Bescherming stads- en dorpsgezichten werd bescherming van structuren Uit het Korenmetershuis PERSONALIA Benoemingen De heren Mr. H. E. Phaff en S. Doyer, pen ningmeester, hebben zich om persoonlijke redenen uit het Algemeen Bestuur resp. Da gelijks Bestuur teruggetrokken. Hun wordt erkentelijkheid betuigd voor de door hen be wezen diensten. Overeenkomstig door het Algemeen Bestuur opgestelde voordrachten heeft de Algemene Vergadering 6 mei jl. benoemd tot: Penningmeester: Mr. E. Benthem de Grave, te Laren. Voorzitter van de Provinciale Commissie Groningen: de heer J. M. Zandbergen, bur gemeester van Hefshuizen, te Uithuizer- meeden. Herbenoemd werden, wegens periodieke af treding tot lid van het Algemeen bestuur (te vens D.B.), de heren G. K. J. M. Hamm (voorzitter), Drs. H. C. van Eek, G. Prins en G. H. B. van Woudenberg, tot lid van het A. B., Mr. J. H. van den Hoek Ostende, en cf. de gewijzigde statuten, tot voorzitter van een provinciale Commissie, de heren A. Ba- rendregt (Noord-Holland), Mr. H. Bergé (Noord-Brabant), Drs. J. H. W. M. Hansen (Limburg), Ir. W. L. Jansen (Overijssel), Dr. E. B. J. Postma (Utrecht), Jhr. Mr. T. A. J. W. Schorer (Zeeland) en Mr. H. Greebe (Drenthe). Het Algemeen Bestuur heeft benoemd tot lid van de Provinciale Commissie Drenthe: de heren Mr. J. Siderius, burgemeester van Sleen, J. Otten, directeur provinciale V.V. V, te Assen, Y. S. Dijkstra, architect te Emmen en W. F. Postma werkzaam bij de Provinciale Planologische Dienst, te Assen. Dr. W. Drees 25 jaar lid. Onze oud-minister-president, de Minister van Staat dr. W. Drees Sr. is dit jaar 25 jaar lid van onze vereniging. Op zijn 96e verjaar dag - 5 juli j.1. - is hem een felicitatie ge zonden met de beste wensen voor het nieuwe levensjaar. ENIGE RECHTZETTINGEN De foto op het omslag van het juninummer: een 'loper' van klinkers is in ELBURG te vinden en niet in Tilburg, zoals abusievelijk staat vermeld. Deze mooie foto werd ge maakt door P. van Galen, werkzaam bij de Rijksdienst voor de Monumentenzorg te Zeist. In het mei-nummer staat op pag. 80 vermeld dat de foto's te Delft afkomstig zijn van S. W. C. Kooi. De fotograaf is evenwel Hans Kruse. In het zelfde nummer op pag. 84 dient gele zen te worden dat de winkelprijs van het boek 'Stijltuinen' 94,50 bedraagt (en niet 84,50). Leden kunnen het boek bestellen voor 79,50. Gironr. 124326 t.n.v. Heem schut, Amsterdam. Niet minder dan 81 pet. van de individuele objecten van de monumentenzorg vallen bin nen beschermde en te beschermen stads- en dorpsgezichten. Vermoedelijk zullen in de toekomst in totaal 350 gebieden geselecteerd worden voor een dergelijke bescherming; de helft van dat aantal is al 'onderweg'. Deze mededelingen deed het bestuurslid van de Bond Heemschut, drs. H. C. van Eek tijdens de algemene vergadering van de Bond, op 6 mei te Amersfoort gehouden. In zijn voor dracht zette de heer Van Eek allereerst uiteen hoe de bescherming van beschermde stads en dorpsgezichten, mogelijk geworden door de Monumentenwet van 1961, zich heeft ontwikkeld. Aanvankelijk was deze vorm van bescherming vooral bedoeld om de naas te omgeving van monumenten tegen ingre pen te beschermen. Maar men kwam al heel snel tot de conclusie dat dit een veel te enge benadering was. In het denken over de be scherming van stads- en dorpsgezichten heeft zich dus een ontwikkeling voorgedaan van beeld naar structuur. Men spreekt thans dan ook over bescherming van structuren. Daaronder valt de bebouwde ruimte, maar ook niet-bebouwde ruimten zo als brinken. LANGZAAM OP GANG De aanwijzing van beschermde stads- en dorpsgezichten is vrij langzaam op gang ge komen. Men is begonnen met kleine kernen in Utrecht (o.a. Lage Vuursche, Cothen, Neerlangbroek) en in Drenthe (o.a. Orvelte). Aanvankelijk ging men er bij de aanwijzing van uit: wat zijn de toppers onder de aanwe zige monumenten en wat trek je er omheen bij? Thans kijkt men niet langer alleen 'van binnenuit'. Het eerste uitgangspunt is nu: wat is de ontstaansgeschiedenis van de ne derzetting - o.a. de functionale ontwikkeling - en wat is daarvan nog over? In de zestiger jaren zijn dus veelal kleinere kernen beschermd, daarna is de prioriteit ge legd op de bescherming van grotere kernen, waarvan de meeste in procedure zijn ge bracht. Lopend zijn thans de procedures tot aanwijzing als beschermd gezicht van Amersfoort, Maastricht, Middelburg, Leeu warden en Groningen. Het toekomstige be leid zal weer hoofdzakelijk betrekking heb ben op dorpen. De effectieve bescherming geschiedt door het vaststellen van conserverende bestem mingsplannen, die toch het z.g. 'doorfunctioneren' van de kern mogelijk moeten maken. Niet helemaal opgelost is het probleem van de wrijvingen hierover die vaak ontstaan tussen de begeleidingscom missies door de gemeenten voor dit doel in gesteld en het welstandstoezicht. GEMEENTELIJKE TAAK Het rijk selecteert het te beschermen gebied, maar het bestemmingsplan wordt dus door de gemeente vastgesteld. Hoe staat het er nu mee wanneer men de decentralisatieplannen bij de monumentenzorg, die de staatssecreta ris beoogt, zou doorvoeren? De staatssecre taris wil ook op dit gebied bevoegdheden toedelen aan de gemeenten. Het regeringsbe leid is gericht op de grote kernen in het Westen des lands, maar in middelgrote ge meenten wordt door de plaatselijke overheid naar verhouding veel meer gedaan. De bestemmingsplannen zijn in het alge meen, constateert de heer Van Eek, maar traag van de grond gekomen. Zijn ze te duur? Een onderzoeksinstituut zal de effec ten nagaan van de aanwijzing van bescherm de stads- en dorpsgezichten. Wat betreft de detaillering die bestem mingsplannen voor beschermde gezichten behoeven om behoud van bepaalde karak teristieken te garanderen, is het van belang dat de Kroon inmiddels bestemmingsplannen geaccepteerd heeft die veel gedetailleerder zijn (o.a. op de punten van kleur en materi aalgebruik) dan 'normale' bestemmingsplan nen. Ook mag een sloopverbod worden opgeno men dat aan een speciale vergunning is on derworpen in dergelijke bestem mingsplannen. Het is de vraag of de gemeenten, wanneer tenminste de decentralisatiegedachte van de staatssecretaris wordt doorgevoerd en zij dit beschermingsbeleid meer zelfstandig zullen moeten voeren, op dezelfde manier als thans het Rijk dit doet de structuurbescherming als uitgangspunt zullen nemen, aldus de heer Van Eek. Er is dit voorjaar een door de Rijksdienst voor de Monumentenzorg opgestelde nota 'Herinventarisatie van stads- en dorpsgezich ten' verschenen, met het onlangs herziene aanwijzingsprogramma. In deze zeer verzorgde uitgave wordt uitvoe rig de hierboven summier geschetste ontwik keling van dit specifieke beschermingsbeleid weergegeven. De verschuiving van het beschermen van en sembles alleen op grond van hun visuele kwaliteiten naar de bescherming van veel zorgvuldiger gedefinieerde structuren en de daarbij gehanteerde criteria vindt men in de ze nota uitvoerig beargumenteerd. De nota kan worden besteld bij de Staatsuit geverij te Den Haag (070-789911) a 19,50.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1982 | | pagina 27