'"■iii-iihiiii
Afbraak van zes stations
Lievelde (Lichtenvoorde-Groenlo)
In de Achterhoek en in Twente worden zes de geschiedenis van deze dorpen en stadjes
stationsgebouwen met afbraak bedreigd. een belangrijke rol gespeeld sinds hun bouw
Het zijn de stationsgebouwen van Terborg, van af 1878, resp. 1885. Ze zijn bovendien
Aalten, Winterswijk, Lievelde (Lichten- medebepalend geweest voor de vormgeving
voorde-Groenlo), Ruurlo en Vorden. De van het'dorpsbeeld ter plaatse.
Ned. Spoorwegen willen hiertoe overgaan De Oudheidkundige vereniging „De Graaf-
nu er automatische beveiliging van de baan- schap" heeft zich over deze zaak eerst tot de
vakken Arnhem-Winterswijk en Winters- Ned. Spoorwegen gewend met het verzoek
wijk-Zutphen zal worden ingevoerd. De om vóór tot afbraak over te gaan eerst over-
plaatselijke bevolking is met dit voornemen leg met de desbetreffende gemeentebestu-
helemaal niet gelukkig en dat laat zich ver- ren te plegen over een eventueel andere be
staan, omdat het te betreuren zou zijn als stemming van de gebouwen. De NS blijken
deze stationsgebouwen uit het dorpsbeeld echter zo'n haast achter de zaak te zetten,
zouden verdwijnen. Ze hebben immers in dat er nauwelijks tijd voor overleg bleek.
Terborg
110
Om die reden heeft „De Graafschap" zich
nu met een uitvoerig adres tot de minister
van CRM gewend.
We zijn doorjhr. A. L. van den Brandeler in
Hengelo (Gld.) op deze zaak gewezen en
die heeft zich toen de moeite getroost ons
uitvoering over het dreigende verlies van
die zes stationsgebouwen te informeren. Zo
schreef hij ons o.m.dat de stationsgebouw
tjes weliswaar alle in dezelfde periode zijn
gebouwd (het laatste kwart van de vorige
eeuw), maar niettemin variëren ze in vorm
geving. Als bij weinig andere kleinschalige
architectonische scheppingen is bij deze sta
tionnetjes door middel van de plattegrond
en de vormgeving zo gemakkelijk doel en
functie af te lezen: de noodzakelijke dienst
en ontvangstschakel tussen het reisbeluste
en goederen verzendende-ontvangende pu
bliek uit het plaatsje en het nieuwe ver
voermiddel, dat zijn eigen afgesloten naar
verre horizon leidende banen bereed.
Het tracé van de spoorweg was meestal zo
uitgelegd, dat deze stationnetjes, die ook
huisvesting gaven aan personeel van de
spoorwegen, oorspronkelijk buiten het te
bedienen dorp lagen. Geheel volgens ver
wachting groeiden deze dorpen met hun
jonge uitleg naar het nieuwe vervoermiddel
naar het station toe en verstrengelden ze
zich architectonisch daarmee, zoals dat
vroeger was gebeurd met „de" kerk en het
gemeentehuis.
Aldus jhr. v.d. Brandeler, die wel wil toe
geven, dat die stationnetjes op zichzelf be-
Aalten