Monumentenraad
Belastingaftrek
Hoogtekadijk 84-162 te A msterdam
De nummers 108 - 122 zijn gesloopt.
het laat zich begrijpen dat renovatie puur
economisch gezien "de moeite niet
loont". Er zijn dan ook vele voorbeelden
te noemen van waardevolle complexen
waarvan het lot ook nog altijd onzeker is.
In Heemschut 1981 nr. 1 werd bijv. op de
onzekere toestand van de woningen in de
Tuinstraat in Utrecht uit 1829, - het zoge
naamde Hofje van Veloo gewezen.
De opgave van de stadsvernieuwing die in
de komende decennia voortgang zal
moeten vinden, is om oud en nieuw even
wichtig te integreren. In het geheel van de
bebouwing moetert "oude" woningen
zeker zoveel aandacht, - en bijbehorende
subsidie, - verkrijgen als nieuwe. Beide,
nieuwbouw en gerestaureerde woningen
zijn immers de afleesbare tekens van de
cultuur van een tijd. Hoewel de procedu
re voor verbetering vatbaar is bewijst het
herstel van de Sibbelhuizen dat behoud
van dit soort woningcomplexen als posi
tief ervaren wordt: reden om in voorko
mende gevallen sneller over te gaan tot
het besluit om te renoveren.
Elle de Wijs.
Gemeentearchief, Amsterdam. Ko
ninklijk Besluit, resp. notariële akte.
De heer Mr. F. Th. Dijckmeester is de
nieuwe voorzitter geworden van twee
nauw samenhangende afdelingen van de
Monumentenraad, resp. de Rijkscom
missie voorde monumentenzorg (afd. II)
en de Rijkscommissie voor de monumen
tenbeschrijving (afd IV). Naar aanleiding
van deze benoeming willen wij eens wat
nader ingaan op de taak van de Monu
mentenraad, omdat regelmatig blijkt dat
ten aanzien hiervan misverstanden be
staan. Met de activiteiten van met name de
Rijkscommissie voor de monumenten
zorg wordt de monumentenwereld het
meeste geconfronteerd en het komt her
haaldelijk voor dat deze commissie voor
de enige en echte Monumentenraad ge
houden wordt en ermee verward. Velen,
ook insiders, blijken niet te weten dat de
Monumentenraad uit verschillende afde
lingen bestaat, die - weliswaar zelfstandig
opererend - samen tot taak hebben de Mi
nister van CRM te adviseren met betrek
king tot het verzamelen, het inventarise
ren en het conserveren en restaureren van
het nationale cultuurhistorische erfgoed.
Vandaar dat ook een Rijkscommissie voor
oudheidkundige bodemonderzoek (afd. 1)
en een rijkscommissie voor de musea
(afd. III) deel uit maken van de Monu
mentenraad. De laatste afdeling (V) ten
slotte heeft letterlijk de meest 'defensieve'
taak: dit is de Rijkscommissie voor de be
scherming van monumenten tegen rampen
en oorlogsgevaren.
Tot slot iets over het functioneren van de
Rijkscommissie voor de monumenten
zorg. Artikel 3 van de Monumentenwet
bepaalt, dat de Raad 'desgevraagd of ei
gener beweging' de Minister van 'voor
lichting kan dienen in zaken, welke op
monumenten of stads- en dorpsgezichten
betrekking hebben'. Afgeleid van deze
verantwoordelijkheden heeft deze com
missie allereerst tot taak om ontwerp-
monumentenlijsten voor de gemeenten op
te stellen en de Registers van beschermde
monumenten en van beschermde stads
en dorpsgezichten bij te houden. Verder is
het haar taak om ambtsberichten uit te
brengen bij kroonberoepen betreffende
beschermde monumenten en bestem
mingsplannen te beoordelen voor be
schermde stads- en dorpsgezichten.
Ook vraagt de Minister haar advies ten
aanzien van gemeentelijke en provinciale
monumenten verordeningen.
Naast deze door de Minister gevraagde
adviezen en de door de wet opgelegde
taken kan de commissie zelf de inhoud
van haar adviserende taak bepalen, omdat
zij immers ook verwacht wordt 'eigener
beweging' te handelen. Het zou dan ook
toe tejuichen zijn, als veel meer dan thans
gebruikelijk is, groeperingen die zich
inzetten voor het zinvolle behoud van
monumenten bij dit adviescollege zouden
aankloppen om aandacht te vragen voor
onderwerpen en knelpunten waarvan zij
vinden dat die de aandacht behoeven van
het Ministerie.
J.B.-R.
Belastingaftrek en woonhuisrestaura
ties; oproep aan eigenaren die hun monu
ment heben laten restaureren.
Al enige tijd is er beroering rondom de af
trek van de kosten van monumentenres
tauraties van de inkomstenbelasting.
Soms lijkt de inspectie een strakker beleid
te voeren dan voorheen. Ook lijken de
inspecties onderling op verschillende
wijze over de aftrek te oordelen.
Het Ministerie van C.R.M. laat nu door
onafhankelijke belastingdeskundigen on
derzoeken wat er precies gebeurt en in
hoeverre dit van belang is voor de eigena
ren die hun monumenten (hebben) laten
restaureren. Daarvoor zijn gegevens no
dig over de behandeling van de aftrek-
aanvragen door de inspecties. Aan dege
nen die de laatste jaren positieve of nega
tieve ervaringen hebben opgedaan met
belastingaftrek, vragen we dringend om
de gegevens hierover ter beschikking te
stellen van de onderzoekers. U kunt daar
voor contact opnemen met de heer Drs.
I.T.H. Hilhorst, Stafafdeling Beleids
voorbereiding Culturele Zaken van het
Ministerie van C.R.M., telefoon (070)
9493 93, toestel 3307/3304 of buiten kan
tooruren (020) 25 38 1 I
95
