Heemschut
De kas is leeg
Mededeling
Jaargang 52 no. 11-1975
Maandelijkse uitgave
van de Bond Heemschut
Opgericht 1911
Beschermvrouwe
H.M. Koningin Juliana
Eindredacteur:
J. E. van der Wielen
Redacteur: G. Woudsma
Vormgeving en lay-out:
Henk Heynis
Alle correspondentie betreffende de
redactie van het blad, richte men tot
het secretariaat van de Bond
Heemschut:
Korenmetershuis, N.Z. Kolk 28,
Postbus 10525 - Postgiro 124326
Amsterdam 1, tel. 22 52 92
Alle correspondentie betreffende
advertenties: B.V. 't Koggeschip,
drukkers- en uitgeversbedrijf,
Nwe. Achtergracht 104, Postbus
1198, Amsterdam 4, tel. 22 97 21
In dit nummer:
De kas is leeg 219
De zorg voor het bouwkundig
erfgoed 220
Berlage-prijs voor B. van
Kasteel 228
Heemschut in actie 238
Foto omslag:
De restauratie van het punt op
de hoek van de Paleisstraat en
de Nieuwezijds Voorburgwal te
Amsterdam is klaar, dank zij
het werk van de Amsterdamse
Maatschappij tot Stadsherstel
en met steun van de Algemene
Bank Nederland. Het herstel
van het huis, dat jaren in de
stutten heeft gestaan, betekent
het eind van een stuk verwaar
lozing op een markant punt van
de hoofdstedelijke binnenstad.
SISO 700.3 - UDC 351.853
Er is een oud gezegde, luidende: waar niet
is, verliest zelfs de keizer zijn recht. Met
andere woorden: wanneer het geld op is,
kan er niet meer worden uitgegeven. Deze
„gulden" regel ging in het verleden mis
schien op en wellicht zou deze stelling ook
voor het heden nog moeten gelden. Maar
tegenwoordig schrikt men er niet meer zo
gauw voor terug om te lenen teneinde
bepaalde doelstellingen toch te bereiken.
Evenwel, ook met lenen moet men een ze
kere voorzichtigheid betrachten. Men moet
er zich immers van bewust zijn, dat het
geleende ook moet worden terugbetaald en
dat over het geleende rente moet worden
betaald. Lenen betekent in het algemeen het
leggen van een last op het inkomen in toe
komstige jaren.
Nu is het een feit, dat de rijksoverheid er
tegenwoordig steeds minder aan tilt steeds
meer te lenen. Men kan over zo'n beleid
natuurlijk verschillend oordelen en de vraag
is gewettigd of het verantwoord zou zijn om
bij voorbeeld ten behoeve van de monumen
tenrestauratie een beroep op de kapitaal
markt te doen. In het licht van de doelstel
ling van het Europese Monumentenjaar: een
toekomst voor het verleden, zou in elk ge
val, naar onze mening, het overwegen van
een lening ten behoeve van het restaureren
van monumenten, de moeite waard zijn.
Om de lasten daaraan verbonden niet te
zwaar te makenzou het wel I icht een goede
zaak zijn een soort goodwill-lening uit te
schrijven, d.w.z. een lening tegen een be
trekkelijk lage rente. Kort na de oorlog zijn
er verscheidene z.g. wederopbouwleningen
uitgeschreven tegen een lagere rente dan die
toen op de kapitaalmarkt golden.
Dit denkbeeld kwam bij ons op na kennis
genomen te hebben van een uitspraak van
de Commissaris der Koningin in Zuid-
Holland, mr. M. Vrolijk. Hij zei dat de
provincie het komende jaar de restauratie
van monumenten niet kan betalen. Op de
rijksbegroting is hiervoor 85 miljoen uit
getrokken. De provincie Zuid-Holland zou
in verhouding dan het eendertigste deel
hierin moeten meedoen, wat neerkomt op
2,8 miljoen. Het ziet er niet naar uit dat dit
bedrag er komt. De provincie kan voor vol
gend jaar maar 1,3 miljoen uittrekken,
aldus mr. Vrolijk, die er voor pleitte, dat
restauraties van grote projecten geheel voor
rekening van het rijk zullen moeten komen,
„want de stijging in de bijdragen aan het
monumentenbudget is voor de provincie
niet meer bij te houden."
Een dergelijk geluid is niet nieuw, maar het
baart ons wel grote zorg. Wanneer de pro
vincies en wellicht ook de gemeenten niet
meer aan hun „Verplichtingen" kunnen
voldoen, lopen de rijksbijdragen ook ge
vaar. Immers de bijdragen van provincies en
gemeenten zijn onverbrekelijk met die van
het rijk verbonden. Blijven de provincies en
de gemeenten - ongewild - in gebreke, dan
dreigen de betrekkelijk weinige restauraties
die financieel haalbaar zouden zijn, nog niet
te worden uitgevoerd; er zal althans een
nieuwe achterstand ontstaan.
Dit nu moet o.i. onder alle omstandigheden
worden voorkomen. Vandaar ons idee een
lening uit te schrijven, met de opbrengst
waarvan overbruggingscredieten kunnen
worden gefinancierd in die gevallen waarde
overheid verstek laat gaan. Misschien is dit
denkbeeld moeilijk te realiseren, maar het
lijkt ons het overwegen waard. De toekomst
van ons verleden staat op het spel.
v. d. W.
Teneinde nog in het november
nummer van ons tijdschrift aandacht
te kunnen schenken aan het eind ok
tober in Amsterdam gehouden Euro
pese monumenten-congres verschijnt
het blad een week later dan gewoon
lijk.