heemschut
Heemschut in beweging
Jaargang 55
no. 11/12 nov./dec. 1978
Maandblad van de
Bond Heemschut
Opgericht in 1911
Beschermvrouwe:
H.M. Koningin Juliana
Eindredacteur:
J.E. van der Wielen
HEEMSCHUT verschijnt 10 keer
per jaar
Alle correspondentie betreffende de
redactie van het tijdschrift:
aan Secretariaat van de Bond Heem
schut
Korenmetershuis
Nieuwezijds Kolk 28
1012 PV Amsterdam
Postbus 10525
1001 EM Amsterdam
Postgiro 124326
Tel. (020)22 52 92
Alle correspondentie betreffende ad'
vertenties: aan B.V. 't Koggeschip
Nieuwe Achtergracht 104
1018 WT Amsterdam
Postbus 1198
1000 BD Amsterdam
Tel. (020-)22 97 21
BOND HEEMSCHUT
Lidmaatschap per jaar:
individuele leden 40,
mogelijkheid van reductie
voor 65+ en 25- 20,
donateurs niet-indiv. leden 55,
losse nummers (incl. porto) 3,70
Uit de inhoud:
196 Het huis van Oldenbarnevelt
201 Stad vol hofjes
205 Ubbergen, op weg naar
beschermd dorpsgezicht
211 Vijfentwintig jaar monumenten
zorg in Amsterdam
213 Heemschut in actie
Foto omslag:
Pieter Lordianshofje te Leiden
„Monumentenzorg draagt niet bij tot be
schaving, ze is een gevolg van beschaving.
En wat latent aanwezig is, kan door voor
lichting en betere levensomstandigheden
gewekt worden."
„Monumentenzorg is een Sisyphusar-
beid".
Dit zijn twee citaten uit het boek van ir.
J. A.C. Tillema, „schetsen uit de geschie
denis van de monumentenzorg in Neder
land", dat in 1975 uitkwam. Tillema somt
daarna drie hoofdredenen op om monumen
tenzorg van de zijde der overheid te recht
vaardigen: wetenschappelijke, esthetische
en sociale. „En meestal zal het zó zijn dat
een monument om meer dan één reden dé
aandacht verdient".
Tillema merkt dan verder op, dat elk mo
nument een verhaal heeft te vertellen en
steeds meer wil vertellen aan wie bereid is
stil te luisteren. „Voor een levende en
groeiende historische wetenschap is het be
houd der historische architectuur onontbeer
lijk". En vervolgens lezen we: „De
schoonheidsbeleving bij het aanschouwen
van een monument is het meest aanspre
kende argument voor het behoud daarvan.
Ze is uiterst belangrijk. Wat ons uit het
verleden overbleef in onze oude steden en
dorpen is vaak van zulk een unieke schoon
heid, dat bijna ieder daardoor - ook al zou
hij het zich niet bewust zijn - wel moet
worden getroffen".
En laten we Tillema nog eenmaal aan het
woord: „Elk oud huis is, ook voor wie er
niet in woont, een scherm tegen de voort
schrijdende massificatie, tegen een van ho
gerhand (d.i. dooreen kleine „elite") ge
leid en gereglementeerd leven, tegen het
schrikbeeld van Big Brother. Elke oude
straat in een stadshart is een waarborg tegen
onderlinge vervreemding; elk stukje van
onze wereld, waarin een onmenselijke
schaalvergroting nog niet is doorgedron
gen, krijgt met de dag een meer bijzondere
waarde".
In 1975 verscheen ook een herdruk van het
beroemde artikel van Victor de Stuers:
„Holland op zijn smalst". De werkgroep,
die het vermaarde artikel van commentaar
voorzag, merkt in het slotwoord op, dat de
schare van hen die willen behouden wat nog
bestaansrecht heeft, sinds 1873 geweldig
(is) gegroeid; naast de apparaten van de
museumwereld en de diensten voor monu
mentenzorg zijn er talloze verenigingen,
bonden en stichtingen die zich voor dat be
houd inzetten, aldus een passage uit dat
slotwoord.
Waarom al die citaten?
Wel, in de eerste plaats om te constateren,
dat Heemschut één van die talloze vereni
gingen, bonden en stichtingen is, die zich
inzet voor het behoud van ons architecto
nisch erfgoed; dus voor monumentenzorg.
Op de meeste van die (particuliere) organi
saties heeft de Bond Heemschut voor, dat
hij landelijk waakt overons rijke monumen-
tenbezit. Het overgrote deel van de ge
noemde organisaties is regionaal of stedelijk
gericht, dan wel gespecialiseerd, d.w.z. ge
richt op een bepaald onderdeel van het mo-
numentenbezit, zoals molens, kastelen of
vestingwerken.
Alleen al het landelijke karakter van de
Bond Heemschut, waarbij overigens tal van
andere verenigingen, stichtingen, enz. zijn
aangesloten, rechtvaardigt een sterke uit
breiding van de ledenkring. Heemschut
heeft overal in ons land werkers in het veld,
die voortdurend bezig zijn met de zorg voor
het behoud van monumenten, met het wa
ken tegen aantasting van historische stads
en dorpsgezichten, tegen bedreiging van het
landschapsschoon. Het is onmiskenbaar,
dat er onder ons volk meer belangstelling
voor oude monumenten is, dan laten we
zeggen veertig jaar geleden. Het is even
onmiskenbaar, dat deze belangstelling door
meer voorlichting aan het publiek is ge
wekt. Ook aan die voorlichting heeft Heem
schut ruimschoots aandeel gehad en ziet
onze bond deze nog steeds als één van zijn
belangrijkste taken.
We weten het, vele leden van Heemschut
zijn individueel voortreffelijke propa
gandisten voor het behoud van onze oude
monumenten. Zij kennen de schoonheid
ervan, zij schatten de historische waarde
van dit culturele erfgoed bijzonder hoog.
Voor hen zijn vorenstaande citaten eigen
lijk niet nodig. Of toch wel? Zij kunnen
een steun zijn bij het werven van nieuwe
leden voor de Bond Heemschut. In deze
aflevering van ons tijdschrift worden zij
daartoe door middel van speciale kaarten
aangespoord. De komende feestdagen:
Sint Nicolaas en Kerstmis zijn uitermate
geschikt om nieuwe leden te werven, om
leden aan Heemschut cadeau te doen,
zoals het lidmaatschap een cadeau kan
194