Heemschut in jaarvergadering bijeen
was ook de inbreng van de architecten
Gerard Prins te Amsterdam en Jan van
der Eerden uit Den Bosch. Zij slaagden
erin een woning te ontwerpen een
moderne woning in een ,,oud" jasje
die zowel in het uiterlijk als in de situe
ring in veel variatie voorkomt. Toch is
daarbij uitgegaan van een standaard-plat
tegrond. De huizen vormen dan ook vari
aties op één thema. Door, bij al de afwis
seling, het toch te zoeken in een zo ver
mogelijke' standaardisatie, wordt uiter
aard een belangrijk kostenvoordeel ver
kregen.
Ir. Gerritse: „Dit is aangepaste woning
bouw met repetitie-effect, en dat is toch
wel opmerkelijk. Belangrijk, óók met het
oog op de kosten, is de goede voorberei
ding waarin ook de aannemer van het
begin af is betrokken. Dan is nog van de
partij de plaatselijke woningbouwvereni
ging. Want zodra de woningen klaar zijn,
worden ze aan die vereniging overgedra
gen omdat de Stichting Stadsherstel ze
zelf niet kan exploiteren. In het gesprek
met de woningbouwvereniging kwam
naar voren dat die voor de grote wonin
gen (er zijn ook bejaardenwoningen) een
huur van f 350,— per maand toelaatbaar
achtte." Voor een royale, moderne een
gezinswoning niet gek. Maar het kan nog
voordeliger, zo toont ir. Gerritse aan.
8
8. Ook dit vervallen monument in de
Hoogstraat wordt hersteld.
Perspectief
Naast het repetitie-effect is er het plus
punt van belangrijke subsidies, en wel
van drie ministeries. Van Volkshuisves
ting (maximale premie), van Sociale
Zaken (uitvoering straat- en riolerings
werken in DACW-verband) en last but
not least van CRM. Dat gaf toestem
ming voor het woningproject te putten
uit de „woonhuispot" van Woudrichem
waarin Monumentenzorg elk jaar een
vast bedrag stort. Ir. Gerritse: „Hier
werkt Monumentenzorg dus mee aan
aangepaste nieuwbouw, wat op zichzelf
een belangrijk gegeven is. Het feit trou
wens dat drie ministeries aan het experi
ment meedoen werkt zeer stimulerend.
En niet alleen voor ons. Want ten slotte
is het ook nog een keer zo dat wat men
de ene plaats toestaat, de andere niet kan
onthouden." Het perspectief hoeft daar
mee dus niet tot Woudrichem beperkt te
blijven. Daar komt nog iets bij, en dat
slaat dan wel specifiek op Woudrichem.
Ir. Gerritse: „Een stadje als Woudrichem
had dit zelf nooit van de grond gekregen.
Het heeft er het apparaat niet voor. Dan
nóg vind ik het knap van de gemeente
dat zij de moed heeft om anderen erin te
betrekken."
De eerste fase is dus van start. Daarin
worden op drie kale plakken 25 aange
paste woningen gebouwd. De komende
jaren valt er dan nog een heleboel meer
te doen zoals de restauratie van een drie
tal oude panden (waaronder een boerde
rij) en de rehabilitatie van een vijftiental
andere huizen. Dan is er het Arsenaal
(van Heemschut) dat een opknapbeurt
moet krijgen. De restauratie van de grote
hervormde kerk en dat is in het hele
kader ook al bemoedigend is reeds op
gang.
GW
100
In aanmerking nemende, dat de agenda
voor de algemene ledenvergadering niet
minder dan 16 punten omvatte, is deze
toch in" een vrij vlot tempo op 25 mei jl.
in het Jaarbeurscongrescentrum in
Utrecht afgehandeld. De vergadering was
goed bezocht. De discussie kenmerkte
zich door een duidelijk meeleven van de
aanwezigen in het wel en wee van de
Bond Heemschut. Afgezien van de ge-
dachtenwisseling over de wijziging van
het huishoudelijk reglement, waren er
drie zaken die vooral de aandacht had
den: de toenemende werkzaamheden,
waarvoor de Bond zich ziet geplaatst, de
financiële toestand van de bond én het
Monumentenjaar '75.
Wat het eerste onderwerp betreft, voor
zitter dr. R. Hoegen wees er in zijn
openingswoord op, dat met een uiterst
kleine staf enorm veel werk wordt ver
zet. Het was nuttig, dat de heer Hoegen
hiervan eens een duidelijk beeld gaf.
Elk besluit heeft voorstudie, discussie én
uitvoering ten gevolge en daarbij moet
dan nog genoemd worden de behande
ling van in aantal sterk toegenomen
„gevallen". Centrale activiteit van Heem
schut bij dit alles blijft uiteraard de doel
stelling: het behouden en bevorderen van
de schoonheid van ons land, waarbij niet
alleen gedacht moet worden, aan de
esthetische en cultuur-historische waar
den maar vooral ook aan die waarden die
functioneel zijn voor ons leef-, werk- en
woonmilieu. Het gaat in ons werk dus
niet alleen om de buitenkant, om wat wij
zien, maar evenzeer om de inhoud, om
wat er achter schuilt, om wat we er mee
doen, nu en vooral ook in de toekomst.
Wil Heemschut haar doel op de juiste
wijze nastreven, dan moet er in de eerste
plaats worden „gewaakt"; de hand moet
aan de pols worden gehouden in elk
hoekje van ons goede vaderland. Dreigt
er iets of gebeurt er iets, dat in onze
ogen verkeerd is, dan moet er onmiddel
lijk alarm worden geslagen. De behande
ling van de „gevallen" komt tot stand
door een goede samenwerking van de
medewerkers in het Korenmetershuis te
Amsterdam (waar de meeste gegevens
binnenkomen, worden verzameld en
gedocumenteerd) met de provinciale
commissies, de technische adviseurs en
de correspondenten. Met voldoening stel
de dr. Hoegen vast, dat er in bijna elke
provincie nu een T.A. is en bovendien
nog één voor Amsterdam. De T.A.'s
komen elke maand bijeen om van ge
dachten te wisselen en om beleidsvoor
stellen op te stellen voor het bestuur.
Heemschut mist echter nog de man (of
vrouw) die alle binnenkomende „geval
len" meer professioneel met nog meer
know-how dan tot nog toe geschiedt,
kan bewerken. Thans wordt dit werk
grotendeels door de gedelegeerde, de
heer De Zwaan verricht, waardoor deze
