!Sr mi de erkende pronkstukken van de reisfol- ders, maar uit de eenvoudiger architec tuur die het eigenlijke gezicht van Neder land in belangrijke mate bepalen. Jan Veth betoogde zelfs eens dat als door eni ge oorzaak het paleis op de Dam verloren zou gaan, Amsterdam desondanks zijn authentieke schoonheid zou behouden. Wat niet wegneemt dat de 'pronkstuk ken' wel degelijk voldoende aandacht terwille van het behoud moeten krijgen. Waarbij ik nü bijv. denk aan de glorieuze St. Bavo te Haarlem, die in zo'n precaire toestand is komen te verkeren. Laat ons dit goed begrijpen: ons land is (of moeten we zeggen: was?) een prach tig land, in zekere zin een waar unicum in het totale beeld van Europa. Maar het is 4 STADHUIS VEERE FOTO: SABEL EN DANIELS. 5 ROTTERDAMSE KAAI- HOEK SCHUITVLOTSTRAAT MIDDELBURG FOTO: SABEL EN DANIELS 6 WOLFSTRAAT MAASTRICHT FOTO: C. BARTON VANFLYMEN GEZICHT OP GERESTAUREERD HEUSDEN FOTO: SABEL EN DANIËLS tevens uitermate kwetsbaar. En de kwet suren dringen zich alom op. In de eerste plaats is dit een kwestie van geld,- hoe hachelijk het ook is daarover in een perio de van deconfiture iets zinnigs te zeggen. Daarbij denk ik dan niet aan de Rijks dienst voor de Monumentenzorg ('Zeist'), of aan de activiteiten van de Monumentenraad, noch aan de zeer vele stichtingen en verenigingen die voor be tere monumenten ijveren; dan denk ik in de eerste plaats aan onze opeenvolgende regeringen. Wordt er in diverse troonre den wel eens iets gezegd over het behoud van monumenten, staat er in de Kamer wel eens een tweede Victor de Stuers op? Ik krijg de indruk dat bij de hoog gezeten bestuurders van ons land in wezen maar over de monumentenwet (als Naschrift in 1974 op papier gezet, p. 524), dat er bij de verschijning wellicht een gewijzigde monumentenwet zou zijn aangenomen, waarin als belangrijkste wijziging een ze kere mate van onderhoudsplicht zou zijn vastgesteld: 'Het is verboden een be schermd monument zodanig te ver waarlozen of te laten verwaarlozen, dat het behoud niet langer is gewaarborgd'. Dit nieuwe concept is kennelijk in een of andere bureaula blijven liggen, want nü, 6 jaar later, is er nog geen gevolg aan gegeven. Terwijl in dat al dan niet met opzet verwaarlozen een der grootste ge varen voor het monumentenbeleid schuilt. De grote bedrijven zijn vaak de ergste boosdoeners, bijv. wanneer zij weinig echte belangstelling daarvoor be staat. Zeker, er wordt meer geld uitge trokken dan vroeger terwille van dit onderwerp - het zou wel helemaal schan dalig zijn als dit niet het geval was - maar de gedachte dringt zich toch op, gelijk ik eens schreef, dat het er op lijkt dat in Den Haag monumentenzorg wel als de aller laatste in beschouwing te nemen factor aan bod komt. Waarbij mij eerder de po litici dan de ambtenaren voor de geest staan. Zo brokkelt ons monumentenbe- zit dagelijks af, door verkrotting, door tekort aan subsidies - kortom, door on verschilligheid. In mijn eerder genoemde boek - men vergeve mij alweer het citeren van me zelf, maar hier geldt het adagium 'frappez toujours' - schreef ik in het hoofdstuk zich van reeksen eenvoudige woonhui zen meester maken om later ter plaatse, na de in dit verband wèl met opzet gewil de verkrotting, toestemming te krijgen tot afbraak over te gaan en dan alweer een kantoortoren of een supermarkt te bou wen, waardoor de wijk en dus - ik her haal het welbehagen en het saamhorig heidsgevoel der bewoners onherstelbare schade lijden. Maar er zijn ook de kleine re eigenaren van monumenten, die het geheel van de rijksbijdragen moeten heb ben en die eenvoudigweg helemaal niet aan hun geld komen, of daar zó lang op moeten wachten dat hun bezit wel te gronde moet gaan; want indien zij tóch het renoveren willen doorzetten, gaat een eventueel véél later toegekende subsidie wel teloor aan de bankrente. En aldus

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1980 | | pagina 16