Werkloosheids-
uitkeringen
voor restauraties
85
Jaargang 59, no. 6 - juni 1982
1 Heemschut verschijnt lOx per jaar
Tijdschrift van de Bond Heemschut
opgericht in 1911
Beschermvrouwe
H.M. Koningin Beatrix
Uit de inhoud:
Historische bestratingen
Klassieke vormentaal in
Amsterdamse architectuur
Economische aspecten onderwerp op
jaarlijkse monumentenstudiedag
Leiden, grootste beschermd
stadsgezicht, slot
Foto omslag:
Tilburg, een 'loper' van klinkers. Zie
artikel: Van klinkers, keien en
kasseien.
Redactie:
J. Th. Balk, eindredacteur
Drs. J. H. Bierenbroodspot-Rudolph
J. Roelfs Sr.
Redactiesecretaris:
P. A. Hengeveld-Brand
Vaste medewerkenden:
A. J. Bartelds-Boshuizen,
Ter Apel (Noord Nederland)
D. van der Meulen, Assen
(Oost Nederland)
R. Lureman, Doetinchem
(Oost Nederland)
Drs. W. J. Pantus, Nijmegen
(Zuid Nederland)
G. Le Belle, Schoorl
(Noord West Nederland)
J. E. van der Wielen, 's-Gravenhage
(Zuid West Nederland)
Correspondentie voor de redactie
aan:
Secretariaat Bond Heemschut,
Nieuwezijds Kolk 28,
1012 PV Amsterdam
tel.020-22 52 92
óf 020 - 23 09 94 (ledenadministratie)
Correspondentie voor advertenties:
Bosch Keuning nv
Postbus 13740 AA Baarn
tel. 02154- 1 82 41
gironummer 4988
Vormgeving Druk
Bosch Keuning nv, Baarn
'Economische aspecten van monumenten
zorg' heet het door het Economisch Instituut
voor de Bouwnijverheid (E.I.B.) in opdracht
van de Nationale Contactcommissie Monu
mentenbescherming (N.C.M.) opgestelde
rapport. Dit vormde de basis voor de jaarlijk
se monumentenstudiedag die zich dit jaar
vooral bezig hield met de slechte financiële
situatie waarin de monumentenzorg zich
bevindt.
De in het rapport van het E.I.B. gesignaleer
de problematiek heeft twee hoofdaccenten:
- de problemen die de eigenaars momenteel
bij restauratie en onderhoud van hun monu
ment ondervinden (stagnerende inkomsten,
hoge rentestanden, stijgende bouwkosten);
- de gevolgen van de verminderde restaura
tieactiviteiten voor dat deel van de bouwnij
verheid dat zich richt op de restauratiesector.
Voorzichtig wordt in de inleiding gesteld,
dat dit 'een bijdrage kan zijn voor een eerste
inzicht' in de economische aspecten van mo
numentenzorg.
Dat de economische functie niet te isoleren is
van andere maatschappelijke waarden die
ons monumentenbezit vertegenwoordigt,
wordt in deze studie wel duidelijk. Met name
in de sociaal-psychologische functie die mo
numenten hebben of zouden kunnen hebben
bestaat nog weinig inzicht.
Vastgesteld wordt, dat waardegrondslagen
zoals de economische en sociaal-psychologi
sche functie van ons monumentenbezit - be
langrijke maatschappelijke waarden - niet in
de monumentenwet zijn te vinden. Bescher
mingscriteria volgens de wet zijn, zoals be
kend, esthetische, wetenschappelijke, volks
kundige en geschiedkundige waarden. Deze
argumenten dienen echter slechts relatief be
perkte interesses, waardoor monumenten
zorg thans nog te veel wordt gereduceerd tot
een zaak van en voor specialisten en waar
door mede een elitair beeld wordt opgeroe
pen, aldus het rapport.
O.i. is dit wel erg simpel gesteld, want bo
vengenoemde criteria worden in de bescher
mingspraktijk veel ruimer geïnterpreteerd.
Wel kunnen we ons verenigen met de me
ning, dat de sociaal-psychologische functie
van monumenten nader onderzocht dient te
worden, zeker ook in samenhang met de
economische functie (w.o. de financiële op
brengsten van ons monumentenbezit). Met
een beter inzicht in de oorzaak van het nog
altijd enorme gebrek aan belangstelling voor
monumentenzorg en de vaak gehoorde kri
tiek ten aanzien van het elitaire daarvan, zou
deze zeer gediend zijn.
In het met veel cijfers, tabellen en grafieken
doorspekte hoofdstuk 'Het monumentenbe
leid in cijfers', wordt een duidelijk inzicht
gegeven in de rampzalige financieel-econo-
mische situatie waarin de monumentenzorg
lijkt te zijn aanbeland. Zo roept de tabel, die
- tenminste als het thans uitgestippelde sub
sidiebeleid niet verandert - de te verwachten
produktie en werkgelegenheid in de restaura
tiesector in de periode 1980-1985 weergeeft
een dramatisch beeld op. Bij een gematigde
bouwkostenstijging van zeven procent per
jaar zal de werkelijke restauratieproduktie
afnemen van 530 miljoen in 1980 naar
280 of zelfs 210 miljoen in 1985. Voor de
werkgelegenheid zou dat een verlies van
3600 of 4600 arbeidsplaatsen betekenen (van
7600 in 1980 naar 4000 of 3000 in 1985)!
Een belangrijk hoofdstuk in het rapport is
voorts dat, waarin enkele vaak genoemde
verbeteringsvoorstellen voor het monumen
tenbeleid in de financieel-economische sfeer
worden uitgediept. Te weten: een grotere
nadruk op onderhoud (versus ingrijpend res
taureren); financiering door besparing op
werkloosheidsuitkeringen; financiering uit
een restauratie-hypotheekfonds met rente
subsidie en het verbeteren van procedures
voor het aanvragen van subsidies en bouw
vergunningen.
De tweede hierboven genoemde oplossing
voor de problematische situatie van de mo
numentenzorg, kreeg terecht bijzonder veel
aandacht. Volgens dit E.I.B.-onderzoek
blijkt bezuiniging op de restauratiesector (het
afnemen van de subsidiepot) namelijk nau
welijks een lastenverlichting voor de over
heid op te leveren. Een werkloze bouwvak
ker kost de overheid en de sociale fondsen
ongeveer even veel als een werkende op een
restauratieproject. De bouwproduktie in de
restauratie van woonhuizen kan namelijk
met relatief weinig subsidies op gang worden
gebracht, waardoor omzetting van werkloos
heidsuitkeringen in restauratiesubsidies een
reëel alternatief blijkt te zijn.
Dit rapport heeft ongetwijfeld ook een be
langrijke rol gespeeld bij de in februari ge
houden begrotingsdebatten, waarvoor het net
op tijd uit kwam. In een door de regerings
partijen gepresenteerde - aangenomen - mo
tie werd Staatssecretaris H. A. de Boer ver
zocht om de voorgenomen structurele verla
ging van de subsidies voor monumentenzorg
te herzien. De Staatssecretaris zegde daarop
toe, de door het E.I.B. gedane suggestie om
werkloosheidsuitkeringen aan bouwvakkers
om te zetten in restauratiesubsidies te over
leggen met de Ministeries van VRO en Soci
ale Zaken.
Met het eerstgenoemde Ministerie zal ook
het onderwerp 'sociale monumentenzorg' -
de ontwikkeling van een zodanig subsidie
systeem dat de exploitatie van woonhuismo
numenten in de woningwetsfeer mogelijk
wordt - nader worden uitgewerkt. j.b.-r.