I INLEIDERS. GASTEN EN GASTHEREN IN ..DE MEENTHE" TE STEENWIJK: HET BEGIN VAN DE HEEMSCHUTDAG OP H SEPTEMBER 1979; VAN LINKS NAAR RECHTS: HEEMSCHUT-VOORZITTER HAM, SECRETARIS OOST LIEVENSE. MEVR. HENGEVELD (DIRECTIE-ASSISTENTE VAN DE BOND), MEVR. VAN DER PLAS-TANIS, BURGEMEESTER VAN IJSSELHAM, STAATSSECRETARIS WALLIS DE VRIES, DHR. HOEKSEMA, BURGEMEESTER VAN STEENWIJK, DHR. JANSEN, VOORZITTER PROV. COMMISSIE OVERIJSSEL VAN DE BOND HEEMSCHUT, D. REESKAMP (HET OVER STICHT), ING. BRANDSMA (VER. TOT BEHOUD VAN NATUURMONUMENTEN) EN DHR. MEFFERT (HET OVERSTICHT) FOTO: HET OVERSTICHT, ZWOLLE AAN DE KOFFI ET AF EL OP DE HEEMSCHUTDAG FOTO: HET OVERSTICHT, ZWOLLE PANORAMA VAN VOLLENHOVE; LINKS DE LAAT-GOTISCHE, TWEEBEUKIGE HALLEKERK (GROTE KERK). FOTO: RIJKSDIENST VOOR DE MONUMENTENZORG BESCHILDERD TONGEWELF IN DE GROTE OF ST. CLEMENSKERK TE STEENWIJK FOTO: RIJKSDIENST VOOR DE MONUMENTENZORG gen en voor vooruitgang geen plaats is. (Nu deze karakteristiek vertoont het noordwesten van Overijssel zeker niet: integendeel, het kwam op ons over als een levendig en zeer gevarieerd gebied, boeiend voor wie er maar oog voor wil hebben. Voor de ouderen onder ons, die zich het gebied nog herinneren uit de tijd dat de Zuiderzee nog niet was droogge legd, was het een verrassing de overgang van het oude in het nieuwe land te zien; vdW). De staatssecretaris is na zijn „formele" inleiding nog diep op de onderscheidene aspecten van het landschapspark inge gaan; hij gaf een theoretische visie op wat de excursisten later in de praktijk moch ten aanschouwen. Hij deelde o.a. mee dat binnenkort een in opdracht van CRM verrichtte studie gereed komt: „Bebou wing en landschap". Voor wat Noord west-Overijssel betreft deelde de staatssecretaris mee te hebben besloten positief te reageren op subsidieverzoeken voor verzwarend welstandstoezicht voor concrete projecten in de gemeenten Bre- derwiede en IJsselham. In zijn betoog ging de heer Wallis de Vries overigens niet voorbij aan de kritiek die uit verschil lende kringen op de voornemens van de regering is geuit. In dit verband deed hij een beroep op de redelijkheid van alle betrokkenen, met de erkenning dat er met het beleid allerlei administratieve procedures gepaard gaan; hetgeen een, gegeven het complexe probleem, onoverkomelijke zaak is. Op de specifieke problematiek van het proefgebied Noordwest-Overijssel is vervolgens door Gedeputeerde Dijkema nader ingegaan, hij legde daarbij o.m. de nadruk op het feit dat er nog duidelijk sprake is van een experiment. Hij wees er op dat er voor de uitwerking van de be heersplannen onderscheid moet worden gemaakt tussen de taak van de provincie en de verantwoordelijkheid van het rijk. Tot nu toe zijn nog weinig ervaringen opgedaan; in Overijssel is nog geen enke le beheersovereenkomst afgesloten. Wel is inmiddels duidelijk geworden dat de beoogde resultaten zeer moeizaam te be reiken zijn. Dhr. Dijkema noemde de voorbereidingstijd erg lang en hij be treurde het dat de minister van Landbouw en Visserij blijkbaar niet van

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1979 | | pagina 19