Memorie van toelichting
Aan de Memorie van toelichting is het vol
gende ontleend:
Hoewel de voor het begrotingsjaar 1975 ge
realiseerde stijging van de middelen voor
subsidies ten behoeve van de monumenten
zorg met bijna 50% tot 72,9 miljoen stel
lig niet nagelaten heeft effect te sorteren -
onder andere kon daardoor het tempo van
een aantal langlopende kerkrestauraties
worden versneld - bleek het toch nog niet
mogelijk de sinds jaren bestaande stop voor
restauratiesubsidies op te heffen. Het aantal
niet-gehonoreerde aanvragen beweegt zich
thans rond de 3000. Een bedrag van ca.
500 miljoen aan rijkssubsidies zou ge
moeid zijn met inwilliging van alle verzoe
ken voor een restauratiesubsidie. Het voe
ren van een uiterst strak subsidiebeleid
bljjft derhalve geboden.
Tal van subsidieverzoeken werden in het
werkenbestand van het Ministerie van So
ciale Zaken opgenomen. In een aantal
gevallen werd financiering in het kader
van de aanvullende werkgelegenheids
programma's mogelijk gemaakt.
Rehabilitatie
De samenwerking met het Ministerie van
Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
op het gebied van rehabilitatie van onze
oude binnensteden werd voortgezet. Mede
door de van die zijde beschikbaar gestelde
middelen t.b.v. de woonhuissector kon een
aanvang worden gemaakt met een omvang
rijk restauratieprogramma van woon huis
monumenten.
Op dit moment is (nog) niet te zeggen of, en
zo ja wanneer met subsidiëring in de onder
houdskosten van monumenten een aanvang
zal kunnen worden gemaakt. In dit verband
wordt gaarne nog eens met waardering mel
ding gemaakt van de activiteiten van de
Stichting Monumentenwacht Nederland,
welke organisatie nu in vijf provincies ope
reert. De stichting telt thans bijna 400 abon
nees, die de aan hun zorgen toevertrouwde
monumenten twee maal 's jaars geïnspec
teerd krijgen. Reeds thans kan worden vast
gesteld dat door het optreden van deze stich
ting een aanzienlijk bedrag aan restauratie
kosten later wordt bespaard.
De personeelssituatie bij de Rijksdienst voor
de Monumentenzorg blijft nijpend. Zou de
dienst over meer mankracht beschikken,
dan zou met de beschikbare middelen meer
bereikt kunnen worden. Bij de behandeling
van de begroting 1975 is toegezegd de per-
soneelsclaim voor de dienst met prioriteit te
behandelen. Tegen de achtergrond van de
zich thans voordoende budgettaire proble
men is het moeilijk deze claims op een
enigszins bevredigende wijze te honoreren.
In toenemende mate bereiken het ministerie
198 verzoeken bepaalde panden onder de be
scherming van de Monumentenwet te bren
gen op het moment dat min of meer zeker
wordt, dat deze panden gesloopt moeten
worden. Oorzaken daarvan zijn soms het
wegvallen van de in het bewuste pand uit
geoefende functie waardoor het pand zijn
reden van bestaan ontvalt, dan weer het
realiseren van stadsvemieuwingsprojecten
of voorzieningen van verkeerstechnische
aard. Zeker in gevallen waarin het reeds
geruime tijd vaststaat, dat een dergelijk
pand gedoemd is te verdwijnen, b.v. omdat
de gemeenteraad daartoe destijds het besluit
heeft genomen, zal bij de beoordeling van
dergelijke verzoeken terughoudendheid in
acht worden genomen. Het handhaven van
de krachtens de Monumentenwet gegeven
bevoegdheden zal slechts plaats kunnen
vinden op basis van de in de wet genoemde
criteria. Wil men de sloop van een ver
trouwd, doch overigens architectonisch ge
zien niet van waarde zijnd pand tegenhou
den, dan zal men daarvoor andere wegen
dienen te bewandelen.
M 75-effect
Met voldoening kan worden vastgesteld dat
het Monumentenjaar 1975 zijn effect niet
heeft gemist. Op vooral het lokale niveau is
men zich meer bewust geworden van de
waarde en de kwaliteit van de gebouwde
omgeving. Er zal met kracht naar worden
Vernieuwing in een binnenstad, in dit
geval in de Westerstraat te Amsterdam.
gestreefd het door M 75 opgeroepen elan
wakker te houden, ook in Europees ver
band. De voorbereidingen van de wijziging
van de Monumentenwet is op ambtelijk ni
veau nagenoeg afgerond. Het ontwerp is ter
advisering aan de Monumentenraad aange
boden.
v. d. W.