worden. En daardoor wordt het pavil joen ook minder door de leden bezocht, hetgeen weer tot gevolg had, dat er voor de exploitatie van het paviljoen geen slui tende begroting meer is. In 1975 werd er uit de leden en enkele deskundigen een commissie samengesteld, die advies moest uitbrengen o.a. over de toekomst van het Paviljoen von Wied. Dat advies heeft voor wat het paviljoen betreft heel Witte" willen, dat het paviljoen „archi tectonisch" niet wordt, aangetast. Wat het college met „architectonisch" be doeld, kunnen we slechts raden. De be doeling van commissarissen zal ook wel zijn, dat er naar gestreefd dient te worden het duinterrein rond het paviljoen zoveel mogelijk onaangetast te laten. De ontwikkeling kwam in een nieuw stadium door besprekingen met het ge- Onder volledige erkenning van de (ex- ploitatie-)moeilijkheden waarmee com missarissen te kampen hebben, zijn wij van oordeel, dat bebouwing aan weers zijden van het paviljoen von Wied zo enigszins mogelijk moet worden voor komen. Nadat het voorgaande was geschrevenis een vergadering van leden van de soci ëteit gehouden. Naar de voorzittter van HET PAVILJOEN VON WIED VAN DE LANDZIJDE GEZIEN (1952) FOTO UIT DE VERZAMELING VAN HET GEMEENTE ARCHIEF. wat overhoop gehaald. Het beval nl. aan het terreingebruik te intensiveren. Dat betekent, dat er bebouwing kan ko men ter weerszijden van het paviljoen, „mits deze bebouwing het paviljoen als monument niet aantast", aldus een be ginseluitspraak van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Er zal een redelijke leefruimte" rondom het paviljoen moe ten zijn. M.a.w. Monumentenzorg wil voorkomen, dat de biotoop van het his torische paviljoen al te sterk wordt aan getast. Ook commissarissen van „de meentebestuur, dat op een gegeven mo ment aanbood het paviljoen van de soci ëteit te kopen! Dit aanbod hebben com missarissen afgewezen. En nu heeft de gemeenteraad dan na veel vijven en zes sen een ontwerp-bestemmingsplan aan genomen, dat de mogelijkheid tot be bouwing terzijde van het paviljoen opent. Dat die bebouwing er aanstonds zal komen, achtten commissarissen niet waarschijnlijk, want zij verwachten wel bezwaarschriften tegen het ontwerp be stemmingsplan. Die bezwaarschriften zullen zeker van de kant van een groot aantal sociëteitsleden komen, want op initiatief van enige leden is er een enquête gehouden en die leverde een aanzienlijk aantal handtekeningen op van leden die zich tegen bebouwing verzetten. De kans bestaat bovendien dat van andere kanten dan de ledenkring ook bezwaar tegen be bouwing zal worden gemaakt. 3 het college van commissarissen, de heer J. E. A. Post Uiterweer ons mededeelde, is in die vergadering tot uitdrukking ge bracht, dat het tijdstip om definitieve be slissingen te nemen nog niet is aangebro ken. Commissarissen willen eerst zeker heid hebben over de restauratiemogelijk heden. De onderhandelingen over het verkrijgen van subsidiezijn nognietafge- sloten. Restauratie is wel dringend nood zakelijk. Gietijzeren ankers zijn doorge roest en dienen te worden vervangen door bronzen ankers. Ook de kozijnen verkeren in slechte staat. Daar komt nog een aantal andere zaken bij. De heer Post Uiterweer bevestigde hetgeen we hier voor schreven, nl. dat eventuele bebou wing nog zeker enige jaren niet mogelijk zal zijn. Trouwens, zo besloot de heer Post Uiterweer, ,als er een andere oplos sing mogelijk blijkt, niets zal ons liever zijn". v.d.W

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1979 | | pagina 11