In Odoorn kon men niet anders 11 BEiï de onderwerpen blijkt, zoals: het onstaan van de bodem van de IJssel- Vecht-delta; de „verplaatsingen" van Staphorsten Rou- veen; de Gieterse boerderij en een (inlei dende) beschouwing over de relaties IJssel- delta en IJsselmeerpolders. Geinteresseer- den in monumentenbehoud zullen er veel van hun gading in vinden. (Uitg. Waanders, Zwolle). Historische Plattegronden Voor de liefhebber van de geschiedenis van historische steden is de publicatie van de reeks „Historische plattegronden van Ne derlandse Steden" zeer belangwekkend. De eerste map, Amsterdam, is dit jaar ver schenen met een inleiding van W. Hofman, medewerker van de Gemeentelijke Ar chiefdienst. Er zullen nog 21 steden en pro vincies in deze reeks worden behandeld. De vroegste 16de eeuwse kaarten zijn meestal door kunstschilders gemaakt. Lang bleef de cartograaf een kunstenaar wiens werk ook op artistieke kwaliteiten beoor deeld werd. De eisen die men aan een kaart ging stellen werden echter op den duur ho ger. Deze ontwikkeling is ook in de map te volgen. De reeks kaarten begint met de oudste Am sterdamse kaart, van Comelis Anthoni- nisz,, uit 1544, die zowel landmeter-carto- graaf als kunstschilder was. De laatste in de map opgenomen kaarten zijn van Publieke Werken uit 1938 en 1977. Vroegere publicaties op dit gebied betroffen vrijwel steeds facsimile's. Het verloop van de geschiedenis van de stad is daarin niet te volgen, terwijl het complete en orginele ma teriaal moeilijk is te raadplegen. Hoewel in deze uitgave veel van het kaartmateriaal verkleind is, zullen de verschillende ont wikkelingen van de stad hieruit toch met vrucht geraadpleegd kunnen worden. Een toelichting op de topografische ontwik keling van de stad door de heer Hofman is toegevoegd en alle kaaten zijn van interes sante historische gegevens voorzien. De map is uitgegeven bij „Canaletto" te Alphen aan de Rijn en bevat 19 ongekleurde kaarten waarvan verschillende uit enige bladen bestaan. Gezien de uitstekende in houd en uitvoering is deze publicatie de uit gave van 160 gulden zeker waard. E. de W. „Op grond van het vigerend bestemmings plan konden we geen bouwvergunning wei geren. Het was zelfs zo, dat we de ge vraagde bouwvergunning MOESTEN ver lenen!" Dit zegt burgemeester H. Kreijkes van de Drentse gemeente Odoorn over de uitbreiding van het hotel „Wassenaar" in het dorp Odoorn. De nieuwe hotelaccomodatie ligt op een me ter of acht afstand naast de Nederlandse Hervormde Kerk, een beschermd monu ment. De nieuwe vleugel van het hotel-restaurant ligt ten noordwesten van het charmante kerkje. De hele noordzijde en een deel van de westkant worden geheel aan het oog ont trokken door deze nieuwbouw. De architec tuur van deze nieuwbouw past naar mijn stellige overtuiging alleraardigst in een Drents dorp als odoorn. Maar de ellende is, dat de combinatie van kerk en nieuwbouw zo pal op elkaar niet minder is dan een stedebouwkundige miskleun voor het dorpshart van Odoorn. Burgemeester Kreijkes tilt er niet zo vrese lijk aan: „De kerk is van de zuidkant gezien het mooist", zegt hij. „De uitbreiding van het hotel verandert daar niets aan!". Echter een decor, een achtergrond, is ook voor een gebouw van grote betekenis en de fraaie kerk Odoorn wordt letterlijk doodge drukt door de nieuwe hotelvleugel, die het kerkje bijna omarmt. Merkwaardig is het bfljagB 1Vrij uitzicht op de kerk 2) Overvleugeld daarbij te weten, dat het Provinciaal Drents Welstandstoezicht in deze plannen positief heeft geadviseerd. „Er lag een horecabestemming op dit ter rein en we konden niet anders, dan op grond van het bestemmingsplan goedkeuring ver lenen aan de plannen. We hadden geen en kele mogelijkheid deze hoteluitbreiding tegen te gaan en we hebben er vele bespre kingen aan gewijd om de schade zo gering mogelijk te houden!" zo luidt het commen taar van de burgemeester. Wellicht is dit voorbeeld in Odoom, waar de ramp nu eenmaal is geschied, reden voor andere gemeentebesturen de bestemmings plannen nog eens grondig te bezien en - zo nodig - te wijzigen. Toos Bartelds 148

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1978 | | pagina 41