Heemschut
Cijferdans
Jaargang 52-no. 9-1975
Maandelijkse uitgave
van de Bond Heemschut
Opgericht 1911
Beschermvrouwe
H.M. Koningin Juliana
Eindredacteur:
J. E. van der Wielen
Redacteur: G. Woudsma
Vormgeving en lay-out:
Henk Heynis.
Alle correspondentie betreffende
de redactie van het blad, richte
men tot het secretariaat van de
Bond Heemschut:
Korenmetershuis, N.Z. Kolk 28,
Postbus 10525-Postgiro 124326
Amsterdam 1, tel. 22 52 92
Alle correspondentie betreffende
advertenties: B.V. 't Koggeschip,
drukkers- en uitgeversbedrijf,
Nwe. Achtergracht 104, Postbus
1198, Amsterdam 4,
tel. 22 97 21
In dit nummer:
Europees congres pag. 173
Recht toe, recht aan pag. 175
Sopron pag. 180
Norwich pag. 184
Heemschut in actie pag. 190
FOTO OMSLAG:
Het De Pinto Huis in Amsterdam
heeft zijn ingrijpende restauratie
achter de rug. Het huis vormt nu
nog een eenzaam element in de
chaos van de Nieuwmarktbuurt.
Foto Sabel en Daniëls
SISO 700.3 - UDC 351.853
Het Franse gezegde „L'art de grouper
les chiffres" door ons hierboven vrij
vertaald met „cijferdans", wil wel eens
een beetje onvriendelijk klinken, maar
in hetgeen hier gaat volgen is dat toch
niet de bedoeling. Waarom we er dan
toch van gewagen? Omdat het ons,
ondanks alle welwillende informatie
bronnen niet volledig gelukt is een
duidelijk inzicht te krijgen in de
cijfers, die voor 1975 gemoeid zijn met
restauratie-werk. We willen hiervan
niemand een verwijt maken. De kwes
tie is, dat tegenwoordig zovelen zich
met monumentenzorg bezig houden.
Op zich is dat uiteraard verheugend,
maar het gevolg ervan is wel, dat een
exact beeld ontbreekt. Misschien dat
het op een later tijdstip wel mogelijk
zal zijn.
Op dit moment is het ons echter wel
duidelijk, dat er meer geld aan monu
mentenzorg wordt besteed dan aanvan
kelijk in het vooruitzicht werd gesteld;
dit dan door de rijksoverheid. Maar,
wat weten we eigenlijk van hetgeen
door provincies en gemeenten voor
restauratie-doeleinden beschikbaar
wordt gesteld? En welke bedragen
geven de stadsherstel-stichtingen en
-N.V.'s uit? En welke sommen bren
gen kerkbesturen e.d. bijeen om in
bouwvallige toestand verkerende mo
numenten te redden? Voor zover we
weten houdt het Centraal Bureau v. d.
Statistiek hierover geen gegevens bij.
Het zou nuttig zijn als het CBS zich
hiermee eens ging bezig houden. We
zouden niet verwonderd zijn als dan
zou blijken, dat er in ons land en met
name in M 75 heel wat meer geld aan
monumentenzorg is en wordt besteed
dan velen denken. Het ligt voor de
hand, dat we ons hierover verheugen.
Zeker, we weten, dat de stimulerings
maatregelen van de regering, nl. die in
het kader van het verhogen van de
werkgelegenheid, een niet onaanzienlij
ke bijdrage vormen. Men kan in deze
de zaak van twee kanten bekijken; le
men kan zeggen, dat dit geld inderdaad
belangrijk is voor de stimulering van de
werkgelegenheid; 2e kan men betogen,
dat de rijksoverheid (eindelijk) oog
heeft voor de noodzaak van het inha
len van de achterstand. Wat dit tweede
punt betreft: we geloven, dat M 75 op
zich ook een stimulans is geweest. En
dat is bepaald meer dan waarop we
hebben mogen hopen toen M 75 van
start ging.
Het is nog te vroeg om van M 75 de
balans op te maken, maar nu reeds
hebben we de indruk, dat het Monu
mentenjaar in ons land goed is aange
slagen. We zijn er niet helemaal van
overtuigd, dat dit in de andere Europe
se landen ook zo is. Hoe dit zij, de
Nederlandse delegatie op het aanstaan
de Europese congres in Amsterdam,
kan daar met opgeheven hoofd ver
schijnen.
Allemaal optimistische geluiden dus.
Maar helaas, het is niet allemaal roze-
geur en maneschijn. Alvorens dit nader
toe te lichten, eerst een paar cijfers. In
het kader van de bevordering van de
werkgelegenheid uit de pot van Soc.
Zaken en doorgespeeld aan CRM:
1. een subsidie van f 15.921.710,—,
zijnde 43 pet. van de totale begroting
voor een aantal restauratie-werken;
2. een subsidie van f 32.090.531,— op
een begroting van f 68.857.250,—; d.i.
een tweede portie werkgelegenheidssti-
mulering en
3. nog eens f 363.565,— op een begro
ting van f 3.968.232.
Telt men deze bedragen bij elkaar dan
komt men op een rond bedrag van
vijftig miljoen. Maar in feite gaat het
om een veel groter bedrag, want de
hier genoemde cijfers geven alleen
maar de subsidie van Sociale Zaken
aan en die vormen slechts een percen
tage van het totale bedrag, dat nu aan
restauratie kan worden uitgegeven.
Maar nu komt de schaduwzijde. Naar
onze ervaring is de hele zaak van de
stimuleringsobjecten in de sector van
de restauratie-werken nogal ondoor
zichtig. Nauwelijks urgente werken
worden aangepakt, maar objecten, die
bij wijze van spreken op instorten 171