,Item soe en moet nijemand gheen huus van
der hofstede vercopen noch breken, hi en sel
te voren, eer hi dat huus aantast te breken,
een seker borghe setten, dat hi binnen een
jare daer een beter huus op dat selve erve
setten sal."
In september 1969 organiseerde het Ge
nootschap Architectura et Amicitia in sa
menwerking met de Federatie Welstands
toezicht te Amemuiden een weekendcon
gres met als onderwerp de schoonheids
commissies.
De eerste inleider was Dr. E. A. H. Koeken,
die een overzicht gaf van de verhouding
overheid-architektuur in vroeger eeuwen.
Hij was het ook, die het bovenstaande citaat
uit het Keurenboek van Hoorn gebruikte.
Dr. Koeken haalde nog een keur aan en wel
uit Alkmaar uit het jaar 1636.
,,Niemant en sal ook enige huysen, of ge
timmerten aan de heeren straten responde
rende afbreken, of laten vervallen daardoor
de stadt soude werden ontsiert, op ver
beurte van de gront, ten behoeve van de
stadt om wederom tot timmeraghie uitgege
ven te werden."
Het verbeurd verklaren van de grond als
sanctiemiddel is voorwaar niet gering.
De bijeenkomst in Amemuiden was een af
tasten van meningen en gevoelens; voor en
tegen het welstandstoezicht.
Met felle discussies aan de hand van zeer
uiteenlopende inleidingen. In het twee
maandelijkse blad Forum van juli 1970, nr.
XXII-2, is de tekst van de bijeenkomst inte
graal opgenomen. Hieronder een greep van
enkele, en dus uit hun verband gerukte,
opmerkingen.
„Het welstandstoezicht houdt zich bezig
met toelaatbaarheid. De toelaatbaarheid is
in het geding en niet de kreativiteit. Wel
standstoezicht is corrigerend, het richt zich
op bijschaven, het is compromissoir, het
tendeert dus naar nivellering, naar karakter
loosheid. In het welstandstoezicht is .ver
antwoord' vervelend nog altijd beter dan
agressief, interessant en lelijk." (De Boer)
„Nergens is het resultaat van dit heilzame
welstandstoezicht zichtbaar. Wie vol wil
houden dat het helpt, zal toch moeten toe
geven dat dat dan zo'n klein beetje is dat het
de hele rompslomp niet waard is." (De
Boer)
Ik ben van mening dat als er nog welstands
toezicht bedreven wordt, dat het dan volle
dig openbaar moet zijn. Bouwen is maar ten
dele een particuliere aktiviteit. Een nieuw
gebouw grijpt in het doen en laten en in de
belevingswereld van anderen in, anderen
dan de opdrachtgever.(De Boer)
,Het welstandstoezicht is in de eerste plaats
een behoudende, conserverende instelling.
Het is een vorm van wetgeving op een ge
bied waar geen wetten gemaakt kunnen
worden." (Van Alphen)
„Juist vanwege die grote hoeveelheid so
ciale funkties van het bouwen is het, geloof
ik, inderdaad wel een uiterst belangrijke
zaak dat nieuwe bouwprojekten beoordeeld
kunnen worden; dat het niet alleen maar een
kwestie is van de initiatiefnemers, maar dat
de gemeenschap daar op de een of andere
manier zijn stem in kan laten gelden." (Frij-
da)
„Beroep is er niet bij vakgenoten maar bij
de gemeenteraad of bij de burgemeester.
Ineens wordt het overgegeven aan de poli
tieke macht." (Hertzberger)
„We kunnen niet doorgaan met alleen het
beoordelen van het uiterlijk. We moeten
gemeentebesturen adviezen kunnen geven
over bewoonbaarheidsaspekten." (Treep)
„De esthetische aspekten behoren echter
wel tot de minder relevante aspekten van
een gebouw of groter geheel. Belangrijker
zijn de sociale aspekten." (Frijda)
Beweging
Het welstandswerk staat sterk in de belang
stelling, zowel bij de ontwerpers, als bij de
overheid. In bladen als Bouw, Futura, Wo
nen TA/BK, Gemeentewerken, de Neder
landse Gemeente, de Gemeentestem, maar
ook in diverse landelijke en regionale dag
bladen is de laatstejaren regelmatig overhet
welstandstoezicht geschreven. Ook de Wel
standsorganisaties zelf laten zich niet onbe
tuigd. De jaarverslagen van de diverse
commissies alsmede de los daarvan uitge
brachte nota's, laten steeds meer zien van de
gedachten, discussies en twijfels omtrent de
benadering van de welstand en het wel
standswerk.
Ter gelegenheid van het 60-jarig bestaan
van de Stichting Noordhollandse Wel
standscommissie verscheen onder de titel
„het Welstandscommissie in Beweging"
een verslag van een door het Research Insti
tuut Gebouwde Omgeving verichtte studie.
Aangegeven wordt hoe, ervan uitgaande dat
de bevordering van de schoonheid van stad
en lande bepaald geen overbodige luxe is,
,,Kolk aan de IJsseldijk ter hoogte van Ter Wolde.
De A.P.V. verbiedt uit een oogpunt van volksgezondheid het storten van vuilnis, puin en ander afval'
Foto: Het Oversticht