Verantwoord bouwen
Boekennieuws
te voorkomen is in 1976 de Stichting Ver
fraaiingsgezelschap opgericht. Deze
stichting heeft zich de afgelopen jaren in
gezet voor het behoud van een pand in de
Gudulastraat, het z.g. 'Gudulahuisje', de
huizenrij 'Onder de Linden', het witte
huisje aan de Oosterwal en een huizenrij
aan het Hogestraatje. Verder heeft de
stichting geijverd om de middeleeuwse
structuur van Lochem, die heden ten dage
nog vrijwel ongewijzigd in de vesting is
terug te vinden, te behouden. Het mid
deleeuwse stratenpatroon is bijna onaan
getast, getuige een oude plattegrond van
Jacob van Deventer uit 1558. Helaas
wordt dit stratenpatroon ernstig be
dreigd door de aanleg van een nieuwe
weg volgens het ontwerp-bestemmings-
plan Westerwal. De weg, die dwars door
het tuinengebied achter de Westerwalbe-
bouwing loopt, is hier geprojecteerd om
maximale bebouwing van dit gebied mo
gelijk te maken.
De stichting heeft haar bezwaren kenbaar
gemaakt in een bezwaarschrift, dat thans
in behandeling is bij de Provincie Gelder
land. Een andere bedreiging voor de
structuur van de vesting is de geplande
nieuwbouw van een stadskantoor aan de
Grote Markt in de directe nabijheid van
het bestaande raadhuis en de Grote Kerk.
Het nieuwe gebouw, dat qua oppervlak
te ongeveer 6 keer zo groot wordt als het
bestaande raadhuis en de oppervlakte van
de Grote Kerk evenaart, doet in ernstige
mate afbreuk aan het fijnmazige patroon
van de stadsstructuur. Evenals de Bond
Heemschut en de Stichting Restauratie
Grote Kerk heeft de stichting onlangs be
zwaar aangetekend bij de Kroon.
Op dit ogenblik staan er in de vesting van
Lochem nog verschillende karakteristie
ke gebouwen en huizen die groot gevaar
lopen te verdwijnen om plaats te maken
voor al dan niet contrasterende nieuw
bouw. Direct gevaar loopt een aantal ge
bouwen in de Molenstraat, de Walder-
straat en de Achterstraat, die mede we
gens onvoldoende onderhoud in een
slechte bouwkundige staat verkeren.
Voorts wordt ook het gebouw van het
St. Gudula-bejaardentehuis aan de Tuin
straat hoek Oosterwal, een nog goed ge
conserveerd en markant bouwwerk uit
het begin van de 20ste eeuw, met sloop
bedreigd. Het steeds meer verloren gaan
van het historische kader van Lochem
zou kunnen worden voorkomen, indien
als aanvulling op het rijksmonumenten-
beleid een gemeentlijk monumentenbe
leid gevoerd zou worden. Een decentrali
satie van monumentenbeleid zou kunnen
geschieden via het hanteren van een ge
meentelijke monumentenverordening
met een daarbij behorende monumen
tencommissie, die door de gemeente zelf
in het leven wordt geroepen. Hierdoor
wortdt het mogelijk om allerlei histori
sche en sfeerbepalende zaken, waarvan
het behoud voor de gemeente van belang
is, te beschermen.
Als aanzet voor een gemeentelijk monu
mentenbeleid is het Verfraaiingsgezel
schap momenteel bezig met het inventa
riseren en fotograferen van Lochemse
monumenten binnen de vesting, die de
moeite waard zijn om behouden te blij
ven.
Verdwenen Windmolens in Zuid-
Holland. De titel maakt duidelijk dat
we hier met een historisch boek te doen
hebben, met een stuk verleden tijd. Het is
de 'neerslag' van een studie van mevr.
A. J. Marrenga-Stapff, bij wie zich
'zwervend over de Hollandse vaarten'
met steeds groter aandrang de vraag had
aangediend 'waar dan toch langs die wa
teren de honderden polder- en industrie
molens zo bekend van oude prenten en
schilderijen van vroegere steden en dor
pen wel mochten zijn gebleven', aldus
P. J. Yperlaan, directeur Musea, Monu
menten en Archieven van CRM, in zijn
voorwoord. Het boek is, gegeven de op
zet, één groot brok historie over afbraak;
triest ongetwijfeld, m. ar daarom niet
minder interessant. Niet alleen voor mo
lenliefhebbers, maar voor allen die
geïnteresseerd zijn in het fenomeen mo
len, zowel cultuurhistorisch als monu
mentaal. De waarde van het boek werd
verhoogd door tal van afbeeldingen.
Uitg.: Bura-Boeken, Eindhoven;
39,50.
Het gemak, waarmee in Nederland het
begrip 'aangepast' bouwen ingang heeft
gevonden, moet tot nadenken stemmen.
Is het zo, dat de beschouwer alleen een
beoordeling uitspreekt naar mate het
nieuwe lijkt op het oude en noemt hij
daarom enigszins uit de toon vallende
gebouwen al gauw 'onaangepaste mo
derne' architektuur?
Zeker kan ik het bestaan van 'aangepast'
bouwen wel enigszins begrijpen. Bou
wen in de binnenstad is wezenlijk anders
dan bouwen in een nieuwe uitbreidings
wijk. In een binnenstad wordt het milieu
in hoge mate bepaald door reeds lang
bestaande bouwkundige elementen, in
een uitbreidingswijk zijn het slechts ver
kavelingen en eventuele houtopstanden,
die het kader van de nieuwbouw moeten
bepalen. Uitgaande van de constatering
dat ieder binnenstedelijk milieu een be
paalde identiteit bezit, moet de
nieuwbouw in de binnenstad beoordeeld
worden op de wijze waarop en de mate
waarin bepaalde basisprincipes van de be
bouwde omgeving in de nieuwbouw-
architektuur doorklinken. Op deze ma
nier kan nieuwbouw, waarbij vrijwel
klakkeloos alle voor de hand liggende
vormprincipes als gevelbreedte ca. 6 me
ter, toepassing van kap, juiste verhou
ding raamopeningen enz., worden toe
gepast, als 'aangepaste' bouw worden ge
karakteriseerd, terwijl invullingen waar
bij meer abstraherend met deze elemen
ten is omgegaan licht als niet aangepaste
bouw kunnen worden gekenschetst.