De Gouden Reael
47 De Gouden Reael draagt blauwe horren
voor haar ramen; geen gewone rechte
horren, maar horren die pronken met een
daad van krullige lijnen, 't Lijkt wel, of
een Chinees die horren gemaakt heeft -
en misschien is dat wel zo. Want er komt
een mengelmoes van vreemdelingen daar
in die Gouden Reael, er leunt wat over
zees mansvolk tegen de tapkast. Duitse
en Engelse, Zweedse en zelfs Russische
bootslieden komen daar, varensgasten,
die in Archangel en Liverpool al met de
tong klakken, als ze denken aan Amster
dam en aan die kleine kroeg op de Zand
hoek. De kroeg welker blauwstenen
dorpel is uitgesleten, hol weggeschuurd
door de vaste en wankele voetstappen
van de gaande en komende man.
Zo ving Jan Mens het eerste deel aan van
een trilogie over Griet Manshande. Dat
eerste deel, verschenen in 1940, draagt de
titel De Gouden Reael. Het boek beleefde
vele herdrukken, in 1950 verscheen de
12e druk. Vanwaar in ons tijdschrift deze
literaire uitstap? Het antwoord kan een
voudig zijn. Jan Mens laat zijn boek voor
een belangrijk deel in de Gouden Reael
spelen, een uit 1629 daterend pand, dat
onlangs tot restauratie is gekomen. Met
de literaire achtergrond wel een feit om
even bij stil te staan.
In genoemd jaar gaf Laurens Jacobsz op
dracht een aantal huizen te bouwen op de
westelijke eilanden. Zijn eigen huis op
het water (nu Damrak) was voorzien van
een uithangbord „de Reael". Dat inspi
reerde hem tot het veranderen van zijn
naam in Jacob Reael. Later kwam zijn
zoon Reinier Reael in het bezit van het
hele eiland, dat van toen af de naam Re-
alen-eiland droeg. Zandhoek 14 was een
van de hüizen, die in het begin van de 17e
eeuw werden gebouwd en waarin al van
heel vroeg een typische zeelieden-kroeg
was gevestigd.
In 1939 werd de Gouden Reael gehuurd
door ome Hein en tante Sien de Boer
tegen 4,50 per maand! Naar men ons
vertelde werd hun café druk bezocht.
Toch kwam er niet genoeg geld in het
laatje, hetgeen tante Sien wijtte aan het
vele praten van haar man. Hoe dit zij,
ome Hein begon een fietsenstalling en
daar schijnt hij heel wat verhalen aan Jan
Mens te zijn kwijtgeraakt. Bijna een
kwart eeuw werd er door tante Sien in de
Gouden Reael getapt èn geschonken.
Zandhoek 14 kwam in 1962 in het bezit
van de Amsterdamse Maatschappij tot
Stadsherstel. Het was toen eigenlijk al
aan restauratie toe, maar het heeft tijd
gevergd om aan het werk te kunnen
gaan. Over de wijze van restaureren ble-
1. ZANDHOEK 14 TE AMSTERDAM: DE
GOUDEN REAEL, VÓÓR DE RESTAURATIE
2. GERESTAUREERD EN OPNIEUW CAFÉ,
MAAR OOK RESTAURANT. RECHTS EEN
STUK STADSVERNIEUWING.
FOTO'S: STADSHERSTEL; MAARTEN
BRINKGREVE
ken verschillen van mening met de
Rijksdienst te bestaan. Toen het pand
werd aangekocht had men met een van
oorsprong 17e-eeuws huis te maken,
waarvan achter de eind 19e eeuw aange
brachte voorgevel in hoofdzaak de oor
spronkelijke elementen nog aanwezig
waren. Deze voorgevel paste naar het in
zicht van Stadsherstel, niet bij de ver
schijningsvorm van dit 17e-eeuwse huis,
noch bij de belendende monumenten aan
de Zandhoek, die al waren gerestaureerd.