fTrtrtm.fc u y- -■X'"* i."'1"!""" '-...- -
dan die van louter museum. Zc gaan daarom
dienst doen als ontvangstcentrum van het
stadsbestuur. De houten betimmeringen in
deze vertrekken zijn nooit geschilderd ge
weest, wat in strijd is met het gebruik in de
18e eeuw. Het vermoeden bestaat dat er
geen geld voor was. De stijlkamers hebben
nu dan wel de kleuren gekregen zoals die
destijds werden gebruikt. Tegelijk zijn do
houten lijsten in een aantal zalen van een
nieuw laagje bladgoud voorzien. Dit alles
maakt dat de kamers er feestelijk uitzien,
hetgeen zeker ook geldt voor de rijke hal en
gang. En daarboven? Daar liggen, op de
eerste etage, de kamers voor de fracties in
de raad en op de zolderverdieping andere
ve rga d e rru i m te n
Beschrijving
Architect Zanstra, die voor het hele werk
(restauratie en nieuwbouw) uitkomt op een
bedrag van ruim twintig miljoen .gulden, is
erg opgetogen over de wijze waarop deze
restauratie wordt beschreven. Die beschrij
ving, die nog in de maak is, wordt verzorgd
door oud gemeente-architect J. C. Her'pel.
Hij kreeg in 1968, toen hij met pensioen
ging, van B. en VV. de opdracht de geschiede
nis van het hart van Den Haag met in het
bijzonder het Oude Stadhuis te beschrijven
en daarbij de historische begeleiding van de
restauratic te verzorgen. Zanstra: ,,Deze
opdracht is uniek omdat zelden in Neder
land een belangrijke restauratie zo gedetail
leerd kon worden beschreven en voor het
die het volledig met hem eens zijn en vinden
dat hij, juist met zijn eigentijdse oplossing,
een acceptabel complex heeft gemaakt, er
zijn er ook die het maar niks vinden, zo'n
brok strakke nieuwbouw naast dat speelse
oude gebouw. Hoe het ook zij: Zanstra is in
ieder geval duidelijk geweest. Hij heeft
gehandeld in de geest zoals die aan het Oude
Stadhuis valt af te lezen. Dat is een stadhuis
waarin twee zeer verschillende stijlen lood
recht op elkaar staan. Er wordt duidelijk en
eerlijk voor uitgekomen. Zanstra heeft daar
aan een dimensie toegevoegd door iets van
deze tijd te brengen.
Hijzelf zegt daarover: ,,De nieuwe vleugel,
met de raadzaal, is juist om de zelfstandig
heid van de historische gebouwen zo min
mogelijk aan te tasten los hiervan op het
Raadhuisplein gesitueerd, en van een geheel
afwijkend architectonisch karakter ontwor
pen." Aldus is er een totaal-complex ont
staan dat dan wel klaar is, maar dan in een
omgeving die haar vorm nog moet krijgen.
Die omgeving moet uitgroeien tot een
voetgangersgebied, met als een van de
afsluitende wanden een monument ter nage
dachtenis aan koningin Wilhelmina.
Ontdekkingen
Tot de ontdekkingen bij de restauratie
behoorde de vondst van het uit 1736
daterende en al lang verloren gewaande
plafond van Mattheus Terwesten. Het was
helemaal overgeplakt. Weliswaar was het
142 daardoor ernstig beschadigd, maar toch
werd tot restauratie besloten. Een andere
ontdekking was het terugvinden van een
kerker uit de 17e eeuw. Die is nu als
bezienswaardigheid opgenomen in de kel
ders onder het Oude Stadhuis, in welke
kelders een restaurant is ondergebracht.
Tot op zekere hoogte was ook de staat
waarin het stadhuis verkeerde nog wel een
verrassing. Funderingen, muren en ook de
33 m hoge toren bleken zó slecht te zijn dat
ondersteuningen gebruikt moesten worden
om instorting te voorkomen.
Bij het restaureren en inrichten van de
begane grond van het Oude Stadhuis is
ervan uitgegaan dat de Schepenzaal uit
1565 en de stijlkamers uit de 18e eeuw een
duidelijke functie moesten krijgen, anders
nageslacht bewaard. Bovendien zijn de
gegevens, die architect Herpel verstrekte,
van veel nut geweest bij het uitwerken van
de plannen."
G. W.
4. De nieuwbouw in zijn relatie tot de
l Se-eeuwse-stijl.
5. De Schepenzaal in het J6e-eeuwse ge
bouw, in volle luister hersteld.