Staatsbosbeheer maakt zich zorgen over ons Bomen in de zon.
cultuurlandschap. Dat blijkt uit het jaarver
slag over 1975, waaraan we hier het een en
ander ontlenen, beseffende, dat vele van
onze lezers dit verslag niet onder ogen krij- selend, schilderachtig en op vele plaatsen
gen. ook biologisch zeer rijk cultuurlandschap
In het landschap van Nederland neemt de kunnen ontwikkelen,
ruimte of zo u wilt het „platteland" tussen Tot het midden van de vorige eeuw vorm
de dichtbewoonde gebieden een heel andere den stad en land afzonderlijke werelden,
plaats in dan vroeger, zo lezen we en het ieder met een duidelijk begrensd gebied. De
verslag vervolgt dan: industriële revolutie heeft die grenzen ech-
Terwijl in de steden al vroeg sprake was ter laten vervagen. Het nieuwe technologi-
van een zekere stelselmatigheid in de aanleg sche tijdvak waarin we nu leven, heeft stad
van straten, pleinen en grachten werd het en land veel dichterbij elkaar gebracht. Dat
landelijk gebied overgelaten aan het vrije geldt zowel voorde mensen zelf, als voorde
spel van krachten. Alleen in de buurt van manier waarop zij de ruimte gebruiken,
dorpen, kastelen en buitenplaatsen was van Maar zonder problemen verloopt die sa-
enige aanleg volgens plan sprake. In het mensmelting zeker niet!
algemeen werd het platteland gezien als een We zijn er misschien een beetje laat achter
gebied voor de voedselvoorziening en als gekomen wat er allemaal is gebeurd. De
een ruimte waarop iedereen vrijelijk een ongerepte, natuurlijke gebieden zijn schaar-
beroep op kon doen voor wat betreft stede- ser en schaarser geworden en het landelijk
bouw, de aanleg van wegen, de ontginning gebied dreigt langzamerhand in een groot
van natuurterreinen en wat al niet meer. Van woongebied te veranderen met daartussen
bewust ontworpen plannen was in het alge- grootschalige enclaves voor agrarische
meen geen sprake en het aanzien van ons doeleinden. Dit tenminste zou het beeld zijn
land werd door los van elkaar staande acti vi- wanneer het niet meer mogelijk was nog in
teiten bepaald. Ondanks het feit dat de in- te grijpen.
grepen door de mens vrijwel altijd waren Dit probleem in de toekomst van het lande-
ingegeven door materiële overwegingen en lijk gebied, vormt stellig een van de meest
ongebruikte natuurgebieden langzamer- dringende vraagstukken waarmee het rege-
hand wel heel schaars geworden zijn, heeft ringsbeleid te maken heeft. Er is een steeds
ons landelijk gebied zich toch tot een afwis- heviger strijd gaande om het gebruik van de
162
overblijvende ruimte tussen de stedelijke
gebieden. Als gevolg daarvan komen er
meer en meer maatregelen die de bedoeling
hebben om een evenwichtige bestemming
van die open ruimten te verkrijgen. Die be
stemming moet dan aan de verschillende
gebruiksmogelijkheden van de grond zoals
wonen, werken, verkeer, landbouw en na
tuur elk een zodanig gewicht geven dat het
geheel voor zoveel mogelijk mensen een zo
intens mogelijk leefgenot kan opleveren.
Wie de oplossing weet mag het zeggen,
aldus staatsbosbeheer, dat vérder schrijft:
Steeds lelijker
Toch moet er een oplossing komen, want
anders gaat het gegarandeerd verkeerd. Er is
nl. een verstedelijking van het platteland
aan de gang en de neiging de open ruimte te
vullen met bouwcomplexen lijkt haast niet
te stuiten. Die open ruimte wordt bovendien
steeds meer in stukjes gesneden door tel
kens weer nieuwe wegen. En het intensieve
gebruik van het water en de nog open lig
gende grond heeft ten gevolge dat voor ons
gevoel het landschap steeds lelijker wordt.
Met behulp van de zogenaamde derde nota
over de ruimtelijke ordening wordt gepro
beerd te komen tot een betere ontwikkeling
van het buitengebied. Ook het Staatsbosbe
heer heeft ruimschoots zijn deel aan dit
Bloemen keren in de wegberm terug.
werk. Van het welslagen van deze poging
om greep te krijgen op de totale ontwikke
ling van het Nederlandse landschap zal in
grote mate de leefbaarheid van Nederland in
de toekomst afhangen.
Men zou zich kunnen afvragen waarom er
vroeger zonder al dit soort maatregelen, een
mooi landschap kon ontstaan, terwijl men
tegenwoordig bang is voor verschraling van
ons platteland als er niet beter wordt opge
let.
Nu was er vroeger natuurlijk ook wel bederf
van het landschap, maar dit was plaatselijk