Een voorzichtige opknapbeurt
Bewonderaars van historische kerkge
bouwen gaan wat de Bossche Sint-Jans
basiliek betreft troosteloze jaren tege
moet. Voor ten minste drie jaren zullen
het schip van de kerk en de belendende
zijbeuken door een beplanking met
spaanplaat aan het oog worden onttrok
ken om er ongestoord te kunnen restau
reren. Restaureren? Het mag gemaks
halve zo genoemd worden. Het is zeker
een goed woord voor wat er met het
orgel, de kansel en het kerkmeubilair te
gebeuren staat. Maar als het gaat om de
binnenkant van het kerkgebouw spreken
de deskundigen liever van een voorzich
tige opknapbeurt; van een terugroepen
van al het schoons dat in de loop der
tijden onder kalk- en roetlagen aan het
oog onttrokken is en van een harmoni
sche aanpassing van die interieurfrag
menten, waar dit schoons in een restaura
tieperiode met andere opvattingen of als
gevolg van reparaties definitief verdwe
nen is. Wanneer over driejaar van schip
en zijbeuken weer te genieten valt, zullen
evenwel de dwarsbeuken en tenslotte het
hoogkoor achter de planken verdwijnen.
Men verwacht, dat pas in 1985 de basiliek
weer in heel haar glorie te zien zal zijn - en
dit valt mooi samen met het acht-
DE SINT-JANSBASILIEK IN DEN BOSCH IN
DE STEIGERS
honderdjarig bestaan van de Brabantse
hoofdstad.
De kerk zal in deze periode evenwel nooit
geheel gesloten zijn. Monumentenzorg,
kerkbestuur en geestelijkheid hebben van
meet af aan op het standpunt gestaan dat
de Sintjan, die een van de weinige histori
sche kerken is waar eredienst en volksde
votie nog volledig aanwezig zijn en die
jaarlijks zo tegen de achthonderdduizend
bezoekers trekt, in de restauratieperiode