SM
Drie-bruggen-schoonheid
127 Het kruispunt van de Leidsegracht en de
Keizersgracht in Amsterdam mag zeker
als een der fraaiste en schilderachtigste
stadsbeelden van de binnenstad worden
gekwalificeerd. Zo begint ing. L. Stavast
van de afd. bruggen van Publieke Wer
ken een zeer lezenswaardig artikel in
„Werk in uitvoering", het maandblad
van de dienst. De aantrekkelijkheid van
het artikel wordt nog verhoogd door tal
van historische anekdotes. Met toestem
ming van PW ontlenen we er het een en
ander aan.
In de eerste helft van de 18e eeuw werd
op het kruispunt een drietal stenen boog
bruggen gebouwd, die echter in 1895 het
slachtoffer werden van een minder
kunstzinnige vernieuwing en waarbij de
voor Amsterdam zo karakteristieke ge
welven een prooi werden van de slopers
hamer. Zij werden toen vervangen door
een drietal beslist minder fraaie balkbrug
gen. In 1977 waren de drie bruggen aan
vernieuwing toe. Besloten werd tot het
opnieuw bouwen van boogbruggen,
maar niet geheel in de oorspronkelijke
vorm. De in de 18e eeuw gebouwde
bruggen waren in verband met de toen
malige scheepvaarteisen iets hoger, ter
wijl bovendien de meest westelijke brug
over de Leidsegracht twee gewelven had
in plaats van één. Het gewelf aan de zuid
zijde diende evenwel niet voor de scheep
vaart, maar was waarschijnlijk in gebruik
als bergplaats voor de ter plaatse van de
brug gelegen sluis. Na de tweede wereld
oorlog heeft de afd. Bruggen tot nu toe
ca. veertien van deze vroegere boog
bruggen weer in hun oude glorie kunnen
herstellen, terwijl bovendien zes nog be
staande boogbruggen zorgvuldig wer
den gerestaureerd. In de komende jaren
staan nog meer restauraties van boog
bruggen op het programma.
In 1612 werd een begin gemaakt met de
stadsuitbreiding tussen Singel en Singel
gracht. Deze uitbreiding kwam in twee
gedeelten tot stand, waarbij de grens van
het eerste gedeelte langs de huidige Leid
segracht was gelegen. Uit oude kaarten
kan worden afgeleid, dat ter plaatse een
verbinding aanwezig was tussen het wa
ter van de Keizersgracht binnen de om
muurde stad en het buiten de wallen gele
gen water van de Leidsegracht. Het is
echter niet duidelijk of de hierover gele
gen verbinding te land reeds een brug
was dan wel dat hier sprake is geweest
van een duiker onder de stadswal. In elk
geval waren er bij het voortschrijden van
de bebouwing in het tweede gedeelte van
de genoemde stadsuitbreiding op deze
plaats zeker bruggen nodig. De oudste
van de drie is de meest oostelijke brug
over de Leidsegracht. Deze werd in 1727
gebouwd. In de daarop volgende jaren
kwam de brug over de Keizersgracht aan
de beurt. Als laatste van het drietal kwam
in 1744 de aan de westzijde gelegen brug
over de Leidsegracht met de sluis tot
uitvoering.
De wijzigingen in de brugconstructies in
1895 betekenden o.m. een verlaging van
de brugdekken, omdat de toch wel steile
opritten een belemmering vormden voor
de toenmalige vervoermiddelen, te meer
omdat de te vervoeren lasten in die dagen
ook steeds zwaarder werden. Deze met
handkracht voortbewogen trans
portmiddelen moesten veelal met behulp
van extra mankracht over deze bruggen
worden gebracht. Het oude beroep van
kargadoor was dan ook een typisch Am
sterdams beroep met al even typische na
men voor de beoefenaars ervan. Zij had
den altijd een touw met een haak bij zich
om de helpende hand te bieden. Van ty
pische namen gesproken, ing. Stavast
noemt er een: Kees Koeienreet. Verla
ging van de bruggen werd indertijd door
de Bezuinigingspartij weggestemd, maar
in 1894 kwam het er toch van. Op 11
november van dat jaar verdween name
lijk een gedeelte van de brug over de
Keizersgracht in het water, vermoedelijk
ZO ZULLEN DE DRIE BRUGGEN OP HET
KRUISPUNT LEIDSEGRACHT-
KEIZERSGRACHT ER NA VERNIEUWINC EN
RESTAURATIE WEER UITZIEN. DE
AFBEELDING IS NAAR EEN TEKENING VAN
OTTO JARING. FOTO: DIENST PUBLIEKE
WERKEN.AMSTERDAM
als gevolg van verzakking. Er kwam een
interpellatie over in de gemeenteraad.
Een van de raadsleden had bij het aan
schouwen van de ruïne geconstateerd, dat
de brug was bezweken onder de druk van
de administratieve bezigheden, welke bij
de reorganisatie van de afd. Publieke
Werken hopelijk tot het verleden zouden
behoren (je zou in 't algemeen bijna
zeggen: een bekend geluid voor ónze tijd;
red. H.). Overigens, bruginstortingen in
Amsterdam waren eerder voorgekomen,
zoals in 1659 toen de brug over de Prin
sengracht aan het einde van de Lelie
gracht bezweek en waarbij zeven of acht
mensen verdronken. Omstreeks 1880 be
zweek de houten ophaalbrug over de
Groenburgwal in de Staalstraat. Met de
vernieuwing en restauratie van het drietal
bruggen is men al geruime tijd bezig. Die
over de Keizersgracht is klaar. De twee
andere bruggen hadden in september
1979 gereed moeten zijn, maar daarbij is
nogal vertraging ondervonden, terwijl
de jongste winterperiode het werk even
eens ophield. Maar het einde van het to
tale restauratiewerk aan dit driebruggen-
punt is nu toch in zicht.