woningen weer voor de huisvesting van
bejaarden geschikt zijn.
Niet voor niets is Het Utrechts Monu
mentenfonds eigenaresse van de meeste
nog resterende complexen vrijwoningen
in de oude stad. Najaren van overleg met
het gemeentebestuur heeft dit de com
plexen van de fundaties Margarethenhof
aan hetjansveld en van Maria van Pallais
aan de Agnietenstraat aan het Fonds in
erfpacht uitgegevenDe cameren van de
ze laatste fundatie (gebouwd in 1651)
verkeerden in zeer slechte staat. Inmid
dels zijn de voor- en achtergevels (kozij
nen, deuren, ramen en luiken) al her
steld. Tijdens die herstelwerkzaamheden
bleek dat de toestand van de kappen en de
dakkapellen zo slecht was dat deze met
behoud van de aanwezige vorm geheel
DE CAMEREN VAN DE FUNDATIE VAN MAR IA
VAN 1'ALLAES AAN DE AGNIETENSTRAAT
FOTO: UTRECHTS MONUMENTENFONDS
vervangen moesten worden. Zeer bin
nenkort zal met deze werkzaamheden
worden aangevangen.
Deze cameren zijn zo klein dat het karak
ter ervan door het aanbrengen van eigen
tijdse voorzieningen in ernstige mate zou
worden aangetast. Bovendien kunnen
deze huisjes niet naar achteren worden
uitgebouwd omdat dan de nog onge
schonden waardevolle achtergevel zou
moeten verdwijnen. De bewoners,
waarvan een groot deel er al jaren woont
nadat zij de leegstaande huisjes hadden
gekraakt, hebben er echter geen bezwaar
tegen gebruik te moeten maken van de
gemeenschappelijke secreten in de tuin
achter de huisjes.
Deze drie grote werken vergen een uitga
ve van ruim drie miljoen. Bovendien is
het Monumentenfonds nog doende met
twee kleinere werken. De eerste betreft
de rehabilitatie van drie huizen op de
hoek Springweg-Zilverstraat. Geen offi
ciële monumenten, maar wel huizen die
het stadsbeeld ter plaatse mede bepalen.
Hoewel de eigenaar-verhuurder alle sub
sidietoezeggingen had ontvangen be
sloot hij ze toch aan het fonds te koop aan
te bieden omdat het financieel rendement
van een rehabilitatie voor hem - zoals
voor zovelen met hem - te laag was. Dit
door het fonds overgenomen werk loopt
vooruit op een veel omvangrijker project
dat de volledige zuidelijke wand van de
Zilverstraat omvat en dat zal worden
ondernomen in samenwerking met de
gemeente (die deze huizen destijds voor
de sloop aankocht) en de Stichting Stads
herstel Utrecht. Op die wijze zullen er
varingen worden opgedaan met verschil
lende manieren van werken. Het fonds
neemt in dit project deel met de restaura
tie van twee 16de-eeuwse huizen.
Tweede project is dan nog de zojuist be
gonnen restauratie van de kappen en de
achter- en zijgevels van het huis Brigit-
tenstraat 20. Dit pand bestaat uit drie,
evenwijdig aan de straat, achter elkaar
gelegen vleugels, waarvan de oudste uit
de laatste helft van de 16de eeuw dateert.
In dit samenstel van gebouwen zijn na
1945 door huurders successievelijk op
vernuftige wijze negen woonapparte
menten ingericht. V an de straat af zal van
dit werk, dat toch een uitgave van rond
de zeven ton vergt, nauwelijks iets te zien
zijn.
In vrijwel al deze huizen keren de bewo
ners na de restauratic terug. Een grote
zorg is dat de huren niet zodanig kunnen
worden verhoogd dat de exploitatie bin
nen afzienbare tijd kostendekkend
wordt. Het fonds zou dus aan de rand
van haar faillissement staan als niet het
gemeentebestuur tot nu toe bereid was
geweest een forse subsidie in het exploi
tatietekort te geven. Een geste, die ande
re gemeentebesturen - en de rijksover
heid - ten voorbeeld mag strekken.
W. Thoomes