Honderd jaar
monumentenzorg
in Nederland
(f/%
Ir. J. A. C. Tillema, de schrijver van
dit artikel, is een van de auteurs van
het boekwerk, dat verschijnt ter ge
legenheid van honderd jaar monu
mentenzorg in Nederland. Ir. Tille
ma studeerde aan de Technische
Hogeschool te Delft in de afdeling
bouwkunde. Hij was hoofd van
Bouw- en Woningtoezicht te
Leeuwarden en kwam in 1938 in
dienst van de gemeente Rotterdam.
Van 1946 tot 1969 was hij direc
teur van Gemeentewerken in de
Maasstad. Van 1961 tot 1974 was
hij lid van de Monumentenraad
(commissie voor de monumenten
zorg).
Wie verscheidene jaren heeft doorge
bracht met het pogen iets over de ge
schiedenis van de Nederlandse monu
mentenzorg op schrift te stellen, om
tenslotte, met eeri zucht van verlich
ting, de pen na de laatste correcties
neer te leggen, die is onvermijdelijk in
een stemming gekomen, waarbij het
woord „monument" hem alleen al een
rilling kan bezorgen. Dit moge
Heemschut-lezers als barbaars in de
oren klinken, het is nu eenmaal niet
anders
Maar dan komt daar onverwacht een
allervriendelijkst telefoontje van de
heer Van der Wielen met de vraag om
tóch nog weer maar dan gecompri
meerd in een paar bladzijden over
hetzelfde onderwerp iets te vertellen,
en dit nog wel voor een lezerskring, die
zonder pardon permanent enthousias
me en deskundigheid verwacht. Na
tuurlijk zegt men, zwak als de mens is,
na wat gedelibereer tenslotte maar
„ja" en reeds staan de eerste regels
op papier, het begin van een kort ver
haal over een zeer lange periode. Een
verhaal bovendien dat althans voor
een belangrijk deel in mineur klinkt.
Want het lieve vaderland heeft het er
héél lang héél erg bij laten zitten. On
verschillige regeringen, onderling vaak
hevig ruziënde monumentenbescher
mers, en van de zijde der bevolking
wat William Morris noemde „Mam-
mon-worship and want of taste", heb
ben vele decennia het beeld bepaald en
dat er tot in onze dagen toch zoveel
aan monumentenbezit is gebleven.
1. Wijker- of Akerpoort te Maas
tricht. Door kroegbazen op een
namiddag ten dele afgebroken,
omdat zij bij behoud van de
poort vreesden voor het verlo
pen van hun klandizie!
107