4
om niet te zeggen een weinig vastberaden en
eensgezinde indruk. Maar daarbij dient men
wel te bedenken, dat de situatie, waarin in
ons land de monumentenzorg verkeert op
basis van een Monumentenwet, met een
rijksrestauratiebudget van ca. 100 mil
joen in 1978, met apparaten als de Rijks
diensten voor de Monumentenzorg en het
Oudheidkundig Bodemonderzoek, met een
krachtig ontwikkeld particulier initiatief en
met een in toenemende mate sterke wil in
gemeentelijke en provinciale kring om te
komen tot het behoud en het herstel van het
bouwkundig erfgoed, zich lang niet overal
voordoet. Nederland neemt met nog enkele
andere landen op dit punt bepaald een ons
door velen benijde koploperspositie in, het
geen ons overigens de plicht oplegt ook in
internationaal verband waar mogelijk een
bijdrage te leveren aan de bescherming van
het erfgoed.
Symposium te Suzdal
Na de inhoudelijk gezien wat teleurstellend
verlopen bijeenkomst in Moskou - de orga
nisatorische problemen, die het ICOMOS-
secretariaat in Moskou moest overwinnen,
moeten enorm zijn geweest - verplaatste het
600-koppige gezelschap zich naar de kloos-
terstad Suzdal, op 170 km van Moskou ge
legen, waar een symposium werd gehouden
hun een maatschappelijk nuttige bestem
ming te geven, echter zonder dat deze de
indeling of aankleding der gebouwen mag
aantasten. Slechts binnen deze grenzen mag
men een aanpassing aan de moderne ge
bruikseisenoverwegen en toestaan (art. 5).
De taak van de monumentenzorg is o.a. de
esthetische en de historische waarde van het
monument in stand te houden en in bepaalde
gevallen te onthullen. Zij gaat uitsluitend uit
van het oude dat overgebleven is. Alle on
vermijdelijke completeringen moeten zich
van het oorspronkelijke reeds aanwezige
onderscheiden, maar zich tevens op be
scheiden wijze inpassen. In elk geval mag
een restauratie niet leiden tot een vervalsing
van het aanwezige historische. De restaura
tie houdt daar op waar de hypothese begint.
Ook wijzigingen aan het monument welke
in verschillende tijdperken plaats hadden,
moeten worden gerespecteerd. Het restau
reren van de stijlzuiverheid onder prijsge
ven van andere historische gegevens is niet
verdedigbaar.
1Het Rossia-hotel in Moskou, dat in de
plaats kwam van een doolhof van nauwe
straatjes: Het Zaryadyedistrict
2. Petrodvets (Petershof) in Leningrad.
Het grote paleis werd indertijd begin
18e eeuw) gebouwd. Tijdens de Tweede
Wereldoorlog grotendeels vernield. Na
1945 werd met de restauratie begonnen.
Links paleis Monplaisir.
3. Het Spass-ïerfïnier-klooster (16e en 17e
eeuw) in Suzdal
over ,,de plaats die de monumenten van
cultuur en geschiedenis innemen in de sa
menleving". Het Russische ICOMOS-co-
mité had gemeend dit weinig zeggende cen
trale thema inhoud te moeten geven door in
l1/2 dag een 20-tal voordrachten te laten
houden. Het resultaat was een ontstellende
woordenstroom, die onmogelijk te verwer
ken was. Bovendien waren sommige on
derwerpen al eens elders en dan dieper-
gaand behandeld, andere voordrachten
hadden weinig om het lijf en beperkten zich
tot het herhalen van het al eindeloos vaak
gezegde.
Het meest jammerlijke was, dat er geen
155