jan Guidici.
In 1952 kreeg de Historische Vereniging Al
phen aan de Rijn de beschikking over het
pand en maakte spoedig daarna plannen, om
haar - bij diverse particulieren opgeslagen -
bezittingen aan de Rijnkade voor het publiek
ten toon te stellen.
Het pand werd gerestaureerd en het Alphens
Museum in 1953 geopend. Helaas was, na
vele jaren, sluiting onvermijdelijk. Thans wil
de nog immer bloeiende Historische Vereni
ging 'Rhijn en Pruisoord' opnieuw en ander
maal na een hoognodige restauratie, tot mu
seum inrichten. De middelen voor de ko
mende restauratie ontbreken thans echter nog
gedeeltelijk. Bijdragen t.b.v. de restauratie
isaS
'Rhijn en Pruisoord' in Alphen aan de Rijn kan
met veler hulp weer het Alphens Museum worden!
foto: ir. T. A. J. Schiere.
worden gaarne ontvangen op postgiro
3909909 t.n.v. bovengenoemde vereniging
onder vermelding van 'Rijnkade 11'.
De provinciale Heemschut-excursie op 27
november jl. werd door een kleine 60 leden
bijgewoond, waarvan 26 leden van buiten
Limburg afkomstig waren. Een aanwijzing
hoe zeer het landschap rond de Roer en de
Swalm in de belangstelling ligt. Hans Heij-
nen en Ton Landers (beide biologen) van de
Milieu- en Heemkunde vereniging Roer
streek, gaven deskundige uitleg over het
landschappelijk gebied van het Swalmdal en
het waterwinreservaat langs de Meinweg
waaraan zich ook de Prinses Beatrix mijn be
vindt. Uitleg met betrekking tot hoge, mid
den en lage terrassen, de rol die Rijn en Maas
speelden in de ijstijd door herhaaldelijk in ei
gen bedding in te snijden en het gemeen
schappelijk streven van vele Limburgse
stichtingen en verenigingen om de totstand
koming van het nationale park Midden-Lim
burg te bewerkstelligen.
Piet Gootzen, schrijver van het Heemkennis
boekje over de Roerstreek, putte zich uit in
het verhalen over kastelen, kasteelboerde
rijen en landhuizen in historisch en architec
tonisch perspectief. Natuurlijk werd het ge
zelschap bij voortduring geconfronteerd met
de desastreuze gevolgen die de aanleg van de
RW 73 op de oostelijke Maasoever zou heb
ben, indien de plannen van Rijkswaterstaat
doorgang zouden vinden. Een ingreep in het
Limburgse landschap die inderdaad nog veel
ernstiger gevolgen zou hebben dan die bij
Amelisweerd.
Heemschut dankt de organisatoren van deze
- geslaagde - excursie.
tidÉMOMHK