van stations langs die lijn. In de jaren zestig
maakte hij een ontwerp voor het Paleis voor
Volksvlijt. In 1874 vestigde Van Gendt zich
in Amsterdam. In de eerste tijd bouwde hij
veel villa's in het zojuist door de spoorlijn
ontsloten Gooi. Samen met dr. Cuypers
hield hij zich bezig met de bouw van het
Centraal Station, later werkte hij samen met
de gebroeders Springer van de nieuwe
Stadsschouwburg. In het midden van de ja
ren negentig ging hij samenwerken met zijn
beide zoons.
Zijn stijl was aanvankelijk eclectisch, in het
begin van de jaren tachtig echter dragen zijn
gebouwen een enigszins Weens karakter,
naderhand volgt een periode van neo-re-
naissance (gebouw van de HVA aan de
N.Z. Voorburgwal, Burgerziekenhuis).
Wanneer Van Gendt samenwerkt met zijn
zoons doen Nouveau Art-elementen hun in
trede. Van Gendt stierfin 1901. LydiaLan-
sink, de kunsthistorica bekend geworden
door haar kennis van de architectuur van het
Museumplein en omgeving, noemt in een
artikel voor „wenen-TA-BK" (juli 1976)
de heren Van Gendt „pioniers op technisch,
niet op estetisch terrein". En verder: „de
gebouwen die zij in een geleende stijl ont
wierpen, behoren vaak tot het beste en
bruikbaarste dat in die stijl tot stand is ge
bracht".
En dat is in het bijzonder van toepassing op
het Concertgebouw waarvoor nog in 1883
de grondwerken werden opgeleverd. Er wa
ren 2186 palen geheid op het terrein aan de
uiterste rand van de stad, dat niet eens meer
onder de gemeente Amsterdam viel, maar
dat grondgebied was van Nieuwer-Amstel
(het tegenwoordige Amstelveen). Van deze
gemeente en van de bouwmaatschappij Wil
lemspark had de jonge NV de grond ver
worven. Amsterdam had niet stilgezeten en
had grond aangeboden aan de Ceintuurbaan
ter hoogte van het tegenwoordige Sarphati-
Voorgevel van het Concertgebouw naar
een tekening van de architect A. L. van
Gendt
Tekening: Hist. Topografische Atlas Gem.
Archiefdienst Amsterdam.
II Het Amsterdamse Concertgebouw, zoals
het zich thans manifesteert aan de rand van
het Museumplein
Foto: Kors van Bennekom, Amsterdam
park. Maar de prijs was te hoog. Voor drie
gulden de vierkante meter werd de NV ei
genares van 7150 m2 aan wat toen bekend
was als de Houbrakenstraat (nu Van Baerle-
straat).
Een adempauze bleek nodig na voltooiing
van de grondwerken: de middelen vloeiden
als gevolg van de minder gunstige conjunc
tuur niet zo snel toe als men had gehoopt.
Eerst op 19 februari 1885 kon in het Von
delparkpaviljoen de aanbesteding worden
gehouden. De bouw werd gegund vooreen
bedrag van 257.000 gulden.
Enig kissebissen ging nog vooraf aan de
opening en wel over de voorzieningen die
moesten worden getroffen om het gebouw
bereikbaar te maken via P.CHooftstraat en
Van Baerlestraat. Drie, vier weken voor de
openingsdag ging Nieuwer-Amstel aan de
slag met de aanleg van bestrating en riole
ring. In de buurt van het nieuwe gebouw
moest een petroleumverlichting worden
aangebracht. Geen wonder dat in de eerste
jaren van het bestaan velen een bezoek aan
het Concertgebouw nog als „een tocht naar
buiten" voelden.
Het grote gebouw met de 48 meter lange
voorgevel stond dan ook aanvankelijk nog
eenzaam temidden van weilanden en tui
nen. Waar nu het J.W. Brouwersplein ligt
liep nog vele jaren een sloot waaruit, zoals
een foto van Jacob Olie uit 1895 laat zien,
bij oefeningen de stoomspuit van Nieu-