met het ouderwets aandoend opschrift: Wachtkamer der stoombooten. En dan kun je genieten van het wijdse uitzicht op de brede rivier en de groene uiterwaarden, on derbroken door de sierlijke spoorbrug. Ver der gaande zien we aan het einde van de Heerenstraat nog een brok stadsmuur met een afgeknot molenlichaam, dat er maar verwaarloosd bij staat. In de Nieuwstad word je dan weer getroffen door een 19e eeuws huis van betrekkelijk geringe archi tectonische waarde met in de gevel: Rijtui genmagazijn. Woonhuizen In deze categorie een aantal belangrijke mo numentale objecten, waarbij in de eerste plaats het waarschijnlijk meest bekende moet worden genoemd: ,,De Fonteyn" aan de Achterstraat, d.i. het Jan van Riebeeck- huis. En verder o.a. het oudste woonhuis van Culemborg, het uit ca. 1470 gebouwde Stadhoudershuis (Drostenhuis) aan de Slot- straat; het laat-gotische huis Caffagne, eer tijds „armencameren" en aan de Markt het huis ,,De Keyser" uit 1707. Tot de bijzondere monumenten mogen de vier oude pompen worden gerekend, een zeldzaam aantal in één oud Hollands stadje. Ze staan op de Markt (twee en verder staat er een in de Zandstraat en een op de Varkens- markt (alle 18e eeuws). Er is dus wel veel, waaraan een monumen- tenminnend mens zich kan verlustigen in Culemborg, maar we zouden de waarheid tekort doen en de werkelijkheid geweld, als we niet ook aan enige negatieve facetten aandacht zouden besteden. In 1976 verscheen de discussienota Monu ment en Binnenstad, een publicatie van de Raad der Europese Gemeenten en geschre ven doordr. N. J. M. Nelissenen drs. C. L. F. M. de Vocht. En daarin lezen we o.a.: „Hoewel monumenten en historische en sembles eigenlijk een onderdeel vormden van de plannen voor de diverse binnen- stadsgebieden zoals die vanaf 1962 werden ontwikkeld, vervulden zij in die plannen in feite slechts een aanvullende rol. Ze kwa men steeds achter andere, belangrijker ge achte doeleinden, zoals het handhaven en verbeteren van de mogelijkheden voor voorzieningen in de winkel-en dienstensec tor, en de verkeerstechnische ontsluiting ten behoeve van deze functies. Dit uitte zich in de praktijk in een verminderde zorg voor en ontoereikende voorzieningen ten behoeve 133 van deze historische gegevenheden". En verder: „Het is (echter) nog te vroeg om in Culemborg van een specifiek monumen tenbeleid te kunnen spreken. Er is ondanks de aanzwellende restauratiestroom geen centraal beleidsstuk, waarin plannen en in strumenten ten behoeve van monumenten, historische ensembles en andere waarde volle bebouwing bij elkaar gebracht en ge ëxpliciteerd zijn. Er bestaat nog te veel on zekerheid over de toekomst van essentiële onderdelen van de oude binnenstad". We zijn nu ca. twee jaar verderen wat verklaren zij, die zich voor het behoud en de restaura tie van de vele monumenten in Culemborg inzetten? „Zo is toestand eigenlijk nog". Zeker geeft men toe, dat het gemeentebe stuur niet helemaal werkloos toekijkt als het om monumenten gaat. Maar de bestemming van Culemborg tot groeigemeente - zoals we zagen inmiddels ingetrokken - heeft niet nagelaten haar sporen in de oude wijken te trekken. Van de in 1974 aangeheven slogan „Culemborg verjongt zijn hart" is nog zo heel veel in vervulling gegaan. Toegegeven de gemeente heeft de laatste tijd o.a. twee panden aan de Lange Havendijk doen res taureren (t.o. de Vismarkt). Everwijnstraat 27 wordt gerestaureerd, dat wel, maar op de begane grond komt een bistro! De gemeente heeft intussen wel de restaura tie van een aantal panden op de Markt en één in de Goilderingerstraat in handen. Men zal het laatstgenoemd pand haast moeten ma ken, want anders staat er binnenkort geen muur meer overeind. r"M Het Drostenhuis is aangekocht r<i door Hendrick de Keyseren dus x» in goede handen. Prof. Tem- -- minck Groll is verzocht een plan te maken.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1978 | | pagina 26