bouwd en die hebben ernstig te lijden van
deze gassen.
Als gevolg daarvan moeten steeds meer ob
jecten gerestaureerd worden. Voegt men
daar de prijsstijgingen aan toe, dan is het
logisch dat binnenkort geen drie maar
vier miljard mark zullen nodig zijn. Nu
hebben de steden Lübeck, Bamberg en Re
gensburg gemeend dat de restauratie van
de binnensteden hoogstens vijftig jaar
mag duren, zodat er jaarlijks ongeveer 80
miljoen mark uitgegeven zou moeten wor
den. Omdat er een wetLelijke regeling be
staat, die voorschrijft dat de federale rege
ring, de regering van de desbetreffende
deelstaat en de stad elk éénderde van de res
tauratiekosten moeten betalen, heeft dat
tot gevolg dat die drie steden samen per
jaar ongeveer 27 miljoen op tafel moeten
leggen. Voor 1974 kwamen de drie steden
echter niet verder dan 14,8 miljoen (Lü
beck, 7,7 miljoen; Regensburg 6,4 mil
joen en Bamberg 639.000 mark). In Re-
gensburg worden momenteel maar twee
hectare van de oude stad, dat is precies
twee procent, gesaneerd. "Als we in dit
tempo doorgaan, dan duurt de sanering
450 jaar", zo verzuchtte onlangs stede-
bouwkundige Sleinbauer.
Het geld is natuurlijk niet de enige vijand
waartegen de conservatoren moeten strij
den. Evenals in Nederland willen ook in
de Bondsrepubliek de grote warenhuis
concerns graag een plekje in de binnen-
6 stad hebben. In Lübeck heeft dat al de no
dige moeilijkheden opgeleverd. De vroe
gere minister van volkshuisvesting en wo
ningbouw en voormalige burgemeester
van München, Hans Jochem Vogel (nu
minister van justitie) verzuchtte dan ook:
"Als de dom van München niet vast in
handen van de kerk was geweest, dan had
hij al lang voor een warenhuis of een
kantoorflat moeten wijken".
Ghetto
Bovendien dreigt een gerestaureerd stads
deel al snel een ghetto voor snobs te wor
den. De Hamburgse stadswijk Pöseldorf
aan de Alster is alleen nog maar bewoon
baar voor de rijken van de Hanzestad en
slechts exclusieve winkels en restaurants
kunnen er rendabel zijn. Het gevolg: een
zijdig publiek, eenzijdige bewoners, een
zijdige winkels.
Voor een gemiddelde Böndsburger is de
huur voor een gerestaureerd pandje niet
op te brengen. De binnensteden hebben
dan ook praktisch geen bewoners meer. In
de oude stadskern van Düsseldorf vind je
op één vierkante kilometer bijna 200
kroegjes, discotheken en restaurants, en
dozijnen mode-boutieken en antiekzaken,
ken.
Lübeck heeft uitgerekend wat een geres
taureerd pandje per maand aan huur
moet opbrengen: 17 a 18 Mark per vier
kante meter. Dat zou een huur van 1700
tot 1800 Mark per maand betekenen voor
een huis met een woonoppervlakte van
100 vierkante meter. Om te voorkomen
dat zo'n stadswijk weer een eenzijdige be
volking krijgt kunnen bejaarden er voor 4
mark per vierkante meter terecht. De stad
betaalt de rest. Degenen die meer kunnen
betalen moeten datdan ook; erzijn wonin
gen in alle prijsklassen, zodat bewoners
uit alle lagen van de bevolking in de bin
nenstad kunnen wonen.
Maar geld blijft het grootste probleem. Zo
geeft bijvoorbeeld de deelstaat Hessen
jaarlijks slechts 850.000 mark uit voor mo
numentenzorg. West-Berlijn legt niet
meer dan 300.000 mark op tafel, Ham
burg 430.000 mark en de deelstaat Slees-
wijk Holstein 550.000 mark. In Nedersak-
sen wilde de deelstaatregering in 1974
slechts 256.200 mark beschikbaar stellen.
Goed voor de bouw van een paar meter
Autobahn, maar daar worden wel kilome
ters van gebouwd. Het gevolg is dat men
hier en daar een geveltje kan restaureren
en dat bijna in alle gevallen alleen de
hoogstnodige objecten aangepakt wor
den, zoals de kerk, het stadhuis of het ge
boortehuis van een plaatselijke beroemd
heid. Die objecten krijgen dan ook onmid
dellijk een museumkarakter en vallen in
het overige stadsbeeld uit de toon. Aan de
zogenaamde "Romantische Strasze"
vindt men tal van voorbeelden van een ge
lukte restauratie. Maar de vele inkomsten
uit het toerisme hebben daar de schatkist
gevuld. De gemeentebesturen hadden al
heel gauw door dat het instandhouden