zijn, zoo maar raak, zoo als het toevallig uitkwam, tusschen particuliere woon huizen of op ongelukkige hoeken of aan vergeten pleintjes. De bouwpolitiek schijnt hier geweest te zijn: Prof. K. moet een lab. hebben; opzichter, kijk eens naar een terreintje uit, niet te duur, niet te groot. De indruk is deze: Leiden heeft de Universiteit cadeau gekregen, maar heeft er in den „grond" nooit iets voor over gehad. Deze grondpolitiek is er oorzaak van dat de Universiteit aan Leiden's stadsbeeld geen ander cachet heeft gege ven dan dat van alom verspreide dor heid". En nóg is Blaauw niet klaar. Hij moet nog kwijt: „De architectuur is benau wend slecht, de bouwtechniek daarmede op één lijn. Leiden als Universiteitsstad is een troosteloos beeld van officiële kort zichtigheid en krenterigheid." Waarom dit uitvoerige citaat? Wat moe ten we met de visie van één man die zich uitte naar esthetische normen die van daag niet meer worden gehanteerd? Normen die ene Wieger Bruin in dat zelfde Bouwkundig Weekblad en Archi- tectura anno 1972 de volgende regelen uit de pen deden vloeien: „Aan de Aalmarkt in Leiden staat mooi gesitueerd de mooie Waag. Hij domineert de omgeving en dat valt hem niet moeilijk doordat de rest zoo suf, zoo heel weinig zaaks is. 't Zijn meest burgerhuisjes van 1700 tot nu, en 5 GRAVENSTEEN, OUDTIJDS GRAFELIJKE. LATER STEDELIJKE GEVANGENIS. DE KERN IS EEN VIERKANTE TOREN MET EEN ONDERBOUW UIT WAARSCHIJNLIJK DE I3E EEUW. IN DE 15E, 16E EN 17E EEUW UITGEBREID EN VERBOUWD. GERESTAUREERD TUSSEN 1941 EN 1948. THANS JURIDISCH STUDIECENTRUM VAN DE RIJKSUNIVERSITEIT. HET HOOFDGEBOUW VAN DE RIJKSUNIVERSITEIT TE LEIDEN: RAPENBURG 73. HET WERD GEBOUWD BEGIN 16E EEUW EN IN 1516 GEWIJD ALS KERK VAN HET KLOOSTER DER DOMINICANESSEN OF WITTE NONNEN. IN 1851 TOT UNIVERSITEITSGEBOUW BESTEMD. EIND 19E EEUW GERESTAUREERD. OP DE ZOLDER VAN DE ZIJBEUK HET ACADEMISCH HISTORISCH MUSEUM. Vandaag hechten we nu j uist zo geweldig aan die „burgerhuisjes van 1700 etce- tera". Vandaag ook valt een simpele vraag als: welke invloed heeft de univer siteit in de loop der tijd op de bebouwing van Leiden gehad? in een geheel andere vijver van gevoeligheden, overwegin gen, „waarheden" en waarden dan des tijds. We hebben enige opvattingen hier weer gegeven om te schetsen hoe bijzonder moeilijk genoemde vraag in feite te be antwoorden is. Genoemde Blaauw wen ste bijvoorbeeld dat ten behoeve van de universitaire huisvestingen tevoren grote terreinen werden gereserveerd. „Zie vooruit, zorg voor flinke terreinen, die

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1979 | | pagina 13