Ontluistering in Amsterdam
„De Gemeente Amsterdam moet een begin
maken met de bestrijding van een ziektepro
ces, dat op vele punten voortwoekert en
veelal niet tijdig wordt herkend."
Met dat ziekteproces bedoelt de Raad voor
de Stedebouw van Amsterdam de steeds
verdergaande ontluistering van de hoofd
stedelijke binnenstad, waarvoor hij onlangs
in een aan het Gemeentebestuur uitgebracht
advies de aandacht vraagt.
Wel erkent deze Raad, dat het Gemeente
bestuur niet altijd voldoende middelen heeft
om bepaalde negatieve ontwikkelingen
tegen te gaan. Daarop volgt echter meteen
het verwijt, dat het Gemeentebestuur de ter
zake bestaande mogelijkheden niet steeds
236
hanteert, enerzijds omdat men zich onvol
doende rekenschap geeft van de ontluiste
rende effecten, anderzijds uit een gebrek
aan politieke wil.
Geen geringe kritiek van de zijde van een
door de Gemeente zelf in het leven geroepen
advieslichaam, waarin naast een aantal
ambtenaren vele deskundigen uit de burgerij
zitting hebben. Ook de Bond Heemschut is
hierin vertegenwoordigd en heeft aan de
opstelling van dit „ontluisteringsrapport"
daadwerkelijk meegewerkt.
Schrijnend relaas
Een nota over de verloedering van één van
de mooiste historische binnensteden ter we
reld leent zich slecht voor een wetenschap
pelijke benadering. Het is de verdienste van
de Raad, dat hij in dit rapport niet is blijven
steken in de formulering van sluitende,
maar bloedeloze, definities van begrippen
als stedelijke kwaliteit en luister of in een
analyse van de verschillende processen die
de oorzaak van kwaliteitsverlies en ontluis
tering in deze zijn. De Raad heeft zich een
voudig ten doel gesteld effectief „het in
brede kring levende onbehagen over het feit
dat de stad wordt ontluisterd" in woord en
beeld te brengen en is daarin zeker ge
slaagd.
Het is een schrijnend relaas geworden van
de verschillende aanslagen die bij voortdu-