6) De bibliotheek.
7) Hollands buffet, uit de 17e eeuw.
8) De grootse portrettengalerij.
plein twee paviljoens gebouwd met daartus
sen de stallen. Over de oorspronkelijke
tuinaanleg, die tot op heden deels Frans
aandoet, is nauwelijks iets bekend.
Tot 1879 is het kasteel in het bezit geweest
van de Van Reede's. In dat jaar schonk de
laatste Van Reede van Amerongen, het met
alle andere bezittingen in en om het dorp aan
Godard, graaf van Aldenburg Bentinck.
Deze was een kleinzoon van Jean Charles
Bentinck en Jacoba Helena van Reede, een
dochter van de vijfde graaf van Athlone.
Zijn kleinkindéren zijn de huidige eigenaren
van het kasteel en de omringende goederen
maar het geschilderde middenstuk is origi
neel.
Achter de hal bevindt zich de zgn. lange
gang, over de volle breedte van het kasteel,
een machtige ruimte, waarin het uitgebreide
en goed geïnventariseerde archief tentoon
gesteld ligt. Daarbij treft men o.m. aan de
akte van schenking van de hoge heerlijkheid
door de Staten van Utrecht, geborgen in een
fraai bewerkte zilveren doos. Tegen een van
de muren hangt een wandtapijt, bijzonder
fraai van tekening en kleur, afkomstig uit de
weverij van de bekende tapijt wevers Van
der Gught uit Delft. Evenals in de hal han
gen hier vele schilderijen van officieren en
want haar man vertoefde als ambassadeur in
het buitenland.
Het is niet waarschijnlijk, dat het stuk van de
grote Z.W.-toren, dat na de brand was blij
ven staan, in de bouw is opgenomen. Wel
vertoont dit deel van het kasteel oudere en
grotere stenen, maar Godard Adriaan had
opdracht gegeven alle stenen van het ver
woeste gebouw, die nog bruikbaar waren af
te bikken en weer te verwerken. Verder
werd een groot deel van de benodigde bak
steen in eigen beheer gebakken, wat elk
najaar voor de nodige spanning zorgde. De
steenovens uit die tijd waren open veldo-
vens en het moest altijd minstens veertien
dagen droog blijven, wilde het baksel luk
ken. Uit Bremen kwam natuursteen. De
keurvorst van Brandenburg schonk 800 ei
ken Hoe een geweldige hulp dit is geweest,
is nog te zien aan de geheel beschoten zol
ders van het kasteel, die nog even hecht in
elkaar zitten als toen ze driehonderd jaar
geleden tot stand kwamen.
Aleid v. d. Bunt kenschetst het kasteel als
laatklassistisch, één van de laatste voor de
komst van de Franse barok. Ze noemt het -
terecht naar onze mening - een enigszins
streng gebouw, zonderde gebruikelijke ver
sieringen met festoenen, tympanen en pilas
ters. Alleen de ingangspartij heeft een paar
eenvoudige zuilen met consoles, waarop
een balkon rust.
Na 1680, toen het kasteel praktisch voltooid
was, werden aan de overzijde van het voor-
146
Museum
We zeiden het al, het actie-comité wil het
kasteel een museaal karakter geven, evenals
trouwens de regering, toen deze over de
aankoop in onderhandeling was. Dat doel is
niet zo vreemd, want het kasteel is nu al een
museum met een schat aan schilderijen,
aquarellen, tekeningen, meubels, beeld
houwwerk, archivalia, penningen, wapens,
gobelins, wandtapijten en wat dies meer zij.
Bovendien is er prachtig glaswerk en porse
lein en dit alles in een boven lof verheven
staat van onderhoud.
Als men het kasteel betreedt komt men in
een zeer ruime hal met twee trappen, die
elkaar in een bordes ontmoeten en zo een
brede statietrap vormen. Het stucwerk van
het plafond van de hal is gerestaureerd,
leden van het geslacht van de Van Reede's
en anderenHier staat ook een 18e-eeuwse
draagstoel.
Tegenover de hal met de „lange gang" er
tussen, komt men in de grote zaal. Het
stucwerk hier is waarschijnlijk uit de tijd van
graaf Godard. Het middenstuk'is nog origi
neel, werk van de schilder Willem van Nij
megen. De zaal bezit twee schouwen,
waarvan het marmer uit Saksen afkomstig
is. Tussen twee Corintische zuilen ziet men
de portretten van de keurvorst en zijn
tweede echtgenote, Dorothee von
Holsten-Glücksburg. De meubels zijn in
Louis XVI-stijl. In deze zaal staat verder
o.m. een vitrine meteen kostelijke verzame
ling miniaturen. Aan de wanden hangen
verscheidene schilderijen, o.a. een portret,