Boekennieuws
Een toekomst voor ons verleden. Deze
titel lijkt oudbakken en niet zó origineel.
Maar-vergis u niet. Het boekje dat deze titel
draagt, is een bundeling van een aantal arti
kelen, die A.C.W. van der Vet tijdens het
Monumentenjaar in het Algemeen Dagblad
publiceerde. Die artikelen verdienden lan
ger aandacht, dan gemeenlijk een dagblad
artikel geniet. Met het boekje zijn we dan
ook bijzonder ingenomen, omdat de schrij
ver de problematiek van de monumenten
zorg in ons land diepgaand heeft bestudeerd
en er als een deskundige over heeft geschre
ven. Hij keek ook een beetje over de grens,
in België en Frankrijk. Graag aanbevolen.
Het ministerie van CRM maakte de uitgave
mede mogelijk door subsidie te verlenen.
(Uitg. Bosch en Keuning, N.V., Baam;
10,-).
Kijk op Nederland. In deze serie zijn nu de
delen Drentheen Limburg verschenen; even
verzorgd als de eerder uitgekomen delen.
Kijk op Drenthe is als 't ware een uitnodi
ging om deze kleine provincie te gaan ver
kennen, als men dat nog niet zou hebben
gedaan. Men leert een voor velen onver
moed, prachtig stuk van ons land kennen.
De inleiding is geschreven door R. Reyn-
tjes, de overige tekst door de redacteur van
de serie: Tom Bouws. Kees Scherer, Rob
Meerder en R. Lingl verdienen grote lof
voor hun prachtige kleurenfotografie.
Kijk op Limburg zou men meereen herinne
ring kunnen noemen, want hoevele Neder
landers kennen deze provincie niet van hun
vakantie. Maar ook hier geldt, dat er ook
nog vele Nederlanders zijn die Limburg niet
kennen en voor hen vormt dit deel een
warme uitnodiging er eens heen te gaan.
Wie Limburg meent te kennen, zal in dit
boek nog vele aspecten tegenkomen, die
hem door onwetendheid of onvoldoende
speuren, zijn ontgaan. Chr. C. Smits
schreef de inleiding, prof. dr. J. J. M. Tim-
mers de overige tekst. De boeiende foto's
staan op naam van Kees Scherer, J. M.
Zanders, K. Tillema en A. A. M. van der
Heyden. (Uitg.: Agon Elsevier;)
Mokum aan de Amstel. Alweer een boek
over Amsterdam met als ondertitel: Een
goed huwelijk. Oude(re) Amsterdammers
zullen aanstonds begrijpen waarover dit
boek gaat. Inderdaad over de Amsterdamse
38
Joden, waarvan het overgrote deel tijdens de
Duitse bezetting is „afgevoerd". Prof. M.
H. Gans heeft met zijn onvergelijkelijke
werk Memorboek uiteraard uitvoerig van
dit deel van de Amsterdamse bevolking van
vóór 1940 verteld; dr. JaapMeijer schreef in
1958: Het verdwenen getto. Men kan zich
daarom afvragen of dit boek nu nog nodig
was. Wij hebben met een positief antwoord
geen moeite. De Amsterdamse Joden heb
ben in menig opzicht een belangrijke rol in
de hoofdstad vervuld. Velen denken er met
nostalgie aan terug. Daarom is het goed, dat
de bekende auteür Siegfried E. van Praag
werd uitgenodigd zijn speciale visie op het
oude Mokum te geven. Hij weet er oneindig
boeiend over te vertellen. Belangrijk van
deze uitgave is, dat oude prenten en foto's
deels de herinnering vasthouden aan ge
bouwen (soms monumenten), die voor het
overgrote deel zijn verdwenen. Een stuk
Amsterdams verleden is met bekwaam
vakmanschap en warmte in dit fors uitge
voerde boek vastgelegd. (Uitg.: C. de
Vries-Brouwers, Antwerpen; 85,-).
St. Eustatius. Terwijl juist in ons tijdschrift
door prof. Temminck Groll in enige artike
len aandacht wordt besteed aan wat eens
Overzeese rijksdelen werd genoemd, kre
gen we ter bespreking toegezonden een
boekje, dat het vorige jaar verscheen ter
gelegenheid van het feit, dat tweehonderd
jaar geleden de commandant van het eiland
op fort Oranje het bevel gaf saluutschoten te
lossen voor de rebellenvlag van de passe
rende schepen van de opstandige Engelse
kolonies. Voor de Amerikanen was dit sa
luut erg belangrijk, omdat het werd be
schouwd als de eerste buitenlandse erken
ning van de Ver. Staten. Het grotendeels
historische boekje, geschreven door Ypie
Attema B. A. wijdt ook vrij uitvoerig aan
dacht aan de (oude) architectuur. Helaas
blijkt menig „monument" niet veel meer
dan een ruïne, zoals de foto's tonen. Het
boekje is in het Engels geschreven, maar
achterin bevindt zich een Nederlandse sa
menvatting. (Uitg. De Walburg Pers, Zut-
phen; 15,-)
De kerk in het midden. Uitgevers plegen
boeken, die zij ter bespreking aan ons toe
zenden, vaak een begeleidend briefje mee te
geven. Zo ook bij dit boek, waarin gevraagd
wordt om een recensie (indien we althans de
uitgave de moeite waard vinden). We zijn
geneigd ons af te vragen of hier geen sprake
is van een tikje valse bescheidenheid. Want
dit boek is wel wis en waarachtig de moeite
waard, niet alleen om in ons tijdschrift te
worden besproken, maar ook en vooral om
het in bezit te hebbenDe auteur is in kerke
lijk Nederland, maar ook daar buiten geen
onbekende. Hij is hoogleraar in de geschie
denis van het christendom en van de christe
lijke leerstellingen in de 19e en 20e eeuw
aan de Universiteit van Amsterdam. Er is
dan ook een deskundige bij uitstek aan het
woord dat bij tijd en wijle wel het ambt van
de schrijver verraadt. Maar behalve zijn ge
voel voor historie en religie, spreekt prof.
Mönnich ook de taal van een poëtisch mens
en aldus schreef hij een alleszins belang
wekkend boek, dat met veel wit-zwart en
kleurenfoto's is verlucht. Het is duidelijk,
dat de kerk, de kapel, het kerkhof (inclusief
gevel- en grafstenen) prof. Mönnich ook als
monument hebben geboeid.
(Uitg. Terra, Zutphen79,-).
Kleine geschiedenissen van grote kas
telen.
Ruim tien jaar geleden verscheen dit kas-
telenboek van Helma Wolf-Catz, vooral
bekend als romanschrijfster. Dat er nu al een
derde druk nodig was, bewijst hoezeer de
auteur erin geslaagd is belangstelling te
wekken voor „het" kasteel, hun ridders,
hun vrouwen, hun schatten. Men begrijpt
het al, wie dit boek nog niet kent: we hebben
hier te doen met een romantische benade
ring van de geschiedenis van een aantal kas
telen, hun stichters, hun bewoners, en van
hetgeen zij verzamelden, wat nu als antiek
geldt. Warm aanbevolen. (Uitg. A. W. Sijt-
hoff. Leiden, 35,-).
Beken in Brabant. Een stuk natuur- en
landschapsbeschrijving, verlucht met vele
foto's; tot stand gekomen op initiatief van
de Stichting Brabantse milieufederatie. Hoe
houden we dit bezit, is de ondertitel van het
boekje, dat geschreven werd door J. van der
Straaten en P. C. von Meijenfeldt, met me
dewerking van H. Moller-Pilot. Die onder
titel is veelzeggend, want aantasting van het
mileu bestaat helaas ook in Noord-Brabant.
Voor geïnteresseerden vermelden we het
adres van de federatie: Stationsstraat 15,
Tilburg.