Veranderende inzichten Amsterdam na de oorlog: door H. J. Zantkuijl Is er voortgang in de Amsterdamse monumentenzorg in de laatste vijftien jaar? De redactie van Heemschut stelde mij deze vraag. Nou daar zit je dan! Het aantal restauraties in 1960 bedroeg 67, in 1974 ongeveer 230. Als ik de vele subsidie-aanvragen bekijk die momen teel ons bureau binnenstromen, dan moet het antwoord op het eerste ge zicht wel „ja" luiden. Het lijkt zó'n simpel antwoord, maar wil je op dit soort vragen genuanceerder ingaan, dan stoot je direct op de essentie van je werk, nl. wat houdt het begrip monumentenzorg in. De vraag dringt zich zelfs op of er wel een antwoord te geven is. Niet alleen de omstandighe den waarin „Monumentenzorg" haar rol moet spelen, doch ook het werk waarmee het woord monumentenzorg geassocieerd wordt, verschilt met vijf tien jaar geleden. Trouwens de tijds limiet van vijftien jaar zou ook geen goed beeld geven van de evolutie die de monumentenzorg heeft doorge maakt. Gedachten die zich reeds lang over een probleem gevormd hebben komen pas jaren later tot verwezenlij king, zodat een begrenzing in jaren moeilijk te geven is. Om toch de beant woording van bovengestelde vraag een basis te geven, zou ik de tijdslimiet wat groter willen stellen. De vraag zou dan kunnen luiden: „Is er voortgang in de Amsterdamse monumentenzorg na de Tweede Wereldoorlog? De wereldoorlog is voor veel zaken een keerpunt geweest. In de afgelopen 30 jaar is er veel veranderd in ons leven, vooral de frequentie van de normale veranderingen is sterk toegenomen, Dat het begrip monumentenzorg zich hier niet aan onttrekt, is alleen maar verheugend, het heeft kennelijk zijn plaats gevonden in ons leven van alle dag. Door de steeds toenemende indu strialisering en de daarmee gepaard gaande drang naar een consumptie maatschappij, waren wij zo in de ban van het „nieuwe" geraakt, dat wij naast veel goede tradities ook veel ste delijk en landschappelijk schoon node loos zijn kwijtgeraakt. Positieve De heer Zantkuijl is sinds de oprich ting in 1953 als architect verbonden aan het Gemeentelijk Bureau Monu mentenzorg te Amsterdam. Hij is plaatsvervangend hoofd van dit bureau en in het bijzonder belast met de beoordeling van restauratie plannen. nieuwe waarden stonden daar niet al tijd tegenover. De machine die wij met veel enthousiasme op gang brachten is bijna niet meer te stuiten. Het bestaan de bleek echter, vaak helaas achteraf, meer mogelijkheden tot menselijk ge luk in zich te hebben dan wij ook in onze ,,toekomst"dromen vermoed hadden. Geleidelijk aan blijkt dan ook, dat het begrip „behouden wat waarde vol is" steeds sterker in onze gedach- tengang en besluitvorming wordt opge nomen. Een boeiende vraag is echter hoe diep en bij welke bevolkingsgroe pen deze gedachte leeft en hoe deze denkbeelden verwoord worden. Bij een groot deel van de bevolking roept het 1. Door de uitstralende werking van één restauratie is nu het gehele blokje Brouwersgracht 56 tot en met 46 her steld. Op de hele Brouwersgracht is trouwens de laatste jaren een grote res tauratie-activiteit waar te nemen.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1975 | | pagina 19