De heer P. 3. Yperlaan van M.M.A. De graftombe van Johan Maurits van Nassau Mankracht, Middelen en Animo Een afscheid Ofschoon in de ambtelijke wereld de heer Yperlaan directeur was van de af deling Musea, Monumenten en Archie ven van het Ministerie van CRM heeft hij zeker het bovenstaande motto waar gemaakt bij deze afdeling waarover hij sedert 1969 de scepter zwaaide tot 1 de cember j.1. Immers deze waren de drie uitgangs punten, waarmee de heer Yperlaan niet alleen veel mankracht heeft weten te in spireren, maar ook veel heeft bereikt. Daarop wezen de sprekers bij de over volle receptie in de Rolzaal van het Bin nenhof. Staatssecretaris H. A. de Boer, memoreerde de opening van het Rijks museum Vincent van Gogh, van het Catharijnenconvent, van het Scheep vaartmuseum te Amsterdam, de bouw van het buitenmuseum van het Zuider zeemuseum te Enkhuizen enz. enz. Met animo leverde de heer Yperlaan ook zijn bijdrage in de organisatie van het Monumentenjaar 1975 en zette hij zich in voor behoud van het cultureel erfgoed. Vermeldenswaard is - natio naal gezien-bijv. zijn inspanningen met betrekking tot kasteel Amerongen. In ternationaal denken wij aan de banden met het Nederlands Instituut te Rome, die zoals de Staatssecretaris zei, in te genstelling tot de lossere relaties de laat ste jaren tussen Katholiek Nederland en de Heilige Stoel, door de persoonlijke inzet van de scheidende directeur zeer zijn versterkt. Ook zag hij de bouw en inrichting van het Algemeen Rijksarchief te Den Haag voltooid. Terugziend op zijn ongetwijfeld voldoe ning schenkende werkkring bij CRM, sprak de heer Yperlaan in zijn dank woord een aantal wensen uit, waarbij hij de middelen aangaf hoe deze wensen zouden|kunnen worden gerealiseerd o.a.: dat de Wet op behoud Cultuurbezit na passering van het Parlement spoedig in werking zal treden; dat de Nota Archiefbeleid vroeg in dit jaar te bestemder plaatse zal worden ge deponeerd; dat de Nota naar een nieuw Museumbe leid zich ongehinderd en in snel tempo zal voltrekken; dat bij vaststelling van het monumen tenbudget en van eventuele toewijzin gen uit stadsvernieuwingsfondsen en werkgelegenheidspotten rekening wordt gehouden met bestaande grote achter standen en met zinvolle arbeidsver- schaffing aan duizenden bouwvakarbei ders. Gelukkig zal Pieter Yperlaan betrokken blijven bij de monumentenwereld als huidige beheerder van Huize Doorn, maar wij zullen hem missen op CRM!! P. A. H.-B. de heer P. J. Yperlaan foto: Foto-buro Meyer B.V., Den Haag. De graftombe van Johan Maurits van Nassau in het Duitse plaatsje Berg und Tal, in de Gemeente Bedburg-Hau, wordt gerestaureerd. De Nijmeegsche Ijzergieterij verzorgt daarvoor een stuk specialistisch werk, nl. het hergieten van 16 gietijzeren vazen voor de graftombe van de prins ('Maurits de Braziliaan'). De prins liet het praalgraf in 1678 voor zichzelf bouwen. De gemeente heeft be sloten dit monument, dat in de nabijheid van het vroegere landhuis Freudenberg van Johan Maurits ligt, te restaureren. Het grafmonument, dat een jaar voor de dood van Johan Maurits werd voltooid, is amphitheatergewijs opgebouwd. Er werden 16 pilasters gebouwd, in de vorm van een halve cirkel. De panelen die de pilasters verbinden, zijn versierd met Romeinse grafstenen, votiefstenen en urnen. Van de zestien vazen die de pi lasters bekronen, zijn er drie bewaard gebleven, waarvan één in privébezit is. Aan de hand van deze overgebleven exemplaren gaat de Nijmeegsche Ijzer gieterij de zestien vazen hergieten. In het Landesmuseum te Bonn bevinden zich de meeste bewaardgebleven graf- en votiefstenen. De grafsteen van Mar- cus Caelius, de enige steen die herinnert aan de slag in het Teutoburger Woud, bevindt zich bij deze verzameling. Van deze stenen uit de zogenaamde Kleefse 'Antiken Sammlung' worden afgietsels gemaakt. In de graftombe, die nu nog gesierd wordt door twee van de zestien vazen, bevindt zich het stoffelijk overschot van Johan Maurits overigens niet meer. Hij ligt in Siegen begraven. Het praalgraf van prins Johan Maurits van Nassau in het Duitse plaatsje Berg und Tal. Op de muur staan de hergoten vazen. Mi» t 234

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1981 | | pagina 34