126.700 80.000
619.000 530.800
289.300 375.000
58.700 50.000
85.300
7.300 10.000
6.700 5.000
50.000 30.000
P.M.
22.500 20.000
75.000
24.200 15.800
knopen van de eindjes, van grote steun ge
weest. Contributie-verhoging was nodig en
het deed de penningmeester genoegen, dat
hoewel die verhoging nog niet gesancti
oneerd was door de ledenvergadering, het
overgrote deel van de leden die toch vrijwil
lig heeft voldaan. Intussen betreurde de
penningmeester het, dat het ledental geen
gelijke tred houdt met de groei van de om
vang der werkzaamheden.
Van de overgelegde financiële stukken
vermelden we hier de beknopte begroting
1977
Personeelskosten
Buitenorganisaties
Bondsbureau
Voorlichting
Tijdschrift
Redactie
drukkosten, porti
min. opbrengst adv.
totaal
contributies/bijdragen
giften, schenkingen, legaten
aktie extra bijdr. '76
toevallige baten
Interest
subsidies
CRM
VRO
provincies
Heemschut Rest. Hulpf.
25.000
Tekort
Totaal
Evenals bij het jaarverslag werd bij het ver
slag van de penningmeester enige discussie
gevoerd. O.a. werd gevraagd waarom er
nog geen subsidie door de minister van
Volkshuisvesting en RO wordt verstrekt.
Drs. Hengeveld antwoordde hierop, dat het
ministerie in beginsel niet ongenegen is
subsidie te verlenen, maar echter wel uit
sluitend als het om een bepaald project gaat
en dat is moeilijk aan te wijzen.
Nadat de penningmeester décharge was ver
leend, gaf de ledenvergadering haar goed
keuring aan de reeds ingevoerde contribu
tie: minimum van 30 naar 40.
Verkiezingen
Bij acclamatie werden mr. H. Bergé, ir. W.
L. Jansen en dr. E. J. B. Postma benoemd
tot resp. voorzitter van de prov. commissie
Noord-Brabant, Overijssel en Utrecht.
Eveneens bij acclamatie werden de heren P.
J. v.d. Heyden, P. Jongens en ir. D. van der
Veen benoemd tot resp. secretaris van de
prov. commissies in Noord-Brabant,
Noord-Holland en Zuid-Holland.
Vervolgens werd voorzien in een groot aan
tal' vacatures in het Algemeen Bestuur.
Hiervoor hadden bedankt drs. A. Bertoen,
ir. J. Nysingh, mr. P. A. H. M. van Vlijmen
begroting 1977
293.300 272.100
60.400 46.000
91.700 92.700
9.900 10.000
37.000 30.000
619.000 530.800
en prof. mr. dr. C. A. van Swigchem. De
eerste drie genoemden werden bij acclama
tie vervangen door de eerder genoemde
nieuwe voorzitters van prov. commissies.
In de vacatures mr. J. H. Engel en mr. H.
Greebe (aan de beurt van aftreden maar her
kiesbaar) werd door herbenoeming voor
zien. In twee van de drie resterende vacatu
res werden benoemd de heren J. J. Schilstra
en T. S. Smith; in de derde vacature zal
nader moeten worden voorzien, nadat hier
voor door De Hollandsche Molen een kan
didaat zal zijn aangewezen.
Tot de afronding van de bestuursverkiezin
gen werd dr. R. Hoegen in zijn functie van
voorzitter herbenoemd. De vergadering on
derstreepte deze herbenoeming met ap
plaus.
(Hierbij wil uw redacteur gaarne een kantte
kening plaatsen. Het is natuurlijk verheu
gend, dat de ledenvergadering met zoveel
instemming dr. Hoegen op zijn voorzitters
zetel heeft willen laten. Maar dr. Hoegen
heeft aan zijn herbenoeming iets laten voor
afgaan. Hij heeft er nl. op gewezen, dat een
herbenoeming zou betekenen, dat hij tot z'n
72e jaar voorzitter zou blijven. Dat zou dr.
Hoegen, naar hij verklaarde, onjuist vinden.
Hij kondigde dan ook aan het voorzitter
schap eerder te zullen neerleggen, maar in
elk geval niet eerder dan nadat de nieuwe
directeur zal zijn ingewerkt en de prov.
commissies tot volle ontplooiing zullen zijn
gekomen. Hij stelde hiervoor een periode
van een jaar. Intussen zal ernaar een nieuwe
voorzitter moeten worden uitgekeken.
Daarbij zegde dr. Hoegen natuurlijk zijn
volle medewerking toe. Het zal een jongere
figuur moeten zijn, de nieuwe statuten in
aanmerking nemende.
Dit alles vormt een somber vooruitzicht,
want het heengaan - over een jaar - van dr.
Hoegen betekent het verlies van een motori
sche voorzitter, die zich veel inspanning
voor Heemschut heeft getroost en zeer vele
activiteiten heeft ontwikkeld en geani
meerd, vooral in de opbouw- en ombouw-
periode van de bond.
Het besluit van dr. Hoegen om het volgend
jaar met het oog op zijn leeftijd, af te treden
getuigt intussen nog eens van zijn wijsheid
en inzicht, ook in bestuurlijke zaken. In
1978 zal dr. Hoegen tien jaar het voorzitter
schap hebben bekleed. Vergissen we ons
niet, dan zal het zoeken naar een opvolger
van deze dynamische voorzitter niet een
voudig zijn. Heemschut is met de naam van
dr. Hoegen al zeer geruime tijd geïdentifi
ceerd. Wanneer Heemschut er in slaagt een
jongere en even actieve voorzitter te vinden,
zal dr. Hoegen dit stellig als een bewijs van
dankbaarheid jegens hemzelf beschouwen.
Overigens is er nü nog geen reden om woor
den van dank tot dr. Hoegen te spreken, al
heeft een goed verstaander, naar ons dunkt,
aan dit korte commentaar van uw redacteur
voorlopig voldoende).
Aan het slot van de vergadering moest de
voorzitter overigens nog mededelen, dat er
nieuwe vacatures in het bestuur komen.
De eerste secretaris, mr. Verzijl heeft het zó
druk in zijn praktijk en vertoeft zó vaak in
het buitenland, dat hij gemeend heeft zijn
taak als eerste secretaris te moeten neerleg
gen. Een en ander geldt ook min of meer
voor mr. Van Praag Sigaar. Deze legt,
jammer genoeg, zijn 2e secretarisschap
neer. Dat zal in de komende tijd worden
overgenomen door mr. Verzijl. Er blijven
136
definitief 1976