Boek besprekingen Huizenbeurs Menno van Coehoorn onder redactie van J. E. van der Wielen Holland op z'n smalst Het is een voortreffelijke gedachte geweest van een van de werkgroepen van NCM om het belangrijkste artikel van Victor de Stuers onder de titel Holland op z'n smalst, en verschenen in De Gids van november 1873, te doen herdrukken en nog wel in facsi mile. De uitvoering werd opgedragen aan een groep, gevormd door een aantal studenten en afgestudeerden van het Kunsthistorisch Instituut der Universiteit van Amsterdam, terzijde gestaan door prof. dr. C. Peeters. Aan het eigenlijke artikel uit De Gids, gaat een (historisch) voorwoord vooraf, waarin o.m. een karakterschets van Victor de Stuers wordt gegeven, welk voorwoord geworden is tot een tijd beeld. In de marge van het eigenlijke Gidsarti kel zijn sterren geplaatst, die verwijzen naar de door de studentengroep samengestelde aantekeningen. Deze noten zijn een verheldering en geven bovendien een aanvulling op de ont wikkeling na het overlijden van De Stuers. Op deze wijze is het „verouder de" karakter van het artikel geactuali seerd, een methode, die het boek nog belangrijk in waarde doet stijgen. Ook het nawoord is bijzonder interessant, omdat het o.m. een inzicht geeft in de ontwikkeling van de monumentenzorg in verschillende landen en uiteraard in die van Nederland. Tal van bekende namen passeren hierbij de revue. Het boek bevat verder een beknopte biblio grafie en een register. Het oorspronkelijke artikel van De Stuers had slechts één illustratie: een houtgravure, voorstellende het oxaal van de St. Janskerk van 's-Hertogen- bosch in zijn opstelling in het South Kensington Museum in Londen. Men heeft er goed aan gedaan het niet bij deze enkele illustratie te laten. Er is een aantal prenten en foto's aan toegevoegd, die tonen om welke toe stand van verwaarlozing het in de tijd van De Stuers ging, veelal met vergelij kend materiaal na restauratie. We 170,wensen dit boek (180 bldz.) gaarne in veler handen. (Uitg. De Haan, Bussum; f 14,90). Amsterdam en de beurs van Berlage Dit is deel I van de serie Cahiers van het Nederlands Documentatiecentrum voor de bouwkunst, waarvan F. Assel- bergs de redacteur is. Dit deel is geschreven door prof. A.W. Reinink, hoogleraar in de geschiedenis van de bouwkunst aan de R.U. te Utrecht. Wie denkt, dat het hier om „droge" stof gaat, zal bij het lezen van dit boek tot zijn verrassing tot de ontdekking komen dat de auteur erin geslaagd is een uiterst boeiend verhaal te schrijven over een van Berlage's meest beroemde bouwwerken en tevens een van zijn meest omstreden creaties. Aan de totstandkoming van „de" beurs is een lange strijd voorafgegaan; prof. Rei nink schrijft niet ten onrechte over „een drama in vele bedrijven". Dat de Amsterdammers al in de jaren tachtig van de vorige eeuw „lastig" waren, bewijst deze geschiedenis. Men vocht ook toen graag, alleen deed men het toen in redevoeringen en pamfletten. Persoonlijke vetes kwamen er ook aan te pas. Misschien worden we voor ketter uitgekreten, maar we zouden het helemaal niet erg hebben gevonden - integendeel - als indertijd het boule vard-ontwerp, zoals een litho van Jan Springer uit 1893 (afb. 8) laat zien, zou zijn uitgevoerd. We hopen, dat velen aan deze studie plezier zullen beleven; wij hebben er in elk geval van genoten. (Uitg. Staatsuitgeverij, Den Haag; f 42,50). De bekende stichting maakt van haar jaarverslag altijd iets meer dan een opsomming van feiten in het vereni gingsleven. In het verslag over 1974 lezenswaardige artikelen over Baro nesse M. E. M. de Girard de Mieiet van Coehoorn, de genealogie van Coehoorn en het Fort Dubus (Nieuw-Guinea); veel foto's. Wie in het bijzonder in het doel van de stichting: het bewaren en zo mogelijk herstellen van historische verdedigingswerken, is geïnteresseerd, vermelden we gaarne het adres van het secretariaat: Bachmanstraat 15, Den Haag. In 't Wapen van Amsterdam Enkele jaren geleden overleed de be gaafde tekenaar Jan Bouman, die grote bekendheid verwierf door zijn perio dieke bijdragen in De Volkskrant. Bou man was niet alleen een kunstenaar, maar evenzeer een zoeker naar de his torie. Zo werd hij een chroniqueur, die boeiend kon vertellen van het verle den, maar ook over de tijd, waarin hij leefde. Met tekenstift en pen wist hij van oud Amsterdam en huidig Amster dam een indringend beeld op te roe pen, waarbij vooral ook het Amster damse monument onder de aandacht werd gebracht. Die tekeningen met verhaaltjes zijn nu gebundeld onder vo renstaande titel met onderschrift: Am sterdams aard en eigenaard, glorie en verval, praal en schandpaal, in heden en verleden. Dit geeft voortreffelijk weer welke bedoeling er achter Bou- mans werk schuil gaat. (uitg.: Heuff- Nieuwkoop/Dagblad De Volkskrant). Nou hoor je het eens van een an der Ondertitel: Buitenlanders over Amster dam. Dit is een verzameling verhalen van buitenlanders, die in de loop der tijden over Amsterdam hebben ge schreven; de bundel is bijeengebracht door dr. J. M. Fuchs en W. J. Simons, die eerder al vele malen blijk hebben gegeven van hun warme belangstelling voor de hoofdstad. Het is dus niet zo verwonderlijk, dat zij nu eens gezocht hebben naar wat anderen en dan met name buitenlanders over Amsterdam hebben gezegd. Het is niet allemaal even vriendelijk. Bovendien is de ene schrijver romantischer, keek de een meer naar het detail dan de ander. Oude prenten en gravures verlevendi gen het geheel. (Uitg.: Kruseman, Den Haag; f 20,-). Cleyn eilant Rottum Dat van dit door mr. D. H. Schorting- huis geschreven boekje een tweede druk is verschenen, bewijst dat er onder belangstellenden voor de boeiem de geschiedenis van dit eiland (het noordelijkste stukje van Nederland) en bij natuurliefhebbers veel interesse voor was. Dat valt ook wel te begrijpen waar het thans' een onbewoond eiland betreft. Romantiek trekt nu eenmaal altijd. (Uitg. Boekencentrum, Den Haag; f 16,50). Te koop te Veere 18e-eeuws huis, uit zicht over Markt en boven over Veerse Meer. Direct te aanvaarden, tel. 023 - 24 22 71 Mr. H. Vinkeles Melchers, Clematislaan 3,'Aerdenhout.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1975 | | pagina 25