Zwolle groenstad Het bouwkundig erfgoed en de monumentenzorg Verzamelbanden moeten zijn, maar de oplossing die hem voor ogen staat, doet ons het ergste vrezen. Het plan voor een groen hart in het westen des lands, eens met gejubel begroet, is nooit van de grond gekomen en minister Gruyters wil er nu nog een aanslag op plegen ook. Als we onze vrees vertalen en daarmee de nota interpreteren, dan betekenen de nieuwe denkbeelden: nog meer beton, nog meer woonpalen, nog meer groei van oude ker nen, nog meer verlies van het weidse pol derlandschap in het westen, want de verste delijking daar gaat door, als drs. Gruyters zijn zin krijgt. Kijk maar naar de omgeving van Den Haag, Leiden, Alphen aan de Rijn, Zoetermeer en de zich als een olievlek uit breidende verstedelijking in de Rijnmond. Het toekomstbeeld, zoals ons dat nu ge schetst is, kan ons niet toelachen. We hou den ons hart vast voor het Groene Hart van Nederland. v.d.W. Een werkgroep van de Milieuraad Zwolle is een actie „Zwolle groenstad" gestart. Zwolle is gelukkig nog een groenstad, maar, zo vraagt de werkgroep zich af: hoe lang nog? In Zwolle staan, welgeteld, 35.000 bomen; hiervan zijn er 23.400 aan de zorgen van het gemeentebestuur toever trouwd. Maar de bomen, die aan particulie ren toebehoren, vragen ook om zorg en dat kost veel geld. Het groen houden van de oude satad vergt aandacht, maar meer nog misschien het brengen van groen in de nieuwe wijken. Daarop richt de actie „Zwolle groenstad" zich, een actie uit de burgerijdie misschien elders navolging kan vinden. den, maar ook het Rijk, lang niet altijd vol doende oog hebben voor het verleden. In sommige gevallen kan die geringe belang stelling worden teruggebracht tot een zekere frustratie. Er zijn nogal eens bestuurders die het verleden maar al te graag zo gauw moge lijk willen vergeten. Niet helemaal onbe grijpelijk, omdat in het licht van moderne leefgewoonten, dat verleden inderdaad ook minder fraaie aspecten had. Maar woning verbetering kan heel vaak tot behoud van architectonische schoonheid uit het verle den leiden. Het boekje heeft een voorlichtende taak. Vandaar dat er nogal wat definities in staan over monumenten, stads- en dorpsgezich ten, over bescherming enz. Ofschoon het in het bijzonder voor plaatse lijke overheden is bestemd, lijkt het ons ook nuttig voor allen die zich op enigerlei wijze interesseren voor of zich bezig houden met monumentenzorg in de ruimste betekenis van het woord. Vanwege het karakter van deze uitgave meenden we er goed aan te doen, er buiten de Boekenrubriek, enige aandacht aan te besteden. v.d.W. Onder bovenstaande titel is bij Kluwer een, naar onze mening, nuttig boekje versche nen. Het richt zich vooral tot de plaatselijke overheden, waarvan wordt verondersteld, dat ze zich niet altijd voldoende bewust zijn van de betekenis van het bouwkundig erf goed en dus van monumentenzorg. Het boekje is verschenen onder auspiciën van de Commissie van Monumenten en Landschappen van de Raad van Europa. Eerder verschenen er een Franse en een Duitse editie. De Nederlandse tekst is van de heer W. R. F. van Leeuwen, die bij de vertaling in het bijzonder rekening heeft ge houden met Nederlandse én Belgische situa ties. Twee leden van de commissie: prof. dr. C. A. van Swigchem en Lic. D. Ostyn hebben de Nederlandse uitgave met advie zen begeleid. In het woord vooraf lezen weo.m.: „In een wereld die gekenmerkt wordt door enorme overbevolking enerzijds en massale ontvol king anderzijds - al naar gelang waar wij ons bevinden - kan monumentenzorg een zeer wenselijk middel worden tot vernieu wing en herstel van steden en dorpen en een factor van belang in een evenwichtige re gionale planning. Een bijdrage van de mo numentenzorg aan de ruimtelijke ordening heeft echter alleen kans van slagen, wan- 60 neer de lokale overheden daaraan hun blij vende medewerking geven. De rol van de plaatselijke overheid is werkelijk van het allergrootste belang Het boekje, geschreven door G. H. Bailly, gaat uit van de beginselen van M 75. In het hoofdstuk, dat als opschrift draagt de vraag: Waaruit bestaat het bouwkundig erfgoed? wordt niet ten onrechte opgemerkt, dat mo numenten niet alleen een toeristische attrac tie vormen. Monumenten leggen getuigenis af van grootse gebeurtenissen uit het verle den, maar het gaat ook - en soms mag men wel stellen juist om de eenvoudige monu menten, zoals woonhuizen, boerderijen, die de kunst en de oude tradities van een volk op een veel subtielere manier tot uitdrukking brengen. „Het zou - en nu citeren we weer - onjuist zijn monumenten uitsluitend te zien als kunstwerken met historische of cul turele betekenis. Er valt meer'aan te genie ten. Monumenten komen evenzeer naar vo ren als deel van onze alledaagse omgeving, ons „milieu", hoewel we ons dat meestal onvoldoende bewust zijn vanwege de slechte staat waarin de historische gebou wen meer dan eens verkeren Deze passage houdt een duidelijke waar schuwing in met het oog op binnenstadsver nieuwing, waarbij de plaatselijke overhe- Nu de tijd weer is aangebroken dat onze jaargangen worden opgeborgen - de Jaar index verschijnt in juni! - delen wij u mede te willen overgaan tot de aanschaf van nieuwe VERZAMELBANDEN. Deze wijken af van onze bestaande verza melband, waarin Heemschutnummers kon den worden ingebonden, hetgeen steeds ex tra kosten van het inbinden met zich mee bracht. De nieuwe, eveneens donkerrode kunststof folie naaldbanden bieden het voordeel dat u zelf met behulp van bijgeleverde boekbin- dersspelden de nummers per jaargang in de band kunt bevestigen, waardoor de extra binderskosten komen te vervallen. De prijs per band zal afhankelijk van het door ons te bestellen aantal ca. 12,50 be dragen (incl. porto en administratie kosten), waarbij een reductie kan worden toegepast indien de banden bij ons secretariaat worden afgehaald. Wij verzoeken u uw bestelling te doen door gebruikmaking van inliggende bestelkaart, die u zo spoedig mogelijk en liefst vóór 21 mei 1977 aan ons dient op te zenden.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1977 | | pagina 8